Eetstoornissen: etiologie & behandeling Flashcards
1
Q
predisponerende factoren
A
- algemeen
- factoren die de kans verhogen dat iemand een eetstoornis ontwikkelt (veroorzaken stoornis niet direct)
- biologische, genetische en psychologische kenmerken - algemene kwetsbaarheidsfactoren
- cultuurinvloed: vb. opgroeien in een cultuur waar slankheid wordt gezien als schoonheidsideaal + druk van de media
- gezinsmilieu: vb. als de moeder dieet of overmatig aan sport doet
2
Q
predisponerende factoren (2-3)
A
- persoonlijkheidskenmerken
- perfectionisme: overtuiging dat fouten, vergissingen en zwaktes onaanvaardbaar zijn
- laag zelfbeeld: eetstoornissen = voortkomen uit laag zelfbeeld + gebrek aan zelfacceptatie
- een behoefte aan controle - fysieke toestand
- genetische aanleg: mensen met een familiegeschiedenis van eetstoornissen lopen meer risico
- neurobiologische factoren: veranderingen in de hersenen, zoals onbalans in neurotransmitters (serotonine, dopamine)
- hormonale veranderingen: schommelingen, zoals tijdens de puberteit
3
Q
precipiterende factoren (uitlokkende factoren)
A
- levensveranderingen of trauma
- stressvolle gebeurtenissen, zoals het overlijden van een dierbare, scheiding of verhuizing
- het eten of niet eten = manier om controle uit te oefenen op oncontroleerbare omgeving - sociale druk en pesten
- dieetcultuur en extreme diëten
4
Q
precipiterende factoren (4-5)
A
- druk vanuit specifieke beroepen of sporten: vb. modellenwerk, dans en sport
- familiedynamiek
- gezinsdruk, overmatige controle door ouders, of gespannen relaties kunnen een eetstoornis triggeren
- slechte of onberekende communicatie binnen het gezin
- conflict over voedsel of gewicht binnen het gezin kan een eetstoornis aanwakkeren
5
Q
ontstaan van eetstoornissen
A
- algemeen
- grootste risicogroep: jongeren die beginnen met afvallen (‘doorsnee afslankers’)
- motieven: meer zelfvertrouwen, acceptatie door anderen
- gevolg: aanvankelijk positief gevoel > steeds verder afslanken - verschillen tussen gewone lijners en mensen met een eetstoornis
- gewichtsperceptie: niet te dik, maar voelt zich te dik
- grenzen: geen duidelijke limiet > steeds verder afslanken
- motivatie: niet alleen afvallen, ook emotionele bevestiging
6
Q
perpetuerende factoren (in stand houdende factoren)
A
- algemeen
- factoren die ervoor zorgen dat de eetstoornis voortduurt en moeilijk te doorbreken is > gevolg: symptomen in stand en bemoeilijken herstel - verstoorde sociale interacties
- sociale isolatie
- dieetgedrag in de omgeving: in een omgeving waar diëten en gewichtscontrole wordt aangemoedigd - veranderde zelfbeleving
- verstoring in denken: eetstoornissen worden gekarakteriseerd door disfunctionele overtuigingen en denkpatronen
- copingmechanismen: eten of het gebrek eraan > manier om met stress, angst of andere negatieve emoties om te gaan
7
Q
perpetuerende factoren
A
- verstoord lichaamsbeeld:
- vervormd beeld van hun lichaam, ook als ze extreem ondergewicht hebben
- gevolg: het aanhouden van restrictief eetgedrag of purgeren - lichamelijke effecten van uithongering
- vb. verminderde hersenfunctie > vicieuze cirkel die de stoornis versterkt
- uithongering verergert obsessief gedrag en angst voor eten
- ook vermoeidheid en verminderde energie bemoeilijken herstel !!
8
Q
een medische benadering
A
- algemeen
- eetstoornissen = ernstige lichamelijke complicaties, zoals hartproblemen, elektrolytstoornissen, osteoporose en ondervoeding
- medische monitoring is essentieel om gezondheidsrisico’s te beheersen - gewichtsherstel
- het herstellen van een gezond gewicht is prioriteit
- door medische ondersteuning, inclusief ziekenhuisopnames bij ernstig ondergewicht - voedingssupplementen en enterale voeding: bij ernstige ondervoede patiënten > sondevoeding of speciale voedingssupplementen om voedingsstatus te verbeteren
9
Q
een diëtist gespecialiseerd in eetstoornissen
A
- herstellen van een gezond eetpatroon:
opstellen van uitgebalanceerd voedingsplan dat gezonde hoeveelheden van verschillende voedingsstoffen bevat - herkennen van honger- en verzadigingssignalen: om gezonde eetgewoonten te herontdekken en beter naar het lichaam te leren luisteren
- uitdaging van voedingsregels
- het doorbreken van deze regels is een cruciaal onderdeel van herstel
- patiënt ondersteunen in het verwerken van emotionele pijn
10
Q
medicijnen
A
- algemeen
- worden vaak gebruikt als onderdeel van de behandeling
- !! vormen niet de primaire behandeling voor eetstoornissen - antidepressiva
- vooral SSRI’s (zoals fluoxetine) worden gebruikt bij de behandeling van boulimia nervosa en soms eetbuistoornissen
- helpen bij het reguleren van eetbuien en stemmingsstoornissen - antipsychotica
- bij ernstige anorexia nervosa kunnen antipsychotica zoals olanzapine worden voorgeschreven
- doel: angst verminderen en gewichtsherstel ondersteunen
11
Q
een psychodynamische benadering
A
- algemeen
- focus: hoe onderliggende emotionele conflicten of trauma’s bijdragen aan de ontwikkeling van eetstoornissen
- doel: inzicht krijgen in onbewuste motieven die het eetgedrag aansturen - andere vormen van hulpverlening
- online hulpsites
- patiënten en familieorganisaties
12
Q
cognitieve gedragstherapie en gezinstherapie
A
- cognitieve gedragstherapie (CGT)
- meest effectieve therapie voor veel eetstoornissen (vooral bij boulimia nervosa en eetbuistoornissen)
- CGT help om maladaptieve gedachten en gedragingen (rondom eten, lichaamsbeeld) te veranderen + het verbeteren van emotieregulatie - gezinstherapie
- vooral effectief bij adolescenten met anorexia nervosa
- focus: de rol van het gezin bij het ondersteunen van herstelprocessen + het gezamenlijk aanpakken van eetgewoonten en gewichtstoename
13
Q
mediawijsheid en blended care
A
- mediawijsheid en lichaamsbeeldprogramma’s
- groepen of workshops gericht op mediawijsheid = leren kritisch kijken naar schoonheidsidealen in de media
- doel: realistische verwachtingen ontwikkelen en minder laten beïnvloeden door externe druk - blended care
- bij eetstoornissen, zoals anorexia nervosa (AN), boulimia nervosa (BN)
- het helpt mensen om buiten de therapiekamer actief aan hun herstel te werken
- effectief bij het verminderen van symptomen zoals eetbuien, restrictief eten en obsessieve gedachten over gewicht/lichaam
- meer therapie trouw: omdat mensen zich meer betrokken voelen en eigenaar van herstelproces
- voorwaarde: motivatie en zelfdiscipline