LE6 Flashcards
Poging en voorbereiding
Welke stelling over poging en voorbereiding is onjuist?
1. Art. 96 Sr is een tegenvoorbeeld voor de regel dat het enkel bedenken van het plan geen strafbaar feit is.
2. Bij de subjectieve theorie over begin van de uitvoering ligt de nadruk op de intentie van de dader. De geestesgesteldheid van de dader staat centraal. Het gaat om de misdadige wil van de poger. Dus: er is sprake van een poging wanneer een begin van uitvoering van het voornemen heeft geopenbaard.
3. De objectieve theorie over begin van de uitvoering betekent dat de gedraging een begin moet vormen van voltooiing van het misdrijf. Dus er is sprake van een poging wanneer een begin van uitvoering van het misdrijf zich heeft geopenbaard. Daarvan kan sprake zijn als er een direct gevaar bestaat voor de krenking van het rechtsgoed dat het delict in kwestie beoogt te beschermen.
4. Alle stellingen zijn juist.
- Alle stellingen zijn juist.
Elly heeft het plan opgevat om een fiets te stelen. Zij heeft daartoe een grote kniptang aangeschaft om de hangsloten waarmee dergelijke voertuigen aan hekken, lantaarnpalen etc. zijn bevestigd, makkelijk door te kunnen knippen. Op een morgen loopt zij met de tang in haar hand naar buiten om naar het verder gelegen station te gaan, waar zij haar slag wil slaan.
Is hier sprake van een strafbare poging of strafbare voorbereiding?
1. Er is geen sprake van een strafbare voorbereiding, wel van een strafbare poging.
2. Er is geen sprake van een strafbare poging, wel van een strafbare voorbereiding.
3. Er is zowel sprake van een strafbare voorbereiding als een strafbare poging.
4. Er is geen sprake van een strafbare voorbereiding, noch van een strafbare poging.
- Er is geen sprake van een strafbare voorbereiding, noch van een strafbare poging.
==> Het delict dat Elly van plan is te gaan plegen is diefstal met braak (art. 311 lid 1 sub 5 Sr). Een poging is strafbaar indien iemand al begonnen is aan de uitvoering van een misdrijf (art. 45 Sr). Diefstal met braak is weliswaar een misdrijf, maar Elly was nog niet bezig met de uitvoering: zij heeft nog geen gedraging verricht die naar uiterlijke verschijningsvorm moet worden beschouwd als te zijn gericht op voltooiing van het tenlastelegde feit (CITO-arrest en Grenswisselkantoor-arrest). Het plan bevond zich nog in de voorbereidingsfase. De volgende vraag is dan: is hier sprake van strafbare voorbereiding? Voorbereiding is strafbaar indien uit bepaalde in art. 46 Sr genoemde omstandigheden blijkt dat iemand een strafbaar feit waarop een gevangenisstraf van acht jaar of meer is gesteld, wil gaan plegen. Op diefstal met braak staat een maximum gevangenisstraf van zes jaar. Er is dus ook geen sprake van strafbare voorbereiding van diefstal met braak.
Is poging tot mishandeling is strafbaar?
1. Ja
2. Nee
3. Afhankelijk van omstandigheden
- Nee
==>
Art 300 lid 5 Sr bepaalt dat het niet strafbaar is.
Is poging tot zware mishandeling die dood ten gevolg heeft (art. 302 lid 2 Sr) strafbaar?
1. Ja
2. Nee
3. Afhankelijk van omstandigheden
- Nee
==> Bij delicten met een geobjectiveerd gevolg geldt geen poging.
Drugsdealer Bilal heeft het plan opgevat om een van zijn concurrenten te intimideren door een bom tot ontploffing te brengen in diens dure auto (art. 157, 3° Sr). Hij gaat op weg naar de auto, die op straat staat geparkeerd. In zijn tas bevindt zich de bom. Op 50 meter afstand van de auto staat een bankje. Bilal neemt plaats op het bankje om rustig een geschikt moment af te wachten om de bom te plaatsen. Terwijl hij daar zit, wordt hij aangehouden door de politie, die lucht heeft gekregen van zijn plannen. Bilal legt een volledige bekentenis af.
Hier is sprake van:
1. Voorbereiding
2. Poging
3. Vrijwillige terugtred
4. Geen strafbaar feit.
- Voorbereiding
==>
Zie boek, p. 121
==> Geen concreet gevaarzetting van het beschermde rechtsgoed
Kan iemand, die − met het plan een autoradio te stelen − de deur van de auto al heeft geforceerd maar wordt gestoord voordat hij de radio eruit heeft kunnen krijgen, worden gestraft wegens poging tot diefstal met braak?
1. Ja, braak (het forceren van de deur) is een begin van uitvoering van diefstal met braak.
2. Ja, zijn plan was immers het stelen van een autoradio.
3. Nee, braak is onvoldoende als begin van uitvoering van diefstal, aangezien de diefstal nog slechts een plan was.
4. Nee, het maken van plannen, in casu het stelen van een autoradio, is onvoldoende voor het aannemen van een poging tot diefstal met braak.
- Ja, braak (het forceren van de deur) is een begin van uitvoering van diefstal met braak.
==> Een plan hebben is onvoldoende voor een strafbare poging. In deze casus is echter niet slechts sprake van een plan: er is ook een handeling verricht, namelijk een autodeur geforceerd. Braak is voldoende als begin van uitvoering van diefstal met braak. Iemand kan op basis van de feiten in de casus worden gestraft op grond van artikel 45 Sr juncto artikel 311, eerste lid, sub 5, Sr.
Is poging tot dood door schuld (art. 307 Sr) strafbaar?
1. Ja
2. Nee
3. Afhankelijk van omstandigheden
- Nee
==>
dit delict gaat over dood door onvoorzichtigheid; hier kan nooit een poging voor zijn
Wat zal de uitspraak van de rechter zijn als de OvJ diefstal met braak (art. 311, eerste lid, sub 5, Sr) ten laste legt in een geval waarin sprake is van slechts een poging daartoe?
1. Vrijspraak
2. Ontslag van rechtsvervolging
3. Veroordeling op poging
4. Geen van deze opties
- Vrijspraak
==>
Als de OvJ het voltooide delict ten laste legt terwijl in werkelijkheid slechts een poging heeft plaatsgevonden, is de voltooiing nooit te bewijzen, en zal altijd vrijspraak volgen.
De broers Kees en Piet dromen ervan om veel geld te hebben. Op menige kroegavond spreken zij over de verwezenlijking van deze droom. Legale wegen tot rijkdom blijken alle te tijdrovend en zo groeit langzaam het plan om een overval te plegen. Het doelwit zal een juwelier in Amsterdam zijn. Samen bedenken zij, al pratend in een café, een draaiboek voor de overval en fantaseren zij erover wat zij met het geld allemaal zouden kunnen doen.
Welke stelling is juist?
1. Wat de gebroeders hier doen is te bestempelen als strafbare samenspanning
2. Wat de gebroeders hier doen is te bestempelen als niet strafbare samenspanning
3. Wat de gebroeders hier doen is te bestempelen als strafbare voorbereiding
4. Geen van de antwoorden is juist.
- Wat de gebroeders hier doen is te bestempelen als niet strafbare samenspanning
==> Zie boek, p. 123
Wat de gebroeders hier doen is te bestempelen als samenspanning. Het maken van afspraken over het plegen van een overval levert echter geen strafbare samenspanning op.
Samenspanning (art. 80 Sr) bestaat zodra twee of meer personen overeengekomen zijn om het misdrijf te plegen.
De broers Kees en Piet dromen ervan om veel geld te hebben. Op menige kroegavond spreken zij over de verwezenlijking van deze droom. Legale wegen tot rijkdom blijken alle te tijdrovend en zo groeit langzaam het plan om een overval te plegen. Het doelwit zal een juwelier in Amsterdam zijn. Samen bedenken zij, al pratend in een café, een draaiboek voor de overval en fantaseren zij erover wat zij met het geld allemaal zouden kunnen doen.
Een week later kopen zij bij een kennis twee vuistvuurwapens en valhelmen met een donker vizier en stelen zij een motor die zij voorzien van valse kentekenplaten en willen gebruiken om te vluchten na de overval. In het huis waar de broers wonen worden deze goederen verborgen. Nog een week later, op een koopavond tegen sluitingstijd, voeren zij hun plan uit. Trillend van opwinding zitten Kees en Piet, vlakbij de juwelier, op de motor te wachten tot de laatste klant het pand heeft verlaten. Zij dragen beiden een leren motorpak en de eerder gekochte donkere valhelmen. Onder hun kleding verbergen zij beiden een vuurwapen.
Dan is het zover. Op het moment dat de winkel leeg is en de juwelier aanstalten maakt om de voordeur te sluiten, stormen Kees en Piet met getrokken pistool op de winkel af. De juwelier is net te laat om de deur te sluiten en wordt met geweld tegen de grond gewerkt.
Welke stelling is juist?
- Er is al sprake van concrete gevaarzetting (jetzt-geht-es-los-criterium), waardoor er sprake is van strafbare poging, niet voorbereiding.
- Onherkenbaar vermomd en met getrokken pistool vlak voor sluitingstijd een juwelier bestormen, is aan te merken als een begin van uitvoering.
- Diefstal met geweld is ook een misdrijf, aangezien artikel 312 Sr in Boek II van het Wetboek van Strafrecht is geplaatst. Als de voltooiing van het misdrijf hier niet zou volgen, omdat bijvoorbeeld de juwelier de mannen zou weten te overmeesteren en over te dragen aan de politie, dan hadden de mannen een strafbare poging tot diefstal met geweld gepleegd.
- Op het moment dat zij zitten te wachten op de motor is alleen nog maar sprake van voorbereiding. Als zij op de winkel afstormen en de juwelier tegen de grond werken, begint de pogingsfase.
- Alle stellingen zijn juist.
- Alle stellingen zijn juist.
Wanneer is er GEEN sprake van vrijwillige terugtred?
1. De dader begint met de daad, en vervolgens beslist hij dat het toch te riskant is.
2. De dader begint met de daad, maar toch onvoldoende lef heeft om de daad te voltooien.
3. De dader begint met de daad, en voelt dat hij het toch niet durft.
4. In al deze gevallen is er sprake van vrijwillige terugtred.
- In al deze gevallen is er sprake van vrijwillige terugtred.
Drie mannen brengen hun plan om een geldauto te overvallen tot uitvoer. Op het moment dat de geldauto een groot bankfiliaal verlaat, slaan zij toe. Op grond van eerdere observaties denken zij dat zich op dat moment een groot bedrag aan geld in de auto bevindt. Zij dwingen de geldauto tot stoppen en dwingen de bestuurders om de auto aan de achterzijde open te maken. Tot grote verbazing van de overvallers bevindt zich in de laadruimte van de auto helemaal niets. Wat zij niet wisten, was dat door een administratieve vergissing het geld bij de bank niet in gereedheid was gebracht voor vervoer en de geldauto daarom onverrichter zake naar het hoofdkantoor terugkeerde.
Hier is sprake van:
1. Voorbereiding
2. Absoluut ondeugdelijke poging
3. Relatief ondeugdelijke poging
4. Geen strafbaar feit.
- Relatief ondeugdelijke poging
==> zie boek, p. 116
Jan en Piet hebben geld nodig om gokschulden af te lossen. Om aan geld te komen spreken zij af dat zij een eenmalige zogenaamde ramkraak zullen gaan plegen. Met een bestelbus willen zij ‘s nachts de pui van een juwelier rammen, zodat zij waardevolle zaken kunnen wegnemen. Jan heeft een oude bestelbus in zijn garage die hij wel aan dit doel wil opofferen. Piet heeft een stevig broodmes in de keukenla liggen en belooft dit mee te zullen nemen, mochten zij onverhoopt op weerstand stuiten. De politie luistert in het kader van een andere strafzaak toevallig de gesprekken af en is zodoende op de hoogte van het plan.
Hier is sprake van:
1. Voorbereiding
2. Poging
3. Vrijwillige terugtred
4. Geen strafbaar feit.
- Voorbereiding
==> Geen concreet gevaarzetting van het beschermde rechtsgoed
Zie boek, p. 119
Mag de gemeentewetgever in een APV poging tot overtreding strafbaar stellen?
1. Ja
2. Nee
- Nee
==>
* Nee, artikel 45 Sr bepaalt dat poging tot misdrijf strafbaar is. Dit moet zo worden uitgelegd dat poging tot overtreding niet strafbaar is.
* De lagere wetgever is niet bevoegd om van de Algemene bepalingen van het Wetboek van Strafrecht af te wijken (art. 91 Sr).
Welke stelling over poging en voorbereiding is onjuist?
1. Strafbaar is het veroorzaken van iemand zijn dood door een verwijtbare aanmerkelijke onvoorzichtigheid. Er kan echter geen sprake zijn van poging hiertoe.
2. Indien de voorwerpen, afzonderlijk dan wel gezamenlijk, naar hun uiterlijke verschijningsvorm ten tijde van het handelen dienstig kunnen zijn voor het misdadige doel dat de verdachte met het gebruik van de voorwerpen voor ogen had, den geldt volgens jurisprudentie dat de voorbereidingsmiddelen bestemd zijn tot het begaan van dát specifieke grondmisdrijf, en dus wordt strafbare voorbereiding vastgesteld.
3. Het CITO-arrest (HR, 1978) ging over de term “begin van uitvoering” in de wet. Het Samir A.-arrest (2007) ging over de vraag hoe vastgesteld kan worden of bepaalde voorwerpen een voorbereidingsmiddel zijn.
4. Het verschil tussen voorbereiding en poging zit in de vraag of er concrete gevaarzetting bestaat voor het rechtsgoed dat beschermd wordt door de delictsomschrijving. Bij voorbereiding is er geen gevaar voor het rechtsgoed. Bij poging wel. Vanaf het Jetzt-geht-es-los moment is er sprake van poging, niet van voorbereiding.
- Indien de voorwerpen, afzonderlijk dan wel gezamenlijk, naar hun uiterlijke verschijningsvorm ten tijde van het handelen dienstig kunnen zijn voor het misdadige doel dat de verdachte met het gebruik van de voorwerpen voor ogen had, den geldt volgens jurisprudentie dat de voorbereidingsmiddelen bestemd zijn tot het begaan van dát specifieke grondmisdrijf, en dus wordt strafbare voorbereiding vastgesteld.
==> “dus wordt strafbare voorbereiding vastgesteld” is onjuist; er gelden nog andere voorwaarden voor voorbereiding.
==>
Mbt 1: Bij een poging is er altijd sprake van een streven, dus van opzet. Dus men kan niet streven naar een per ongeluk veroorzaakt gevolg. Als de dader streeft naar het gevolg, dan handelt hij immers opzettelijk.