HC 3.4 Regulatie van de perifere circulatie Flashcards
Wat wordt er vooral door het endotheel geregeld in de bloedvaten?
Stoffen opnemen en afvalstoffen afgeven aan het bloed.
Waar komen de postsynaptische neuronen op uit, in de bloedvaten?
In de buurt van de gladde spiercellen.
Wat is de cardiac output in rust?
5 liter bloed.
Wat is de maximale cardiac output bij inspanning?
25 liter bloed.
Je verwacht dat de verhouding bloed die naar de lichaamsdelen gaat bij inspanning gelijk blijft, maar hoe veranderd dat?
- Het hart en de hersenen behouden hetzelfde aandeel.
- De bloedstroom naar de spieren neemt veel meer toe. Enkel de bloedstroom naar de actieve skeletspier neemt toe.
- De bloedstroom naar de nieren, het bot, de darmen en de huid wordt veel minder.
Als je de aorta vergelijkt met kleiner wordende vaten wat zie je dan?
Dat de vaatwand steeds dikker wordt door toename in het aandeel gladde spiercellen.
Waarom kun je op capillair niveau de bloedstroom niet reguleren?
Omdat er daar geen gladde spiercellen bevinden.
Wanneer loopt bloed gelijk van een arteriole naar een venule?
Als de sphincters rondom capillairen in de buurt dicht zijn.
Wat heeft invloed op de bloedtoevoer naar de capillairen?
De arteriolen en de sphincters
Op welke twee niveaus vindt de regulatie van de bloedflow naar een orgaan plaats?
Neuraal en lokaal
Hoe kan neuraal de bloedflow van een orgaan geregeld worden?
Constrictie naarmate de sympathicus meer wordt geactiveerd.
Hoe kan via lokale factoren de bloedflow van een orgaan worden geregeld?
- Myogeen mechanisme: rek leidt tot vasoconstrictie.
- Metabool mechanisme (energieverbruik): behoefte
- Endotheel gemedieerd mechanisme: flow, als de flow bijvoorbeeld toeneemt, vindt er dilatatie plaats met name in de grote arteriën.
Waar hangt de invloed van de lokale factoren vanaf?
Het dominante mechanisme hangt af van de vaatgrootte.
Welk mechanisme om de bloedflow te reguleren is het sterkt in de arterie?
De flow-gemedieerde dilatatie en de neurale constrictie
Welk mechanisme om de bloedflow te reguleren is het sterkt in de arteriolen?
De rek: myogene constrictie. Rek leidt hier tot vasoconstrictie.
Welk mechanisme om de bloedflow te reguleren is het sterkt in de kleinste arteriolen?
De behoefte: metabole dilatatie. Een belangrijke rol daarbij speelt de verzuring. De bloedvaten kunnen namelijk het lactaat aanvoelen en als gevolg daarvan verwijden.
Wat is het effect van de sympathicus in een arterie (> 300 micrometer)?
Vasoconstrictie, maar in dit vat leidt het niet tot een verhoging van de perifere weerstand. Grote arteriën zijn geleidingsvaten.
Wat is het effect van de sympathicus in een arteriole (20 - 300 micrometer)?
Geeft heel veel vasoconstrictie en als gevolg hiervan neemt de perifere weerstand totaal heel sterk toe. Arteriolen zijn weerstandsvaten.
Wat is het effect van de sympathicus in een vene?
Venoconstrictie (constricttie van de venen en dus ook drukverhoging in de vene. Het veneuze bed duwt het bloed naar het hart, veneuze return, om de cardiac output te vergroten.
Waarom worden venen ook wel capaciteitsvaten genoemd?
Omdat het grootste deel van het bloed in het veneuze bed zit.
De invloed van de sympathicus op de vasoconstrictie is weefsel afhankelijk, hoe is de invloed van de sympathicus op het hart, de hersenen, de nieren, de huid en de spieren?
- Bij organen als de hersenen en het hart heeft de sympathicus bijna geen vasoconstrictie als gevolg.
- In de huid neemt juist de vasoconstrictie enorm toe met de activatie van de sympathicus. Reageert sterk op activatie van het AZS.
- De nieren en de spieren zitten hier een beetje tussenin.
Wat is er dominanter: de lokale factoren of de neurale factor?
De lokale factoren overrulen de sympathicus.
Waar heeft het metabole mechanisme dicht bij de capillairen vooral invloed op?
Het grootste effect op de vasodilatatie
Waar zorgt lokale regulatie voor?
Autoregulatie: de bloedflow wordt constant gehouden ondanks de verschillende bloeddrukken.
Wat is een kenmerk van de arteriolen?
Ze hebben over het algemeen de grootste bijdrage aan de vasculaire weerstand.
Waar treedt atherosclerose voornamelijk op?
In proximale geleidingsvaten.