Immuunsuppressie Flashcards

1
Q

Aanwezigheid van antilichamen vóór de transplantatie kan voor hyperacute rejectie zorgen.
ABO en HLA matching verbetert de graft survival.

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

moderne IS:

A
  • er zijn verschillende aangrijpingspunten van deze geneesmiddelen
  • prednison, azathiopurine, cyclosporine, MMF, tacrolimus, retuximab soms, basiliximab, alemtuzumab
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Verschillende aangrijpingspunten van IS:

A
  • activatie of proliferatie van T-lymfocyten remmen
  • de ene grijpt aan op de activatie, de ander op de proliferatie
  • calcineurineremmers
  • ATG middelen
  • corticosteroïden
  • anti-CD25/interleukine 2 remmer
  • uitkomst is altijd, minder T-lymfocyten en dus minder afweer, door verminderde activatie en proliferatie van T-lymfocyten.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

bij switchen van geneesmiddel, kan het handig zijn om naar een andere groep van medicijnen over te stappen, om dus over te stappen naar een middel dat een ander aangrijpingspunt heeft.

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

inductie therapie (IS):

A
  • monoklonale antilichamen, ‘mab’ jes
  • steroïden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Onderhoud therapie (IS):

A
  • CNI
  • Steroïden
  • Purine remmers
  • mTORI
  • Antilichamen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Er is een afname van de rejectie gezien over de jaren van Ltx. Door het gebruik van de immuunsuppressiva.

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Huidig IS schema na LTx:

A
  1. Inductie:
    -500 mg methylprednisolon eenmalig
    - 20mg basiliximab dag 0 en 4
  2. Start:
    - MMF 2dd 1000 mg
    - Prednison 1dd 20mg
    - Tacrolimus vanaf dag 5
  3. Onderhoud:
    - Tacrolimus langwerkend (dalspiegel 5-10)
    - Prednisolon 1dd 10 mg (stop maand 6 indien mogelijk)
  4. Aanpassingen:
    - tijd na Ltx
    - bijwerkingen
    - afstoting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Therapeutic Drug Monitoring:

A

spiegels van geneesmiddelen in het bloed bepalen en op basis daarvan doseringen of geneesmiddelen veranderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

tacrolimus is NEFROTOXISCH.

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

mensen die tacrolimus gebruiken mogen geen NSAID’s .
dus: ALLE LEVERTRANSPLANTATIE PATIËNTEN MOGEN GEEN NSAID’s

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

bijwerkingen IS:

A
  • infecties
  • kanker
  • metabole en cardiovasculaire bijwerkingen
  • renale bijwerkingen
  • overige bijwerkingen (zoals wervelinzakkingen en neurotoxiciteit)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Metabole en cardiovasculaire bijwerkingen:

A
  • hypertensie door corticosteroïden en calcineurine remmers
  • diabetes mellitus door prednison en tacrolimus
  • hyperlipidemie door sirolimus, cyclosporine, tacrolimus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

CNI: tacrolimus en cyclosporine

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Voorkomen en behandelen van nierfalen, als bijwerking van IS:

A
  • (tijdelijk) stoppen of vermijden tacrolimus
  • begin niet direct met tacrolimus (alleen bij LTx mogelijk op dag 5 starten)
  • verlaag de dosering tacrolimus + start een immuunsuppressiva uit een andere groep ernaast
  • behandel hypertensie en diabetes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

parecetamol intoxicatie kan een indicatie zijn voor een levertransplantatie.

A
17
Q

bijwerkingen van CsA/cyclosporine:

A
  • diabetes: +
  • hypertensie: +++
  • hyperlipidemie: ++
  • CKD: +++
  • Osteoporose: +
  • BM suppressie: -
  • dermatologisch: ++
  • neurotoxiciteit: ++
  • GI toxiciteit: +
18
Q

bijwerkingen Tacrolimus:

A
  • diabetes: ++
  • hypertensie: ++
  • hyperlipidemie: +
  • CKD: +++
  • Osteoporose: +
  • BM suppressie: -
  • dermatologisch: ++
  • neurotoxiciteit: ++
  • GI toxiciteit: +
19
Q

bijwerkingen MMF/Cellsept:

A
  • diabetes: -
  • hypertensie: -
  • hyperlipidemie: -
  • CKD: -
  • Osteoporose: -
  • BM suppressie: ++
  • dermatologisch: -
  • neurotoxiciteit: +
  • GI toxiciteit: +++
20
Q

bijwerkingen AZA/azathioprine:

A
  • diabetes: -
  • hypertensie: -
  • hyperlipidemie: -
  • CKD: -
  • Osteoporose: -
  • BM suppressie: ++
  • dermatologisch: +
  • neurotoxiciteit: +
  • GI toxiciteit: +
21
Q

bijwerkingen mTOR/bijv. everolimus:

A
  • diabetes: +
  • hypertensie: ++
  • hyperlipidemie: +++
  • CKD: +
  • Osteoporose: -
  • BM suppressie: +
  • dermatologisch: +
  • neurotoxiciteit: +
  • GI toxiciteit: ++
22
Q

bijwerkingen Steroïden:

A
  • diabetes: +++
  • hypertensie: +++
  • hyperlipidemie: ++
  • CKD: -
  • Osteoporose: +++
  • BM suppressie: -
  • dermatologisch: +
  • neurotoxiciteit: +
  • GI toxiciteit: +
23
Q
A