Depressie: etiologie Flashcards
etiologie: een biologische benadering
- algemeen
- verklaringen op niveau van genetische factoren
- niveau van stoornissen in biochemische processen
- niveau van afwijkingen in structuur van de hersenen - kanttekening
- correlationeel verband ≠ oorzakelijk verband
- tot op heden: geen enkel morfologische verandering in hersenen van mensen met depressie vastgesteld
verklaringen op het niveau van genetische verwantschap
- erfelijkheidsonderzoek
- conclusie: hoe nauwer genetisch verwantschap tussen persoon met depressie en familie,
- hoe groter het risico = familieleden depressie krijgen
- persoon met minstens één verwant van eerste graad (ouders, grootouders, broers) die depressief is > 2 tot 4 keer meer kans - andere vaststellingen
- geadopteerde kinderen > hoger risico op depressie wanneer biologische ouders stoornis vertonen
- concordantiegraad voor depressieve stoornis:
- bij eeneiige tweelingen 40%
- bij twee-eiige tweelingen en broers en zussen 17%
verklaringen op het niveau van genetische factoren
- algemeen
- invloed: sterker naarmate het gaat om ernstige vormen van depressie
- genen = bepalen de kwetsbaarheid + interactie met omgevingsfactoren bepalen verschijning;
- zowel fysische, sociale en culturele factoren > een rol - epigenetische factoren
- betekenis: omkeerbare erfelijke veranderingen in genfunctie die optreden zonder dat veranderingen in DNA sequentie optreden
- hebben ook invloed !!
verklaringen op het niveau van stoornissen en biochemische processen
- rol van neurotransmitters
- noradrenaline, dopamine en serotonine > bij het ontstaan van depressie
- mechanismen achter depressie zijn ingewikkelder (dan simpel te weinig of te veel ven één) - het gaat echter niet zomaar om de concentratie van bepaalde neurotransmitters
- antidepressiva = verhoogt enkele uren concentratie van bepaalde neurotransmitters
- maar: werkt pas na enkele weken of maanden - het gaat veeleer om hoeveel presynaptische neuronen teveel neurotransmitters herabsorberen voordat ze zich binden aan postsynaptische neuronen
- het gaat daarnaast ook om:
- het aantal receptoren voor deze neurotransmitters
- de gevoeligheid van bepaalde receptoren
- vb. antidepressiva = eerder werken via het aantal receptoren en gevoeligheid
verklaringen op het niveau van afwijkingen in de structuur van de hersenen
- algemeen
- een lagere activiteit (minder gele en rode gebieden) in prefrontale cortex
- een hogere activiteit in limbisch systeem (= stuurt primaire emoties aan) - de prefrontale cortex
- is het denk-, plan- en organisatiecentrum
- reguleert tal van cognitieve- en emotionele processen
- neurotransmitters serotonine en norepifrine > belangrijke rol: werking prefrontale cortex
depressie kan ook worden veroorzaakt door:
- verstoring in de werking van de eiwitten (met hulp waarvan zenuwcellen communiceren)
- bepaalde hormonale verstoringen (vb. schildklier, bijnieren, geslachtsklieren)
- verstoring in werking HPA-as:
- invloed op de rol van cortisol
- cortisol wordt aangemaakt bij stress (vb. kind die verwaarloosd of misbruikt werd > blijvende schade werking HPA-as) - het gebruik van bepaalde medicijnen, alcohol en drugs
- bepaalde lichamelijke ziekten, zoals diabetes en hart- en vaatziekten
etiologie: een psychoanalytische benadering
- algemeen
- overtuiging: depressie teruggaan op vroegkinderlijke ervaringen
- depressie in verband met gebruik van afweermechanismen (doel: innerlijke conflicten beheersen) - Sigmund Freud
- verbinding tussen melancholie/depressie en rouw;
- rouwen = losmaken van verloren geliefde, zodat men leven kan voortzetten
schematische voorstelling: ‘trauerarbeit’
- algemeen
- verlies > verdriet > trauerarbeit >
- arbeid waarbij de ziel liefdesenergie moet losmaken van verloren geliefde,
- en arbeid waarbij de ziel liefdesenergie moet herinvesteren in iemand anders - kenmerken
- elke relatie = gekenmerkt door ambivalentie
- libidinale en destructieve gevoelens t.a.v. de geliefde
- ofwel weet men met die ambivalente gevoelens om te gaan > liefdesenergie herinvesteren
- ofwel weet men dat NIET - resultaten
- lukt dit niet > keren destructieve gevoelens zich tegen zichzelf = introjecteert zijn kwaadheid (vorm: schuldgevoelens, zelfdepreciatie en zelfdoding)
- lukt dit niet > gevolg: regressie = terugtrekken en weigert verantwoordelijkheden op te nemen
- lukt dit niet > verdriet wegduwen, waardoor energie uitweg zoekt = men verdringt het verlies
- gevolg = depressie !!
het Es, het Ego en het Super-Ego
- algemeen
- melancholische/depressieve persoon wordt overspoelt door (het Es):
- verdriet vanuit positieve libidinale gevoelens
- woede, vijandigheid en kwaadheid (destructieve gevoelens) door het onrechte
- de melancholische persoon kan en mag niet boos zijn op de geliefde (het Super-Ego) - het Ego
- gebruik van afweermechanismen om conflict te beheersen:
- men verdringt het verdriet
- men introjecteert de agressie naar binnen
- men regresseert door een vlucht naar veiligheid
sommige individuen zijn kwetsbaarder voor een depressie (psychoanalytisch):
- wie?
- mensen die hun eigenwaarde laten afhangen van de goedkeuring van anderen (= orale persoonlijkheidstypes)
- mensen die hun destructieve gevoelens (Es) moeilijk kunnen uiten en op hun eigen persoon richten
- mensen die onhaalbare idealen koesteren = sterk Super-Ego
- mensen met sterke gewetensfunctie en drang tot perfectionisme = sterk Super-Ego
etiologie: een leertheoretische benadering
- algemeen
- behavioristische benadering > focus: het gedrag (i.p.v. de emoties)
- therapie: gericht op het aanleren en stimuleren van nieuw gedrag - overtuigingen
- dat iemand verkeerd gedrag heeft geleerd en bepaalde adequate gedragingen helemaal niet heeft geleerd
- praten over depressieve gevoelens > probleem in stand houden = depressief gedrag wordt bekrachtigd
verklaringen op het niveau van klassieke conditionering
- voor de conditionering
- verlies van een geliefde (OS) > verdriet en depressieve gevoelens (OR)
- de gedachte aan de geliefde (NS) - tijdens de conditionering
- de gedachte + het verlies (NS + OS) > verdriet en depressieve gevoelens (OR) - na de conditionering
- de gedachte aan de geliefde (CS) > verdriet en depressieve gevoelens (CR)
verklaringen op het niveau van operante conditionering
- de operante conditioneringstheorie (Lewinsohn)
- depressie is het resultaat van:
- een tekort aan positieve bekrachtigen uit de omgeving
- een teveel aan aversieve/negatieve ervaringen
- essentieel: men komt terecht in soort vertekende negatieve spiraal - kanttekening
- weinig empirische evidentie voor de theorie
- uitgangspunt dat mensen met een depressie negatief bejegend worden
- weinig positieve bekrachtigingen leiden tot depressie
- mensen met depressie = door zichzelf en anderen gezien als minder sociaal vaardig
depressie is het gevolg van (leertheoretisch):
- wat?
- mensen die geleerd hebben zichzelf niet voldoende te bekrachtigen
- mensen die geleerd hebben te weinig bekrachtigen te ontlokken aan hun omgeving
- mensen die geleerd hebben zichzelf te veel te bestraffen
- mensen die niet weten welk gedrag zal bekrachtigd of bestraft worden
de theorie van de aangeleerde hulpeloosheid (Seligman)
- algemeen
- depressieve mensen hebben geleerd om zichzelf te beschouwen als:
- iemand die geen controle of invloed meer heeft op de gebeurtenissen om zich heen
- iemand die niet in staat is het leven ten goede te keren
etiologie: een humanistische benadering
- algemeen
- geen typische benadering van depressies
- focus: het unieke van ieder individu en het specifieke van de problemen die iemand ondervindt (i.p.v. de diagnose),
- de totale persoon en het geblokkeerde groeiproces (i.p.v. de klachten of symptomen)
- wel gebruik van diagnostische categorieën, vanuit overtuiging: beter afstemmen op unieke karakter van bepaalde problemen - aanpak therapeut:
- zich verplaatsen in de beleving van de cliënt en die terugspelen (empathie)
- onvoorwaardelijke aanvaarding
- zich op authentieke manier opstellen (echtheid) - mensen met depressie:
- moeten geholpen worden > opnieuw eigen authentieke keuzes te maken
- geen oplossingen of adviezen krijgen (ze weten van binnenuit wat goed voor hen is)
- moeten terug contact maken met hun eigen ‘zelf’
standpunten van Carl Rogers
- een non-theoretisch standpunt
- onderscheidt geen specifieke diagnostiek
- onderscheidt geen specifieke behandelingsmethode
- iedere pathologie = uniek (dus ontsnapt aan elke veralgemenende diagnostiek of behandelingsmethode) - een non-directief standpunt
- geen richtlijnen of oplossingen
- stelt dat eerder de betrokkene zelf zijn oplossingen moet vinden
- groeiproces faciliteren > door relatie aan te bieden, die helpt contact te maken met innerlijk aanvoelen
sommige individuen zijn kwetsbaarder voor een depressie (humanistisch):
- wie?
- mensen die geen betekenis kunnen geven aan hun bestaan
- mensen die geen authentieke keuzes kunnen maken die tot zelfvervulling leiden
- mensen die geloven dat ze mogelijkheden die ze in zich hebben niet kunnen realiseren - mensen die hun gevoel van eigenwaarde verliezen bij:
- het verlies van een dierbare
- het verlies van bepaalde rollen
etiologie: een cognitieve benadering
- algemeen
- focus: foutieve cognitieve schemata en overtuigingen, die mensen gebruiken
- therapie gericht op het vervangen van de foute cognitieve schema’s en overtuigingen door meer rationele overtuigingen - negatieve cognitieve schemata (Beck):
- geheel van overtuigingen, fantasieën en verwachtingen die individuen over zichzelf, hun wereld hebben
- ontstaan: interactie tussen genetische factoren en vroege leerervaringen
- zorgen ervoor dat mensen zichzelf gaan zien als adequaat, incompetent, onwaardig en hulpeloos
- vaak terug op traumatische ervaringen die vaak jarenlang sluimeren
de cognitieve triade bij een depressie (Beck)
- mensen met depressie hebben een negatieve kijk op zichzelf: ziet zichzelf als waardeloos, onaantrekkelijk en falend over hele lijn
- negatief wereldbeeld: ziet vooral negatieve aspecten in zijn omgeving (i.p.v. de positieve)
- negatieve visie op verleden en toekomst:
- negatieve zaken ui het verleden en in de toekomst
- ook wanneer iemand anders kan bevestigen dat persoon met depressie in vroegere periode wel gelukkig was > afdoen als niet echt of althans niet relevant
de cognitieve uitbreiding van het bekrachtigingsmodel van Lewinsohn
- algemeen
- tekort aan bekrachtigingen maar tot depressie leidt als de persoon zichzelf:
- te weinig bekrachtigt
- te veel bestraft - aanpak
- selectieve observatie van eigen gedrag (men beoordeelt eigen gedrag (veel) strenger)
- bevooroordeelde evaluatie van het eigen gedrag (men beoordeelt zichzelf met (te) hoge standaarden)
- te weinig zichzelf te belonen (men gunt zichzelf niet veel)
- er is weinig empirische evidentie !!
denkfouten die met depressie in verband staan (Burns) (1-5)
- alles of niets denken: zwart-wit denken, denken dat iets helemaal goed of fout is
- overgeneralisatie: denken dat negatieve levensgebeurtenissen zich zullen herhalen
- mentale filter: het zich focussen op de negatieve details en het verwerpen van positieve kenmerken > ‘selectieve abstractie’
- uitsluiting van het positieve: prestaties en complimenten relativeren of ontkennen
- overhaaste conclusies trekken: levensgebeurtenissen negatief interpreteren, niettegenstaande waar geen bewijs voor is
denkfouten die met depressie in verband staan (6-10)
- vergroting en verkleining: persoonlijke fouten, angsten of vergissingen uitvergroten en sterke punten, successen en overwinningen minimaliseren
- emotionele rationalisatie: levensgebeurtenissen interpreteren op basis van emoties en niet op basis van rationele overtuigingen
- beweringen met ‘moeten’: zichzelf allerlei verplichtingen en ‘moetens’ opleggen
- labeling en mislabeling: levensgebeurtenissen verklaren vanuit een negatief etiket of verkeerd (emotioneel) etiket
- personalisatie: iemand persoonlijk verantwoordelijk stellen voor de problemen of het gedrag van anderen
theoretisch model van Seligman
- bij laboratoriumonderzoek met studenten vond Seligman dat:
- depressieve studenten of studenten die hulpeloos gemaakt werden door blootstelling aan oncontroleerbare negatieve stimuli;
- gevolg: slecht presteren op nieuwe taak en bereid waren onaangename stimuli te ondergaan > depressief reageren - dit verklaart echter niet:
- het geringe zelfwaardegevoel van mensen met een depressie
- waarom depressieve gevoelens bij sommige mensen bijzonder hardnekkig waren en bij anderen niet