W1HC9: Schouderaandoeningen Flashcards
1
Q
Schouder bestaat uit 4 gewrichten
A
- gleno-humeraal: labrum, kapsel en cuff eromheen
- acromio-claviculair
- sterno-claviculair
- scapulo-thoracaal
2
Q
Diagnosticering rotator cuff problemen
A
- painful arc test: pijn bij ong 60% vd abductie
- LAG tests: voor full rotator cuff scheur
- drop arm test
- exorotatie resistentie test
3
Q
Instabiliteit testen
A
- apprehension test: provocering vh trauma mechanisme. Drukken posterior humerus, arm in 90 abductie, flexie en exorotatie
- relocation test: zelfde positie maar duwen vanaf anterior, patiënt is opgelucht
- anterior release test: relocation test loslaten, pt heeft weer pijn
4
Q
Positief sulcus sign
A
Tractie geven aan de arm en een delle zien, zegt iets over in hoeveel richtingen de schouder instabiel is
5
Q
Indeling instabiliteit
A
- TUBS: traumatisch, unidirectioneel
- AMBRI: niet traumatisch, multidirectioneel: geen structurele letsels maar wel luxaties
6
Q
Beschadigingen bij een luxatie
A
- Bankart laesie: kop duwt tegen het glenoïd aan de anterior zijde wat het bot kan beschadigen
- Hill-Sachs laesie: kop komt voor het glenoïd en wordt daar tegenaan geduwt waardoor er een laesie komt aan de posteriore zijde vd humeruskop
7
Q
Popeye sign
A
Scheur van de lange biceps pees in de bici[itale groeve (tussen tuberculus majus en minus, en dan intra-articulair over de humeruskop heen vast een een tuberculum op het glenoid)