Interstitiële longziekte Flashcards

1
Q

Oorzaken van interstitiële longziekte?

A
  • Idiopathische pulmonale fibrose
  • Hypersenstitiviteits pneumonitis
  • Pneumoconiosis
  • Radiatie pneumonitis
  • Geneesmiddel geïnduceerd: Bleomycine, busulfan, amiodarone
  • Bindweefselziekten: systemische sclerose, polymyositis, dermatomyositis
  • Granulomateuze ziekte: sarcoidose
  • Vasulitis
  • Kwaadaardig: langerhanscel histiocytose of amyloidose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Definitie van pneumoconiosis?

A

= groep van interstitiële longziekten die veroorzaakt worden door inhalatie van verschillende stofpartikels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke stofpartikels kunnen leiden tot pneumoconiosis?

A
  • Mijnwerkerslongen
  • Asbestose
  • Silicosis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Pathofysiologie van Interstitiële longziekte?

A

herhaaldelijke cycli van longweefsel schade in longparenchym –> wondheling –> collageneuze fibrose –> remodellering van pulmonale interstitium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

PF van pneumoconiosis?

A

inhalatie van stofpartikels –> inflammatoire reactie –> verlittekening, granuloma vorming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

PF van pneumoconiosis?

A

inhalatie van stofpartikels –> inflammatoire reactie –> verlittekening, granuloma vorming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Kliniek van interstitiële longziekte?

A
  • Progressieve dyspneu, dyspneu bij inspanning
  • Hoge frequentie, oppervlakkige ademhaling om dyspneu te compenseren
  • Persisterende niet-productieve hoest
  • Vermoeidheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Afwijkingen op klinisch onderzoek bij interstitiêle longziekte?

A
  • Bibasale inspiratoire crepitaties of rhonchi (velcro-achtige rales)
  • Clubbing
  • Cyanose
  • Luide inspiratoire wheezing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe stelt men de diagnose van interstitiële longziekte?

A
  • ABG: gestegen A-a gradiënt, gedaalde O2 spanning
  • Labo: screening voor reumatische en auto-immuunziekte: reumafactore, ANA, aldolase, anti-CCP, Anti-Jo1
  • RX thorax: reticulaire opaciteiten (tekens fibrose), mat glas opaciteiten
  • CT thorax: honeycombing
  • Longfunctietesten: daling FVC, daling TLC, daling DLCO
  • Bronchoscopie
  • Longbiopsie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Behandeling van interstitiële longziekte?

A
  • Rookstop
  • Ondersteunend therapie: O2 therapie, kinésitherapie
  • AB zo vermoeden bacteriële interstitiële pneumonie
  • Corticosteroïden en/of immunomodulatoren

GEEN CS bij idiopathische pulmonale fibrose (hier specifiek anti-fibroserende therapie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly