Week 4 HC4 Sportgeneeskunde, Een Nieuw Specialisme: Wat Doet Een Sportarts Flashcards
1
Q
- waar houdt sportgeneeskunde zich mee bezig?
- naar welke mensen is het gericht?
A
- bevorderen, waarborgen en herstellen van de gezondheid van mensen die (willen gaan) sporten en/of bewegen
- mensen die sporten, mensen die willen sporten, mensen met chronische aandoeningen die door sport en/of bewegen bevorderen en herstellen
2
Q
Wat zijn risicofactoren voor een jumper’s knee?
A
- verminderde enkel dorsaalflexie
- verminderde kracht heupextensoren
- ‘stijvere landing’
3
Q
Welke 2 DD’s kan een sportarts hebben bij iemand met benauwdheid bij inspanning?
A
- inspanningsastma
- inspanningsgeïnduceerde laryngeale obstructie (EILO)
4
Q
Welke 4 klachten heb je bij inspanningsastma?
A
- piepende ademhaling en benauwdheid
- moeite met uitademen
- tijdens inspanning (vaak al vroege) of na inspanning
- uitlokkende factoren: kou, droge lucht, allergie
5
Q
Welke 4 klachten heb je bij inspanningsgeïnduceerde laryngeale obstructie (EILO)?
A
- piepende ademhaling en benauwdheid
- moeite met inademen
- tijdens inspanning progressief gedurende inspanning
- geen uitlokkende factoren
6
Q
Hoe diagnosticeer je inspanningsastma vs EILO?
A
- inspanningsastma: maximale inspanningstest met longfunctie voor en na
- EILO: maximale inspanningstest evt. Met laryngoscopie door KNO-arts
7
Q
Behandeling inspanningsastma vs EILO
A
- inspanningsastma: medicatie
- EILO: ademhalingsoefeningen