HLA, kruisproeven en allocatie Flashcards
casus met Ntx indicatie:
- vermoeidheid en hoge bloeddruk
- fors verhoogd creatinine
- nierbiopt
–> indicatie voor Ntx
welke factoren dragen bij/spelen een rol bij een succesvolle niertransplantatie?
- HLA typering
- etniciteit
- ontbreken van HLA antistoffen
- welke indicatie voor Ntx
- bloedgroep
- donorkarakteristieken (oa. leeftijd, levend/overleden, ischemietijd)
APC = Antigeen Presenterende Cel
- die hebben HLA klasse 2
- APC kan een viraal peptide of bacterie opnemen en aan een HLA klasse 2 presenteren
- dat is om CD4 positieve T-cellen dat te laten herkennen.
- niet alleen lichaamsvreemde, maar ook lichaamseigen peptiden worden gepresenteerd in het HLA molecuul
- DC4 positieve cellen zijn in de thymus opgeleid om die lichaamseigen niet te herkennen
- alle kernhoudende cellen hebben HLA klasse 1 op hun celmembraan zitten
- zodra er een virus is, kan APC ook HLA klasse 1 tot expressie brengen en dan het virus presenteren aan CD8 positieve T-cellen
als iemand geen HLA klasse 2 heeft, dan werken de CD4 positieve T-cellen helemaal niet!
HLA is heel belangrijk in het immuunsysteem, het is dus nodig om infecties te bestrijden.
waarom is HLA matching belangrijk?
- Heeft veel te maken met de overleving na een niertransplantatie.
- Als je alle HLA matcht, is de overleving het best.
- Matching is belangrijk voor de overleving van het orgaan.
- HLA matching is een hele belangrijke factor om het rejectierisico te verminderen
twee immunologische doelen bij Ntx:
- match bloedgroep
- best mogelijke match voor HLA klasse 1 (A en B) en HLA klasse 2 (DRB1)
+ ontwijken van HLA antistoffen (A, B, C, DRB1, DQB1, DPB1)
zowel het HLA wat je van je vader als je moeder krijgt, komt tot expressie op het celmembraan.
Levende donoren: familie, vrienden, altruïsten
Postmortale donors: via Eurotransplant (Oostenrijk, België, Duitsland, Luxemburg, Nederland, Slovenië, Kroatië, Hongarije)
Bij postmortale donor wordt eerst gekeken of de nier samen met een ander orgaan kan worden gedoneerd, dan heeft het voorrang op alleen een niertransplantatie.
donor onder de 65 jaar:
- 2 programma’s
- AM programma (om mensen die in ETRAS programma geen kans maken, toch een kans te geven)
- ETKAS programma
donor > 65 jaar:
ESP programma
puntensysteem voor allocatie ETKAS:
Eerst de mensen die volledig HLA identiek zijn en dan pas de rest van de patiënten.
- mismatch probability (max 100 punten)
- Waiting time (per year) (33.3 punten)
- Distance factor (300 punten)
- Nationale balance (no max)
- Altruïstisch of nierdonor (max 500 punten)
welke gebeurtenissen kunnen leiden tot de vorming van HLA antistoffen?
- zwangerschap
- bloedtransfusie
- bloedplaatsjes transfusie
- eerdere transplantatie
wanneer iemand donor specifieke antibodies heeft, is het vinden van een geschikte donor lastiger.
iemand kan op het moment van transplantatie nog geen antistoffen hebben, maar door de transplantatie kunnen die wel gevormd worden.
donor specifieke antistoffen (DSA) kunnen leiden tot acute humorale rejectie en chronische rejectie.
HLA laboratorium:
- HLA typering
- HLA antistof screening
- kruisproeven (donor cellen en ontvanger serum in contact brengen)
- donor search
HLA typering en matching:
- We willen minstens het tweede veld van het HLA weten
- HR typering patiënt, LR typering donor
- HR: met heel veel zekerheid alle HLA velden vastgesteld (doen we bij levende donor)
- LR: we weten niet helemaal hoe het HLA er uit ziet, maar goed genoege match voor transplantatie (doen we bij postmortaal, omdat daarbij de tijd niet is voor HR)
- Matchen op HLA-A, HLA-B en HLA_DRB1
HLA: DNA typer technieken
- Lage resolutie: SSP (mbv primer, kan in 2-3 uur) en SSO (mbv oligonucleotiden (Luminex)
- Hoge resolutie/sequencen: NGS of Nanopore sequencing (kan ook snel!)
HLA antistof screening:
- cellen en serum samen brengen om dat te analyseren (dus cellen van meerdere donoren gebruiken)
–> doen we voor toelating op de wachtlijst en daarna elk kwartaal, is 150 dagen houdbaar
kruisproef:
- patiënt serum en donor cellen (milt of bloed) + complement
–> als er antistoffen zijn, dan positieve kruisproef en dode cellen
flow kruisproef doe je met flowcytometer, is specifieker en betrouwbaarder en beter.
kruisproeven:
- altijd kruisen
- virtueel: obv HLA typering donor versus HLA antistoffen patiënt
- retrospectief (voorwaarden: patiënt niet geïmmuniseerd of ESP en screening nog ‘houdbaar’ dus 150 dagen en geen immunising events
- prospectief (geïmmuniseerde patiënt of nieuw serum