VO week 4 Flashcards
wat bepaalt de snelheid van de glycolyse?
AMP
hoe ontstaat AMP?
myokinase: 2 ADP -> ATP + AMP
wat gebeurt er bij een energie crisis?
AMP stijgt en is signaal voor energie crisis
wat is het voordeel van glycogeen t.o.v. van glucose?
glycogeen levert 3 ATP
glucose levert 2 ATP
er is minder O2 verbruik en minder lactaat vorming bij zelfde ATP opbrengst
waarom levert glycogeen 3 ATP ipv 2?
want de fosfaat is niet afkomstig van ATP maar van zwemmen rond?
glucose omzetten naar glucose-6-fosfaat kost 1 ATP terwijl glycogeen omzetten naar glucose-6-fosfaat niet via ATP gaat en hierdoor houd je er 1 meer over
is lactaat vorming anders bij glucose en glycolyse
ja want glycogeen levert 3 ATP op en 2 lactaat en glucose 2 ATP en 2 lactaat dus voor zelfde hoeveelheid ATP is minder lactaat vorming
waar zorgt de creatinefosfaatkinase reactie voor?
zorgt voor een buffer bij verandering van rust naar inspanning of andersom
waardoor komt verzuring in het binnenmembraan?
versnelling van glycolyse hierbij ontstaat lactaat maar dit is geen melkzuur
hoe kun je de Vmax verhogen?
meer enzym
wat is het doel van het activeren van de glycolyse?
ATP genereren
waar is het PFK-1 het meest gevoelig voor?
AMP want bij 100-150x lagere concentratie dan ATP overruled die ATP al
wat is de snelheidsbepalende metaboliet bij de fosforylering mbv creatinefosfaat en wat is het betrokken enzym?
metaboliet: ADP
enzym: creatine fosfokinase
wat is de snelheidsbepalende metaboliet bij de glycolyse en wat is het betrokken enzym?
metaboliet: AMP
enzym: fosfofructokinase
wat is de snelheidsbepalende metaboliet bij de glycogenolyse en wat is het betrokken enzym
metaboliet: AMP
enzym: glycogeen fosforylase
waarom is koppelgel noodzakelijk bij echografie?
zodat er geen lucht tussen de transducer en het object zit. want dan zie je niks