HC 3-1 Oncologie Flashcards

1
Q

Kanker

A
  • Ongecontroleerde groei
  • Kankercellen manipuleren omliggende cellen
  • Kanker cellen verspreiden zich naar andere omgevingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Meest voorkomende kankervorm

A
  • Huidkanker: grootste orgaan
    o Geen beeldvorming nodig
  • Borstkanker, prostaatkanker wel beeldvorming nodig
  • Overige grote soorten kanker: longkanker en dikke darmkanker
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Oorzaak kanker

A
  • Mutaties in DNA
    • Straling
    • Virus
    • Carcinogene stoffen: rook is het meest schadelijk
  • Erfelijk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Kanker verloop

A
  • Hyperplasie: vergroting van cellen door hoge celdeling
  • Dysplasie: Abnormale ontwikkeling, abnormaal uiterlijk en abnormale organisatie van de cellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hallmarks van kanker

A
  • Zelfvoorzienend voor groeisignalen: groeifactor bindt aan receptor
    • Ongevoeligheid voor groeiremmers: Growth supressor worden geblokkeerd
    • Invasie en uitzaaiingen
    • Onbeperkt celdeling: telomeren blijven verlengen waardoor chromosomen nooit afnemen
    • Bloedvat vorming
  • Omzeilen apoptose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

TNM

A
  • T (0-4): grootte/uitbreiding tumor
    • N (0-3): regionale lymfeklieren (nodes)
  • M (0-1): metastases op afstand
  • Stagering wordt bepaald door de TNM bij elkaar op te tellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Doel TNM

A
  • Prognose
    • Behandeling beslissingen
    • Evaluatie behandelingseffect
  • Therapieontwikkeling en onderzoek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Intraoperatieve radiotherapie

A

Eerst grove delen invasief verwijderen en daarna lokaal bestralen om eventuele resten te doden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hyperthermie

A
  • Na een bestraling wordt er 1 keer per week hyperthermie gebruikt
    • De plaatselijke warmtebehandeling wordt geplaats in het tumorgebied
    • De warmte versterkt de werking van de bestraling
      Hierdoor is de tumor gevoeliger voor straling en minder straling nodig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Heterogeniteit

A
  • Tumoren zijn heterogeen
  • Clonen concurreren met elkaar (de sterkste overleven)
  • Hierdoor zijn er verschillende subtypes
  • Nadeel biopt: geen idee of je de meest agressieve biopt hebt genomen
  • Chemotherapie: minder agressieve tumoren gaan dood, maar de agressieve tumoren krijgen de ruimte om te verspreiden
    o Daarom moeten juist de minst agressieve blijven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Tumor vaten

A
  • Endotheelcellen missen: vocht en voedingstoffen worden minder gediffundeerd
  • Vaat cellen zijn lek  hogere druk  minder doorstroming  lage perfusie  hypoxie  radiotherapie werkt niet wegens zuurstoftekort (hypoxie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Tumor perfusie

A
  • bloedtoevoer naar de tumor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Kanker incidentie

A
  • 1 op 3 krijgt kanker
  • Toename kanker bij hogere leeftijd
  • Mannen hebben meer kanker door prostaatkanker en roken
  • Vrouwen hebben rond 40 jaar meer kanker door borst en baarmoederhals kanker
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Type tumoren

A
  • carcinoom: epitheelcellen
    • sarcoom: steun en bindweefsel
    • Leukemie: bloedcellen
    • lymfoom en myeloom: lymfatische weefsel
    • centrale zenuwstelsel tumoren: ruggenmerg en hersenen
    • Kiemceltumoren
    • Neuro-endocriene tumoren
  • Melanomen: huidkanker
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

behandelopties kanker

A

operatie, chemo, bestraling, immunotherapie, ablatie etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Lead time bias

A

overschatting bij overleving van patiënten te verlengen tijdens vroege screening

17
Q

Length time bias

A

overschatting bij overleving van patiënten door minder agressieve tumoren te vinden