HC 2-3 Principes PET Flashcards

1
Q

Coincidence detection

A
  • Instantaan detectie met Line of response (LOR) van de fotonen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Collimator

A
  • Collimator: grid van lood of loodraam met gaten om straling te doorlaten
    • De X-ray bron schiet ook buiten de detectoren. Dit is onnodige straling voor de patiënt, daarom wordt het tegen gehouden door een collimator. Alleen straling die recht door de collimator stralen worden doorgelaten.
    • De gevoeligheid van de collimator is te bepalen met:
      ○ Kortere septe (L): verlies van resolutie
      ○ Grotere septum opening (d)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Time of flight (TOF)

A
  • De tijd voordat de detectoren de fotonen detecteren wordt gebruikt om de positie van de punt te meten.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Gamma camera

A
  • Nadat de straling door de collimator is, worden de fotonen omgezet in zicht baar licht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Scintillatiekristal

A
  • Gamma foton omzetten in zichtbaar lichtbeeld door botsing foton en elektron in kristal (foto-elektrisch effect)
  • Secundaire fotonen in het zichtbare spectrum worden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Photonmultipliers (PMT)

A
  • De detectie van de lichtpulsen uit de kristallen worden door de PMT erg versterkt
    • Licht –> elektrische signaal
    • PMT array X en Y: positie
    • PMT array Z: energie
      ○ Sommeren van PMT’s
      ○ Z signaal evenredig met invallende gamma fotonen
      ○ Energie spectrum van Tc
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe wordt de spatiële resolutie van PET beïnvloedt?

A
  • Positie
  • Positron range
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly