H20. Eetstoornissen Flashcards
Noem 3 voedingsstoornissen
- Pica
- Ruminatiestoornis
- Vermijdende/restrictieve voedselinnamestoornis (avoidant/restrictive food inake disorder, AFRID)
Beschrijf pica
Eten van niet-eetbare stubstanties, niet passend bij leeftijd, ontwikkelingsfase of cultuur. Niet gerelateerd aan lichaamsbeeld of gewichtscontrole.
Behandeling: weinig bekend, gedragstherapie voor de hand liggend
Beschrijf ruminatiestoornis
Voedsel uit de maag terughalen om vervolgens te herkauwen en opnieuw in te slikken of uit te spugen.
Behandeling: weinig bekend, gedragstherapie voor de hand liggend
Beschrijf AFRID: vermijdende/restrictieve voedselinnamestoornis
Onvoldoende eten, door desinteresse, vermijding om sensorische redenen of angst voor aversieve gevolgen van eten –> Ondervoeding –> voedingsdeficienties en gewichtsverlis (of geen toename bij kinderen). Meestal ontwikkeld als jong kind en blijft hele leven bestaan.
Behandeling: gedragstherapeutisch
Beschrijf 4 eetstoornissen
- Anorexia
- Boulimia
- Eetbuistoornis
- Overige voedings- en eetstoornissen
Beschrijf anorexia nervosa
- Vnl vermagering. Angst om aan te komen. Vaak ontkenning ernstig laag lichaamsgewicht en denken vaak dikker te zijn dan werkelijkheid.
- RESTRICTIEVE TYPE 3. EETBUIEN-PURGERENDE TYPE: eet weinig, beweegt veel, ook eetbuien en purgeert. Soms: geen eetbuien maar wel purgeren
Beschrijf boulimia nervosa (BN)
Eetbuien. Objectief veel gegeten, controleverlies. Daarna ongepast compenserende gedrag. Vaak gezond gewicht, maar pt ernstige zorgen om lichaamsvormen en -gewicht.
Beschrijf eetbuistoornis (BED) en noem 5 kenmerken
Eetbuien. Min 3 vd kenmerken:
1) SNELLER dan normaal
2. DOORETEN tot oncomfortabel
3. Veel eten ZONDER FYSIEKE honger
4. ALLEEN eten (door schaamte)
5. WALGING, depressiviteit of schuldgevoel na eten.
Verschil BN en BED: compensatie ontbreekt –> overgewicht
Beschrijf overige voedings- en eetstoornissen
Onduidelijk welke. Lijdensdruk en beperkingen in dagelijks functioneren, maar onvoldoende criteria voor 1 vd stoornissen, of clinicus wil nog geen diagnose stellen (vb vanwege crisissituatie)
Hoe wordt de ernst van eetstoornis vastgesteld?
- AN: adv BMI: hoger –> ernstiger
- BN: frequentie ongepast compenseren
- BED adv frequentie eetbuien
Noem 4 kenmerken van klinische beelden en comorbiditeit
- Overtuigd onaantrekkelijk –> streven gewichtsverlies.
- AN: ook extreme behoefte controle door gebrek aan zelfvertrouwen icm lage zelfwaardering en klinisch perfectionisme
- Comorbiditeit: stemmingsiwsselingen of -stoornissen, angsten (obsessies, compulsies), interpersoonlijke problemen
- Twee groepen
a) Negatief affect
b) Geen negatief affect
afh verloop stoornis: prognose bij hoog negatief affect is aanzienlijk ongunstiger dan bij een laag negatief affect
Wat is klinisch perfectionisme?
Pt die niet alleen op gebied van eten maar ook andere domeinen perfectionisme nastreven
Waarom is transdiagnostiek bij eetstoornissen belangrijk?
- Cross-over komt vaak voor!
- Geen diagnostisch onderscheid tussen AN, BD en BED.
Wel: symptomen gediagnostiseerd (onder/overgewicht, eetbuien/restrictief, etc) die kunnen wisselen –> beter fit empirische realiteit dan DSM
Noem 2 diagnostische methoden voor eetstoornissen
- SCID-5
- aanvullend semigestructureerd interview Eating disorder examination (EDE) –> gouden standaard!
Noem 3 soorten aanvullende informatie voor diagnostiek
Aanvullende info comorbiditeit: vaak, maar cogn problemen door vermagering is geen comorbiditeit!
Aanvullende info medische complicaties: dehydratatie en elektrolytenhuishouding (hyponatrieme, hypokalieme) –> verzwakking hartspier en ademhalingsspieren –> levensgevaarlijk!