HC 3-4 Prostaatcarcinoom Flashcards

1
Q

Digital rectal examination (DRE)

A

Stevigheid en onregelmatigheid van de prostaat beoordelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoeveel procent van de mannen in de leeftijd van 70-80 heeft prostaatkanker

A

60-70%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

PSA test

A
  • Normaal: gezonde prostaatcellen liggen netjes tegen elkaar. Er kan slechts een klein beetje PSA vanuit het prostaatvocht: terugtrekken in de bloedbaan
  • Prostaatkanker: nu zijn de prostaatcellen zich afwijkend gaan gedragen en liggen niet meer netjes tegen elkaar. Er kan nu meer PSA vanuit het prostaatvocht terugtrekken in de bloedbaan
  • PSA density: PSA per grootte en volume meten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Diagnostiek prostaatkanker

A

DRE (prostaatvolume en aspect) + PSA geeft aanleiding tot prostaatbiopt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Multiparametric MRI

A

meerdere beeldvormingsreeksen en technieken combineren om gedetailleerde informatie te verschaffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

T-1 gewogen

A

T1-gewogen beelden verschaffen informatie over de anatomie en structuur van de weefsels.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

T-2 gewogen

A

T2-gewogen beelden bieden hoog-contrast beelden van het prostaatweefsel, waardoor het onderscheid tussen normaal en abnormaal weefsel mogelijk is en potentiële laesies of tumoren kunnen worden geïdentificeerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Diffusiegewogen Beeldvorming (DWI)

A

DWI meet de beweging van watermoleculen in weefsels. Het is zeer gevoelig voor weefselcellulariteit en kan helpen bij het identificeren van gebieden met beperkte diffusie, wat een aanwijzing kan zijn voor kankertissue.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Dynamische Contrast-Verbeterde (DCE) Beeldvorming

A

DCE-beeldvorming omvat de injectie van een contrastmiddel in de bloedbaan, wat helpt bij het evalueren van de bloedstroom en weefselvasculariteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Diffusion weighted imaging

A
  • Water moleculen bewegen tussen en in cellen
  • Bij tumoren is er een hoge celdichtheid, waardoor er water moleculen minder bewegen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

TRUS

A
  • Nadat de radioloog een afwijking ziet, wordt er een TRUS gemaakt
    • Via rectum kijken naar de prostaat met een echo
      ○ Weerkaatsing van de oppervlak goed te zien, maar waar zit precies de afwijking?
    • Biopt afnamen: meer risico dan transperineale biopsie door verhoogde infectie kans
  • Nadeel: moeilijk om laesies te zien
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Transperineale biopsie

A
  • Hetzelfde als TRUS maar met een biopt grid
  • gouden standaard
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Biopsie

A

Systematisch sample error nadeel: missen van tumoren tussen de biopten
- Gericht met MRI: grotere kans op tumoren vinden
○ Toch 17% gemist
- Dus tegenwoordig een combinatie van beide vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Biopsie met MRI

A
  • MRI-TRUS: afbeeldingen fuseren
    ○ Intekenen van tumoren
    ○ Dure software programma’s nodig
    • MRI geleiode biopsie
      ○ Speciale apparatuur (geen magneten)
      Veel MRI tijd nodig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Gleason gradering

A

Meet agressiviteit en prognose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke prognose heeft de patiënt met prostaat kanker?

A

DRE
- T1: niet zichtbaar
- T2: zichtbaar in de prostaat
- T3: zichtbaar in de prostaat en doorgroeien in de zaadplaatsen
- T4: doorgroeien in het omliggende weefsel
- Allemaal te voelen DRE

MRI
- Lymfevaten voeren tumoren cellen mee en groeien in de klieren
○ Rond de vaten liggen de klieren

Botscan
- Bloed neemt tumor mee
Vaak uitzaaiing in de botten

17
Q

Behandelingsopties prostaatkanker

A
  • Laag risico
    ○ Active surveillance: uitnodigen DRE, PSA en MRI meten
    • Intermediair en hoog risico
      ○ Radicale prostatectomie: prostaat eruit halen
      ○ Radiotherapie: lokaal bestralen
    • Gemetastaseerd hormoon-gevoelig:
      ○ Endocriene therapie = hormonale therapie: onderdrukt testosteron
    • Gemetastaseerd hormoon ongevoelig
      ○ Chemo
      Androgeen blokkade
18
Q

active surveillance

A
  • Vroeger toch geopereerd –> meer complicaties –> slechtere QOL
  • Beter active surveillance: je gaat ermee dood, maar je gaat er niet aan dood
19
Q

Brachytherapie

A

CT zeeslagje spelen met bestraling pillen

20
Q

Cyberknife

A

robot gestuurde radiotherapie