HLA, kruisproeven en allocatie Flashcards

1
Q

factoren die een rol spelen in het succes van niertransplantatie

A

HLA typering
etniciteit (sterk gekoppeld aan HLA typering)
wel of niet aanwezig zijn van HLA antistoffen
welke indicatie voor niertransplantatie → bepaalt oa de recidiefkans in de nieuwe nier
bloedgroep
donor karakteristieken (oa leeftijd, levende/overleden donor, ischemietijd)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat doe APC

A

(= antigeen presenterende cel: dendritische cel, macrofaag) brengt HLA klasse II tot expressie aan een CD4+T-cel (T-helpercellen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat doen koershoudende cellen

A

brengen HLA klasse I tot expressie aan CD8+ T-cel (cytotoxische T-cellen), die vreemde cellen kunnen opruimen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

matchen op HLA *hoeft niet 100%)

A

best mogelijke match voor
- HLA klasse I (A, B)
- HLA klasse II (DRB1)
ontwijken van HLA antistoffen (A, B, C, DRB1, DQB1, DPB1)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

hoe werkt het allocatie programma

A

donor ≥ 65 jaar: oud voor oud programma → oud orgaan naar oude ontvanger
- ESP programma
donor 18-65 jaar
- AM programma (patiënten met veel HLA-antistoffen → voorrang)
- ETKAS programma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

hoe werkt het puntensysteem voor allocatie ETKAS (donor 18-65)

A

1 AM Patienten
2 000-MM (rank obv score) -> patiënten zonder mismatches met donor
3 rit van Patienten via scoresysteem: factor max aantal punten
HLA, -A, -B, -DR matching 400 (800 voor kinderen)
mismatch probability 100
waiting time (per year) 33.3
distance factor (local/region/nation) 300
national balance no max
HU/KAOO/kidney donor (zelf gedoneerd) 500

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat zijn immunizing events + 3 voorbeelden

A

= gebeurtenissen die leiden tot contact met vreemd HLA en daardoor tot mogelijke vorming van anti-HLA alloantistoffen
vb. zwangerschap → paternale HLA-antigenen in de foetus
bloedtransfusie → HLA-antigenen op leukocyten of trombocyten in donorbloed
eerdere transplantatie waarbij er een HLA-mismatch was met de donor
er zijn ook mensen zonder deze 3 events die alsnog HLA-antistoffen hebben, dit is nog onverklaarbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

waar leiden de Novo HLA-antistoffen toe

A

graft los (door antistoffen ontstaan door transplantatie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

waar leiden donor-specifieke antistoffen (DSA) toe

A

acute humorale rejectie
chronische transplantaatfalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wanneer is er een HLA match

A

als HLA-eiwit het zelfde is (ongeacht genetisch verschillen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is high resolution typering

A

typering bij patienten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

vb high resolution typering

A

NGS
nanopore sequencing (kan ook snel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is low resolution typering

A

typering bij donor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

vb. low resolution typering

A

SSP: mbo primers (kan 2-3 uur)
SSO: mbo. oligonucleotiden (luminex)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

techieken HLA-anitstofscreening

A

complement dependent cytotoxicity (CDC)
- niet sensitief
- bij toelating wachtlijst
luminex-based assays
- wel sensitief
- voor toelating wachtlijst min 2 keer, daarna elk kwartaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

soorten kruisproeven HLA

A

CDC kruisproef: donorcellen (uit milt of bloed) in contact brengen met patiënt serum en complement. Score > 1 = niet transplanteren
flow kruisproef; met anti-IgG-FITC
virtueel: HLA-typering donor vs HLA antistoffen patient
retrospectief: kruisen na transplantatie
prospectief: geïmmuniseerde patiënt of nieuw serum

17
Q

welke HLA typering en diagnostiek doe je?

A

HLA-typering en -matching
HLA-antistofscreening
kruisproeven