ASS: etiologie & behandeling Flashcards
1
Q
etiologie
A
- algemeen
- biologisch en niet opvoeding
- opvoeding speelt rol in de prognose
- meerdere genen betrokken en waarschijnlijk ook complexe interactie met omgeving:
- infecties tijdens zwangerschap zoals rubella, complicaties tijdens geboorte zoals zuurstoftekort - erfelijke lading is hoog:
- bij eeneiige tweeling: 6 op de 10
- bij twee-eiige tweeling: 1 op de 10
- brussen vertonen vaak ook autismekenmerken
- bij gewone broer-zus: 3 à 5% kans
2
Q
anders waarnemen
A
- algemeen
- dingen, die we waarnemen, gaan als vele losse puzzelstukjes naar de hersenen
- daar worden ze geordend: dit gebeurt meestal bliksemsnel - bij ASS moet informatie in elkaar gepuzzeld worden:
- vraagt tijd > reactie volgt laat (minuten of weken)
- bij veel prikkels (vb. klasuitstap) > overprikkeling > ontploffen
- kans om fouten te maken
3
Q
anders denken
A
- algemeen
- neemt de wereld anders waar en denkt ook anders
- drie cognitieve verklarende theorieën: - centrale coherentie: het grote geheel overzien en de juiste betekenis geven > gebrek aan samenhangdenken
- executieve functies: het plannen en organiseren van taken en daarin schakelvaardig, flexibel zijn
- theory of mind: het innerlijke van de ander begrijpen en er rekening mee houden
- het eigen innerlijk van jezelf herkennen, kunnen verwoorden en er naar handelen;
- gebrek aan inlevingsvermogen
- mensen met autisme presteren minder goed op dergelijke taken (80% van de kinderen met autisme faalt in de Sally test)
4
Q
geef me de vijf (Colette de Bruin)
A
- algemeen
- praktische gids die handvaten biedt (theorie van input processen output)
- voor begeleiders, professionals, ouders, therapeuten en dergelijke
- mensen met autisme > anders waarnemen en denken
- vb. emotiethermometer, stappenplan: kamer opruimen - stappenplan
- stap 1: waarnemen (hersenen ontvangen info uit zintuigen)
- stap 2: denken (hersenen verwerken deze info tot betekenisvolle dingen)
- stap 3: doen (verwerkt info > stuurt gedrag)
5
Q
domeinen: geef me de vijf (1-3)
A
- prikkelverwerking
- omgaan sensorische hyper en hyporeactiviteit
- door geluidsdempende koptelefoons, verzwarende dekens, prikkelarme ruimte
- ook werken met vaste routines en tijdschema’s - communicatie
- omgaan met beperkingen in betekenisverlening
- door pictogrammen, concrete en eenvoudige taal - sociale interactie
- omgaan met beperkt begrip van sociale interacties
- door sociale vaardigheidstraining en gedragsmodificatie > gewenst gedrag aan te leren (zoals begroeten en beurtelings praten)
6
Q
domeinen: geef me de vijf (4-5)
A
- verbeeldingsvermogen
- omgaan met beperkingen in verbeelding
- door gebruik te maken van routines en structuren
- en met speltherapie eenvoudige verbeeldingsoefeningen te doen - emotieregulatie en gedrag:
- visuele emotiekaarten
- doel: emoties te herkennen en reguleren
7
Q
model ‘het voorspellende brein’
A
- algemeen
- doel: autisme of heel wat symptomen verklaren
- veelbelovende hypothese - vb. tennis
- onmogelijk voor wezens met een brein dat zintuigelijke informatie moet verwerken alvorens gedrag aan te sturen
- theorie van input processen output als model > klopt niet !!
8
Q
toepassingen: het voorspellende brein
A
- the dress
- kleuren verschillend? = we zien helemaal geen kleur;
- kleuren = constructie van ons brein > verschillende golflengtes
- zorgen voor elektrische signalen in ons brein (brein: gokken wat die signalen heeft veroorzaakt),
- gokken: rekening houden met context informatie zoals vb. lichtinval - Erik Weihenmayer
- we zijn minder afh van onze zintuigen dan we denken
- vb. Erik ziet met zijn tong
- brein heeft flexibiliteit
9
Q
geschiedenis: het voorspellende brein
A
- oude model
- prikkel eindigt met reactie en ergens halfweg ontstaat er betekenis
- waar eindigt perceptie? waar begint betekenisverlening? cognitie? - nieuwe model
- beide stromen ongeveer tegelijk plaatsvinden: 1) informatie komt binnen 2) proces: enkel info binnen die relevant is
- doel: alles wat ons helpt te overleven + zo weinig mogelijk energie
10
Q
hoe werkt de voorspelling?
A
- algemeen
- brein verwerkt geen prikkels
- het verwerkt wel wat afwijkt van de prikkels die het voorspelt had: de voorspellingsfout - het brein past zijn model van werkelijkheid aan:
- continu leren
- flexibele wijze = snel en accuraat reageren - alle zintuigelijke input is per definitie dubbelzinnig
- brein gaat voorspellingen aanpassen aan de context > door context informatie
11
Q
kanttekening modellen
A
- algemeen
- het model is niet altijd correct
- alle zintuigelijke input is per definitie dubbelzinnig - brein doet aan kansberekening en is contextgevoelig:
- voorspellingen op basis van waarschijnlijkheid
- aanpassen aan voorspellingsfouten > afh van:
- ruis = onzekerheid in zintuiglijke input,
- variatie = zekerheid over het eigen model
12
Q
het voorspellende brein en autisme
A
- het autistische brein is te weinig contextgevoelig in het maken van voorspellingen
- regel: meestal oogbewegingen geregistreerd
- stimulus onverwachte plek: niet autistische jongeren keken meer naar verwachte plek dan autistische jongeren - het autistisch brein is te weinig contextgevoelig bij het omgaan met voorspellingsfouten
- opdracht: zo snel mogelijk hartje identificeren (steeds andere plaats, groene afleider en in 90% afleider bovenaan)
- resultaat: mensen met autisme meer tijd nodig als hartje zich bevond in gebied waar voordien afleider te zien was onderaan
- besluit: continu aanpassen van hun interne modellen = onbruikbaar (enkel bij onbewuste processen)
13
Q
hypo en hyperreactiviteit
A
- brein van mensen met autisme is niet gevoeliger voor prikkels:
- het is niet dat ze meer horen of zien (drempelwaarde is niet verschillend)
- het is niet zo dat ze er minder snel aan wennen (reactiviteit in sensorische brein nam evenveel af bij herhaling van geluid)
- toch reageert hun brein emotioneler (amygdala vuurt heviger)
14
Q
onvoorspelbaarheid van de prikkel
A
- algemeen
- vormt de kern van de sensorische overbelasting
- prikkels die we verwachten > minder bewust (vb. bewust van je kledij?) - waarom?
- het onbewust, supersnelle voorspellen gaat minder goed
- hierdoor meer voorspellingsfouten > continu bewuste ervaring van prikkel
- ondanks feit: cognitief wel weten dat geluid volgt, brein = minder goed voorspellen in onbewuste processen - onverwachte geluiden en/of stiltes
- autistische brein blijft verrast ≠ niet autistisch brein (= hyperreactief)
- soms ook te weinig verrast dan het wel moet zijn (= hyporeactief)
15
Q
hoe kunnen we die wetenschap gebruiken?
A
- algemeen
- huidige manier: prikkelarm maken van de omgeving (vb. koptelefoon)
- even prikkel uitsluiten > rust
- te lang prikkels uitsluiten > pijnlijke gevolgen = brein gaat modellen aanpassen (vb. de wereld is stil) - alternatieve werking:
- voorspellingsfouten aanpakken
- stress verminderen
- controle
- prikkel aanpakken
16
Q
voorspellingsfouten aanpakken
A
- bewust niveau (drukken op het contextknopje)
- wie, wat, waar, wanneer
- ook voorspellen zintuigelijke informatie: vb. in de klas is straks een feestje > mensen horen lachen) - wat wordt bereikt?
- hoopvolle verwachting: als je weet dat het geluid komt = minder overweldigend
- prikkels begrijpbaar maken: contextinfo helpt prikkel verwerken
- grenzen van strategie > niet rechtstreeks op onbewust niveau
17
Q
stress verminderen of goed gevoel
A
- algemeen
- minder stress zorgt voor minder overbelasting (voor iedereen) - hoe goed gevoel vergroten?
- methodieken om stress te reduceren
- sluit aan bij hun interesses of activiteiten die aansluiten bij hun interesses > brein minder reactief voor geluid, licht en aanraking
- zorg dat persoon in flow geraakt
18
Q
controle en prikkel aanpakken
A
- algemeen
- geef hen de mogelijkheid om de prikkels in de omgeving te controleren - mogelijkheden
- laat hen ruiken aan douchegel en kiezen
- laat hen kiezen tussen kledingstukken met verschillende textuur
- haar kammen of borstelen? - prikkel aanpakken: als laatste redmiddel en niet eerste strategie (vb. geluidskoptelefoon)
19
Q
navigeren in sociaal verkeer
A
- algemeen
- menselijk gedrag = onvoorspelbaarder dan tennisbal
- vlot reageren op mensen is het voorspellen van gedrag nodig
- brein leert snel en onbewust context in schakelen = sociale wereld voorspelbaar maken (intuïtief);
- inschatten hoe mensen bewegen, wat ze doen en zeggen of wat ze willen/denken (theory of mind = prediction of mind) - mensen met autisme
- voorspellen > niet snel, onbewust en intuïtief (meer tijd en herhaling nodig)
- kunnen context gebruiken om menselijk gedrag te voorspellen = indien daarop gewezen
- bij elke voorspellingsfout = model aanpassen (verhindert het leren van generalistische empathische modellen)
20
Q
toepassingen: navigeren in sociaal verkeer
A
- hoe voelt het meisje zich?
- mensen met autisme: verdrietig en mensen zonder autisme: blij
- waarom? zonder autisme > vooral contextinformatie om emoties te lezen
- context = belangrijker dan gelaatsuitdrukking - emotieherkenning bevorderen
- contextknopje: emotieherkenning in scène
- contextuele variatie aanbieden: Frank vervangen door Simon die een groot cadeau had verwacht
- contextuele elementen die belangrijk zijn destilleren (vb. niet Frank heeft zwart haar)
21
Q
sociale vaardigheidstrainingen
A
- algemeen
- te weinig ingezet op variatie in sociaal navigeren: vb. opkomen voor jezelf thuis ≠ op school
- werk met: Social stories (Carol Gray) > verhelderen context - sociale variantie aanbieden:
- gebruik: als…dan regels
- want autistische breinen = op basis van elke fout (ook bij ruis) > model bijschaven
22
Q
communicatie
A
- algemeen
- vlot communiceren? > brein voorspelt wanneer iemand wat gaat zeggen
- gebaseerd op info uit context = snel en onbewust gokken op basis van model
- gevolg: direct antwoorden en snel lezen zonder elk woord - onverwachte woorden
- gevolg: voorspellingsfouten
- bij mensen met autisme: verassing minder/niet op > voorspellen minder op onbewust en intuïtief niveau
- moeite met verschillende betekenissen = op basis context niet op onbewust niveau
- vasthouden aan eerste geleerde betekenis (≠ letterlijk interpreteren, gebruiken vaak dominante, eerste betekenis)
23
Q
communicatie verbeteren
A
- algemeen
- hen tijd geven: ze moeten eerst alle woorden horen = betekenis
- visueel ondersteunen: visuele communicatie is minder vluchtig
- contextknopje ingedrukt