WL F-NL mei 2014 15 Flashcards
crustacé m
schaaldier
cubitière f
elleboog beschermkap
cueillette f
het plukken / pluktijd
cueillir
plukken, oogsten,
cuiller f
lepel
cuir m
leer
cuir
schrijnen
cuirasse f
pantser | verdediging
cuirassé
gehard
cuire
bakken
cuisant
brandend, stekend, vinnig, schrijnend,
cuisine f
keuken
cuisinier/ère
kok(kin)
cuisinière f
fornuis
cuisse f
dij, bovenbeen
cuisson f
het koken | gaarheid
cuissot m
bout (hert, ree)
cuistance f
gekokkerel
cuistot m
kok
cuit
gekookt, gaar
cuivre m
koper
cul [m]
onnozel [kont, achterkant, onderkant]
culasse f
kulas (vuurmond)
culbuter
omvertuimelen, -gooien
culot m
bodem | lef
culotte f
broek, slipje
cumul m
opeenstapeling
cupidité f
hebzucht
cure f
kuur, behandeling
cure-dent m
tandenstoker
curer
schoon/maken
curieux /euse
nieuwsgierig, geïnteresseerd
curieux, curieuse
nieuwsgierig
curiosité f
bezienswaardigheid, het curieuze
curseur m
cursor | schuifknop
cutané
huid-
cuvette f
uitholling, kom
cygne m
zwaan
d’abord
(aller)eerst
d’ailleurs
trouwens, overigens
d’antan
van vroeger
d’arrache-pied
onafgebroken
d’emblée
dadelijk, meteen al
d’entre eux
van hen, onder hen
d’ores et déjà
van nu af aan, vanaf nu, nu al
d’abord
eerst
d’accord
ok, goed
daigner
zich verwaardigen
daigner
zo goed zijn om, gelieven
d’ailleurs
overigens, trouwens
daim m
damhert
dais m
baldakijn, hemel
dallage m
tegelvloer, betegeling
dalle v
tegel, plavuis
daller
betegelen
dame f
dame
dame-jeanne f
mandfles, korffles
damier m
dambord
dans la foulée
aansluitend, meteen
dans la mesure où
voor zover