ZO 6.2 Koolhydraatmetabolisme bij voeden en vasten Flashcards

1
Q

Welke enzymen passen bij bovenstaande nummers? En welke metabolieten passen bij bovenstaande letters?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoeveel ATP kost het om 1 glucose molecuul op te slaan in glycogeen, en hoeveel ATP kost het om 1 glucose molecuul te mobiliseren uit glycogeen?

A

2 ATP voor de glycogenese en 0 voor de glycogenolyse.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke enzymactiviteit heb je nog meer nodig voor de volledige afbraak van glycogeen? Waarom is dit nodig?

A

Debranching enzyme. Omdat glycogeen fosforylase alleen alfa 1,4 bindingen kan verbreken en niet de alfa 1,6 bindingen op de vertakkingspunten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke enzymactiviteit heb je nog meer nodig voor de volledige aanmaak van glycogeen?

A

Branching enzyme. Omdat glycogeen synthase alleen alfa 1,4 bindingen kan maken en niet de alfa 1,6 bindingen op de vertakkingspunten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bij de glycogenolyse wordt 1 op de 10 glucose moleculen rechtstreeks vrijgemaakt, dus onafhankelijk van glucose-6-fosfatase. Verklaar dit.

A

Bij de verbreking van de alfa-1,6-binding wordt glucose in plaats van glucose-1-fosfaat gevormd. De vertakkingsgraad van glycogeen is dus ongeveer 1:10.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar bevinden glucokinase en glucose-6-fosfatase zich in de cel?

A

Glucokinase in cytosol, G6Pase in het endoplasmatisch reticulum.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welk enzym past bij welk cijfer en wat zijn de bijbehorende substraten en producten?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke drie enzymen uit de anaerobe glycolyse worden niet gebruikt bij de gluconeogenese?

A

glucokinase, PFK1, pyruvaatkinase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke enzymen worden in de gluconeogenese gebruikt in plaats van deze drie?

A

respectievelijk G6P-ase, fructose-1,6-bisfosfatase, pyruvaat carboxylase en PEP carboxykinase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de functie van fructose-2,6-bisfosfaat (aanwezig in gevoede toestand, wordt afgebroken in gevaste toestand)?

A

Doordat fructose-2,6-bisfosfaat reactie fosfofructokinase-1 stimuleert en tegelijkertijd reactie Fructose-1,6-bisfosfatase remt is de gluconeogenese inactief en de glycolyse actief tijdens de gevoede fase. In de gevaste toestand is fructose-2,6-bisfosfaat afwezig, waardoor reactie Fructose-1,6-bisfosfatase actief wordt en reactie fosfofructokinase-1 juist niet, dus dan is de gluconeogenese actief en de glycolyse inactief.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoeveel ATP kost het omzetten van Lactaat naar glucose via de Cori-cyclus? Hoeveel levert het op? Dus wat zijn de netto kosten?

A

Kost 6 ATP, levert 2 ATP, netto 4 ATP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waar komt deze NADH vandaan, en hoe komt het in het cytosol terecht?

A

In geval van alanine uit het mitochondrion, samen met malaat; is dus uiteindelijk afkomstig van de vetzuuroxidatie. In geval van lactaat via LDH in het cytosol, in dat geval wordt oxaalacetaat niet als malaat over de mitochondriale binnenmembraan, maar in de vorm van aspartaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de naam van enzym 3, wat van enzym 4? Wat is de aminogroep acceptor/donor bij deze reacties? Wat is de relatie tussen reactie 5 en de andere twee reacties?

A

Enzym 3: alanine aminotransferase (ALAT); enzym 4: aspartaat aminotransferase (ASAT). Het koppel glutamaat/alfa-ketoglutaraat (=reactie 5) is de donor/ontvanger. Reactie 3 verloopt uitsluitend tegelijkertijd met reactie 5 en wordt gekatalyseerd door hetzelfde enzym (ALAT). Idem voor reactie 4 en 5 (ASAT).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de naam van enzym 6, en wat is de reactievergelijking? Wat is de naam van enzym 7, en wat is de reactievergelijking? Wat is het verschil tussen heen- en terugreactie?

A

a. glutamine synthetase: glutamaat + NH4+ + ATP -> glutamine + ADP + Pi
b. glutaminase: glutamine + H2O -> glutamaat + NH4+
c. extra input van energie (in vorm van ATP) in de synthese richting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de naam van enzym nummer 3?

A

triosefosfaat isomerase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de naam van enzym nummer 2? En welk substraat wordt daar nog meer bij gebruikt en in welke richting?

A

NADH wordt gevormd uit NAD+, in de richting van DHAP. Glycerol-3-P dehydrogenase.

17
Q

Welk substraat wordt er gebruikt in reactie nummer 1? Hoe heet dit enzym en wat voor reactie is het?

A

ATP -> ADP. Kinase reactie (fosforylering van een molecuul, waarbij de fosfaatgroep van ATP komt.) Glycerokinase.