Hoofdstuk 24 - Immunologie van kanker Flashcards
Wat is Graft vs. host disease?
Getransplanteerde T-cellen die niet alleen maligne tumoren aanvallen maar ook gezond weefsel zoals de darmen, de huid en de lever.
Waarvoor staat TIL en wat is het?
Tumor infiltrating lymfocytes. Het zijn T-cellen die de tumor infiltreren zodat de kanker trager progresseert.
Wat zijn checkpoint inhibitors?
Inhibitoren van de negatieve feedback van het immuunsysteem.
Geef twee voorbeelden van checkpoint inhibitors.
- Ipilimumab: blokkeert CTLA-4
- Nivolumab: blokkeert PD-1
Juist of fout?
PD-1 moduleert de activatiefase van de respons.
Fout, het werkt in op de effector fase. CTLA-4 werkt in op de activatiefase.
Wat is een nadeel van therapie met CTLA-4 inhibitoren?
Zware auto-immuniteit: enterocolitis, hypophysitis, hepatitis.
Wat is de functie van PD1?
Blokkeren van de signalering van de TCR.
Waardoor wordt PDL1 expressie gestimuleerd?
IFN-gamma.
Wat zijn differentiatieantigenen?
Antigenen die enkel aanwezig zijn in een specifiek weefsel en in tumoren afgeleid van dat weefsel.
Wat zijn oncofoetale antigenen?
Foetale antigenen die gereactiveerd worden in bepaalde maligne cellen.
Voorbeeld: CEA in colonkanker.
Wat zijn neoantigenen?
Antigenen op de tumor die ontstaan zijn door mutaties.
Gevolg: meer kans op immuunactivatie.