WL F-NL mei 2014 04 Flashcards
apurer
controleren
aqueux
waterig
arachide f
pindanoot
araignée f
spin
araire m
handploeg
arbalète f
kruisboog
arbalétrier m
kruisboogschutter
arboraient
dragen , tonen
arborer
oprichten, tonen
arbre m
boom
arbrisseau m
heester, struik
arc m
boog
arcade f
booggewelf, boog
arcbouter
stutten
arceau m
boog, poortje
arch(i)ère f
schietgat
archet [m]
strijkstok (muziek)
archi-
aarts
ardent
brandend, vurig
ardente
vurig
ardeur f
hitte, gloed | vlijt, ijver
ardoise f
krediet, openstaande rekening | leisteen (bord)
ardu
moeilijk, lastig, zwaar
arène f
arena
argent m
geld
argentées
grijs, zilver
argile f
klei, leem,
arguer (de)
aanvoeren, beroepen op
argument m
argument
argutie f
spitsvondigheid
arides
dor, droog
armoire f
kledingkast, linnenkast
armure f
harnas
arnaque f
oplichterij
arnaquer
oplichten
arpent m
morgen (oude landmaat)
arpenter
ijsberen
arquer
kromtrekken, ombuigen
arracher
losrukken, uittrekken
arraisonner
praaien (schip), inspecteren (vliegtuig)
arrêter de
stoppen met
arrière
achter, aan achterkant
arrière-goût m
vervelende nasmaak
arrière-plan m
achtergrond
arrimer
stuwen / vastzetten / koppelen, vastmaken
arrivée f
aankomst
arriver
aankomen, gebeuren
arriver á
bereiken
arrogant/e
arrogant, verwaand
arrondir
rond maken, afronden
arrosage m
begieting, besproeiing
art m
kunst
artériel
slagaderlijk
article m
artikel
articuler
uitspreken
artificier m
munitiedeskundige
artisanal
ambachtelijk
artistique
artistiek
arts graphiques
grafische kunsten
arts plastiques m
beeldende kunsten
ascendant m
overwicht, invloed