epidemiologie darmmaligniteiten Flashcards

1
Q

prevalentie in nl

A

12.000-13.000 diagnoses in NL/ jaar

5000 overlijden jaarlijks

na. borstkanker meest voorkomend

piek bij 50 en 75jr

Caecum 10%, ascendens 10%, transversum 10%, descendens 20%, sigmoid 25%, rectum 25%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

risicofactoren darmkanker

A

roken, alcohol, overgewicht, weinig beweging en voeding

voeding: dagelijks voldoende vezels, niet >500g/week vlees, max 300g rood en niet te veel bewerkt vlees

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Symptomen CRC

A

obstructie lumen (veranderd defecatiepatroon)
vol gevoel
buikpijn, volledige stop–> ileus, misselijk, braken
bloedverlies (occult: anemie door microcytair of Fe gebrek of macroscopisch)
gewichtsverlies
moe
anemie–> dyspnoe d’effort
symptomen mets (icterus/ mets–> pijn/ galobstructie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

diagnostiek

A

colonoscopie met biopten/ LO: RT (palpabele tumor, bloed aan handschoen), palpabele

Bij colonoscopie weten dat je bij jejunum bent door 2/3: merrie ster/ appendix/ klep jejunum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

hoe ontwikkeld CRC

A

Mutatie in APC gen–> normale epitheel ontwikkelt in lijnen omhoog maar wordt polyp (paddenstoel in mucosa)–> geen probleem want benign, tot andere mutaties ontstaan–> darmkanker.

Na 20 jaar is ¼ polypen darmkanker

Intestinal lining–> APC mutatie –> adenoom/ polyp –> p33 SMADs mutatie–> carcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

FAP

A

FAP: aangeb mutatie in APC–> heel snel veel polypen–> 20/25jr hele colon eruit

bijna 100% risico op CRC bij 40jr

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Overloop diarree

A

vaste ontlasting blijft achter vernauwing hangen, dunne kan er wel doorheen–> gevoel diarree

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Stadiëring CRC

A

belangrijk voor behandeling en prognose

Stadium 0 (en 1): kan nog endoscopisch behandelen

Stadium 2: uitgebreider, lymfeklieren geen mets

Stadium 3: ook lymfeklieren mets

Stadium 4: eigenlijk altijd mets in andere organen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

TNM stadiëring

A

T: lokale diepte penetratie in/ door darmwand
- in mucosa/ submucosa/ door wand/ in omringende structuur

N: lokale kliermeta’s

M: mets op afstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Diagnostiek stadiëring CRC

A

lab (Hb, MCV, CEA)/ CT/ bij rectum MRI

CEA: tumormarker: bepalen of tumor terug, verhoogd–> terug

MRI laat lagen rectum en lymfeklieren goed zien–> stadiëring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Behandeling CRC

A

endoscopische verwijdering bij vroeg-carcinomen/ chirurgische resectie/ aanvullende behandeling

Rectum: pre-op radiotherapie want recidief kan, lastig te behandelen, heel pijnlijk (veel zenuwen)

Colon: post-op chemo eventueel–> lymfeklieren vrij

Chirurgische resectie: sigmoïdresectie, linker/ rechter hemicolectomie, rectumamputatie evt. colostoma

Als hele colon/ rechts weggehaald wordt–> kan diarree, vooral bij FAP–> remmers en lichaam gaat aanpassen maar zal nooit zo worden zoals bij mensen met normaal colon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

opsporen CRC

A

Screening rationale: detectie vroeg stadium CRC–> betere overleving–> mortaliteit verlagen en verwijderen van adenoom voorkomt dat CRC kan ontstaan–> verlagen CRC incidentie

Opsporen CRC: fecal immunochemische test (FIT): bloed in ontlasting–> polypen/ adenoom/ carcinoom

Of via honden die CRC ruiken/ AI met digitale neus/ colon capsule (pil camera)

FIT moet om de 2 jaar blijven doen, maar is niet 100% dekkend–> met klachten naar dokter gaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly