Harttransplantatie Flashcards

1
Q

het hart is niets anders dan een motor die gebouwd is om bloed rond te pompen. wat heb je nodig om een hart te bouwen?

A
  • hartspier
  • hartkleppen
  • electra (geleidingssysteem)
  • benzine slangen (kransslagaders of coronairen)
  • hartzakje
    –> Op ieder gebied kan er een oorzaak zijn voor hartfalen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

impact van hartfalen in Nl:

A
  • Bijna 250.000 mensen met diagnose hartfalen.
  • Ongeveer nog net zo veel met niet herkend hartfalen.
  • Meer dan 29.000 opnames per jaar.
  • Hoge ziektelast en sterfte met 5-jaarsoverleving 50%
  • Zorgkosten hartfalen ongeveer 1 miljard per jaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

mannen met hartfalen:

A
  • 85% is > 65 jaar
  • 1 op de 3 mannen van > 55 jaar krijgt ooit hartfalen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

vrouwen met hartfalen:

A
  • 89% is > 65 jaar
  • 1 op de 4 vrouwen van > 55 jaar krijgt ooit hartfalen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

definitie van hartfalen:

A
  • Bij hartfalen moet er sprake zijn van symptomen/klachten passend bij deze diagnose
  • maar ook objectief vast te stellen tekenen van hartfalen, dus objectief bewijs voor dysfunctie van het hart
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat voor klachten heb je bij hartfalen?

A
  • moeheid
  • kortademigheid
  • vochtretentie (longen, benen, buik)
  • misselijkheid/verminderde eetlust (wanneer er teveel vocht in de buik zit, waardoor de maag verdrukt wordt)
  • koude ledematen
  • bleekheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

dysfunctie van het hart (met echo kan je dit vaststellen):

A
  • knijpkracht verminderd
  • vulling verstoord
  • klepafwijkingen
  • vergroot hart
  • dikke of dunne hartspier
  • geleidings- of ritmestoornissen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hoe stel je hartfalen vast?

A
  • anamnese
  • LO
  • aanvullend onderzoek: ECG of hartfilmpje, screenend bloedonderzoek, echocardiografie (bewegende beelden van het hart)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

aanvullende diagnostiek:

A
  • X-thorax, longfoto, geeft snelle indruk over hoe groot het hart is
  • CT-coronairen
  • MRI hart
  • coronairangiografie (hart catheterisatie)
  • botscan
  • aanvullend bloedonderzoek
  • genetisch onderzoek
  • hartbiopt (alleen als alle andere aanvullende onderzoeken geen duidelijkheid geven) (doen we niet vaak)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

oorzaken van hartfalen:

A
  • hartinfarct (= probleem van de kransslagaders)
  • hypertensie (= hoge bloeddruk)
  • cardiomyopathie (= ziekte van de hartspier)
  • kleplijden
  • diabetes mellitus
  • ritme/geleidingsstoornissen
  • toxisch (alcohol, chemo-of radiotherapie, drugs)
  • en nog veel meer andere oorzaken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

de drie meest voorkomende oorzaken van hartfalen:

A

hartinfarct
hypertensie
cardiomyopathie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

behandeling hartfalen:

A
  • niet alleen medicatie
  • maar ook de onderliggende oorzaak behandelen
  • en dat in combinatie met levensstijl modificatie en medicatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
  • Indien er geen andere behandeling meer is voor het hartfalen, dan zijn LVAD en harttransplantatie de laatste behandelopties. Palliatieve zorg is natuurlijk ook een optie.
  • Wachttijd tot harttransplantatie wordt steeds langer.
  • Meestal wachttijd van 2 tot 4 jaar.
  • Donorhart overleving, dus overleving van de patiënt na een harttransplantatie: 16 of 17 jaar
A
  • Van te voren steunhart: extra jaren kopen van te voren en kan je in betere conditie worden getransplanteerd.
  • Ongeveer 100-120 steunhart operate per jaar in Nl.
    Ongeveer 40 harttransplantaties per jaar in Nl.
  • > 65, niet meer in aanmerking voor harttransplantatie
  • Met steunhart ongeveer 5-7 jaar extra.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wachttijd van de wachtlijst is opgelopen van 2 naar 4 jaar. ondanks het gebruik van oudere donoren en steunharten toch nog 15% sterfte bij volwassenen en 30% sterfte bij kinderen.

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

door lange wachttijd hebben patiënten vaak nog een slechtere conditie.

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

maximaal 4 uur tussen uitname en terugplaatsing van het hart.
langer dan 4 uur, dan heeft het hart meer moeite om weer op gang te komen.

A
17
Q

inspectie hart bij donor uitname:

A
  • hoe ziet het hart er uit?
  • omstandigheden aanbod?
18
Q

1 op de 7 patiënten overlijdt op de wachtlijst voor een harttransplantatie in Nl.

A
19
Q

wat kunnen we doen om de donor poel verder uit te breiden?

A
  • verder vliegen/rijden?
  • DCD hart donatie
  • machines die het hart buiten het lichaam van bloed voorzien en dus zuurstof
20
Q

op de pomp kun je het hart 6 tot 8 uur goed houden buiten het lichaam.

A
21
Q

mogelijkheden en toekomst van de pomp:

A
  • Mogelijkheid tot “pimpen” van het hart
  • uitbreiden donorcriteria
22
Q
A