HC 6.2 Concepten lichaamssamenstelling Flashcards
Wat zijn de niveaus van lichaamssamenstelling?
- Atoom niveau
Het lichaam bestaat uit 50 verschillende soorten atomen. 98% van het lichaamsgewicht wordt bepaald door zuurstof, koolstof, waterstof, stikstof en calcium. - Moleculaire niveau
Denk hierbij aan eiwitten, koolhydraten, mineralen, vetten, water etc. De elementen zijn opgenomen in moleculen die meer dan 100.000 chemische bindingen vormen variërend in complexiteit en moleculair gewicht. - Celniveau
De moleculen zijn de bouwstenen van de cel. Het lichaam bestaat uit uiteenlopende cellen met verschillende functies. Het lichaam bestaat uit ongeveer 10 tot de macht 14 cellen, welke variëren in vorm, grootte, samenstelling en verdeling. - Weefselniveau
De cellen variëren in vorm en grootte en vormen uiteindelijk de weefsels. Onderscheidt in zenuwweefsel, spierweefsel, vetweefsel, botweefsel en bloed. - Het gehele lichaam
Waarom is de lichaamssamenstelling van belang?
De samenstelling kan belangrijke gevolgen hebben voor de gezondheid. Iemand met vele spieren heeft een grotere kans op een langer leven. De lichaamssamenstelling kan ook relevant zijn voor de behandeling. Als iemand een grotere kans heeft op diabetes omdat hij veel vet heeft, wil je dat die persoon vet gaat verliezen, maar niet uitdroogt of zijn spieren verliest.
Hoe bereken je het BMI en wat zijn de afkapwaarden? Waar moet je op letten?
Gewicht/lengte^2
Let op: dit zijn de cutoffs voor Kaukasische mensen. De normaalwaarden voor de BMI zijn voor vrouwen en mannen gelijk. Daarnaast zijn ze ook niet van de leeftijd afhankelijk.
Waarvoor is BMI een voorspeller?
Daarnaast is het BMI een voorspeller voor de levensverwachting. Ben je niet op gezond gewicht dan neemt de levensverwachting af. Deze levensverwachting is onafhankelijk van geslacht.
Het is wel afhankelijk van de leeftijd. Als je ouder bent met een hoger BMI is de levensverwachting veel beter dan als je jonger bent met een hoog BMI.
Wat zijn de nadelen van het BMI?
- Een hoog BMI kan echter niet alleen worden veroorzaakt door een grote hoeveelheid vet in het lichaam, maar ook door een grote hoeveelheid spiermassa, bijvoorbeeld bij topsporters. Je moet dus ook naar de persoon kijken om te zien hoe de BMI tot stand komt. Je moet kijken naar de relatieve proporties van de lichaamssamenstelling.
- Omgekeerd kun je ook mager lijken, maar veel vet hebben.
- BMI kan ook worden beïnvloed door het gewicht van de botten, oedeem en plasma volume.
- BMI geeft geen goede informatie over de relatieve hoeveelheid vet in verschillende populaties.
Welke bevolkingsgroep en welk geslacht heeft het meeste lichaamsvet?
Vrouwen met een Aziatische achtergrond hebben meer vetmassa dan Kaukasische of Afrikaanse vrouwen. Daarnaast hebben vrouwen over het algemeen meer vetmassa dan mannen.
Waar is de BMI geen goede index voor?
Dus BMI is niet een goede index voor lichaamsvet.
Wat is de belangrijkste parameter voor het beoordelen van het lichaamsgewicht en de lichaamssamenstelling?
Het deel van het totale gewicht dat bestaat uit vet.
Welke risico’s geeft te veel lichaamsvet met zich mee?
- Hart- en vaatziekten
- Hypertensie
- Type 2 diabetes
- Kanker
Welke risico’s geeft te weinig lichaamsvet met zich mee?
Te weinig lichaamsvet leidt tot: gestoorde menstruele cyclus, verstoring van hart en vaten en het immuunapparaat kan minder gaan functioneren.
Waar wordt vet in het lichaam opgeslagen?
- Subcutaan: onder de huid
- Intermusculair: tussen de spieren
- Intramusculair: in de spieren
- In de buikholte
- In de borstholte
Waar ligt vet vooral bij de mannen opgeslagen en waar bij de vrouwen?
Mannen hebben meer de neiging om vet rondom de buik neer te leggen, wat we de typische appelvorm noemen. Vrouwen hebben meer de neiging om vet rondom de dijen, de billen, de lagere buik, de borsten, de schouders en de triceps neer te leggen, wat we de peer vorm noemen.
Wat is een betere maat voor gezondheid? BMI of lichaamssamenstelling?
De lichaamssamenstelling is een veel betere maat dan het BMI voor hoe gezond iemand is.
Welke twee modellen voor de lichaamssamenstelling zijn er?
- Model body composition 1: vet (niet essentiële vet + opslagvet) + lean body mass (weefsel met het essentiële vet).
- Model body composition 2: vetmassa (inclusief essentieel vet) + vetvrije massa (overig weefsel)
Voor hoeveel procent bestaat een volwassen lichaam uit water?
Bij een volwassen persoon bestaat het lichaam voor 60% uit water: 34% intracellulair, 26% extracellulair.