W7HC2: Congenitale infecties Flashcards
Congenitale infecties
Groeiretardatie, congenitale materdatie en verlies van de vrucht
Rubella, CMV, HIV, HSV< toxoplasmose, treponema pallidum
Perinatale infectues
Meningitis, pneumonie, pretem labor
HSV, groep B streptokokken, e. coli, enterovirus, neiserria gonorrhae
Postnatale infecties
Meningitis, septicemia, conjuctivitis, pneumonitis
Groep B streptokok, e. coli
Zwangerschapsscreening
- 12 weken: HIV, HBsAg, syfilis
- TORCHES
Congenitale rubella
- risicogroepen: ongevaccineerde jonge vrouwen
- incidentie: zeer zeldzaam
- therapie: vaccineren, zwangerschapsafbreking bij bewezen vroege infectie
Congenitale rubella kliniek moeder
- 50% subklinisch
- prodromale symptomen: malaise, lichte verhoging, lymfadenopathie, keelpijn, hoest conjuctivitis
- daarna huiduitslag beginnend in gezicht, verpredend
- complicatie: arthralgie/artritis van vingers, polsen, knieën
Congenitale rubella kliniek kind
0-12 weken: intra-uteriene groeiretardatie, spontane abortus
13-16 weken: doofheid en retinopathie
Neonataal: huiduitslag, trombocytopenie, hepatitis, meningo-encefalitis, botafwijkingen, oogafwijkingen, cardiovasculaire afwijkingen
Vroege kindertijd en later: trias; oogafwijkingen, doofheid, cardiovasculaire afwijkingen, ontwikkelingsstoornissen, diabetes
Congenitale CMV infectie
- asymptomatisch
- gehoorschade
- blijvende schade: blueberry muffin door ernstige anemie
- 5% overlijdt
Herpes neonatorum transmissie
Perinataal (genitaal) of post-nataal (koortslip)
Transissiekans: vanginale bevalling bij primaire herpes genitalis: 50%
Herpes neonatorum kliniek
Moeder: Herpes genitalis, herpes labialis
Kind: perinatale infectie uit zich in 4 weken: gelocaliseerde huid, oog en mond infectie
CZS infectie, slecht drinken, geprikkeld, suf, slap, convulsies, luierpijn
Gedissemineerde infectie: visceraal
Diagnostiek herpes neonatorum
Moeder: HSV kweek/PCR bij verdachte laesies zonder voorgeschiedenis van herpes genitalis
Kind: 24-48 na bevalling kweek en PCR
Congenitale lues kliniek moeder
Primaire syfilis: solitair, pijnloos ulcus op genitalia
Secundaire: maculopapuleus exantheem op romp, extremiteiten, malaise, koorts, spierpijn, lymfadenopathie
Latente syfilis
Tertiaire syfilis; chronische ontstekingshaarden in huid, slijmvliezen, botten en organen
Congenitale lues kliniek kind
Foetus: abortus, groeiretardatie, vroeggeboorte, hydrops foetalis
Pasgeborenen: 2/3 komt asymptomatisch ter wereld, ontwikkelt in 1e levensmaanden:
- vroege symptomen: rash, geelzucht, lymfadenopathie, hepatosplenomegalie, nefrotisch syndroom, meningitis, rhinitis
- late symptomen: zadelneus, skeletafwijkingen, doofheid, mentale retardatie, interstitiele keratitis
Diagnostiek congenitale lues
- treponemale detectie (TPHA): antistoffen gericht tegen bacterie, specifiek tegen treponema pallidum: eens positief, altijd positief
- non treponemale testen (VDLR): niet specifiek tegen treponema pallidum, maar ook op stoffen die vrijkomen bij infectie. Positief bij actieve lues, kan fout positief zijn.
Preventie en therapie lues
Preventie: maternale infectie; condoom gebruik, maternale screening in 13e week
Therapie: congenitale syfilis
Follow-up: VDRL