Tekst 3: Bransen: authenticiteit, integriteit en identiteit Flashcards
Wat is imago-mangement?
Imago-management doet zich voor als mensen zich druk maken over hoe ze op andere mensen overkomen. Dit is een fenomeen dat al eeuwenlang speelt. Toch geldt het belang ervan tegenwoordig meer dan ooit door de opkomst van social media. Twee waarden die een belangrijke rol spelen binnen de media zijn: authenticiteit en integriteit.
Wat betekent authenticiteit?
Tegenwoordig bestaat ons imago op zichzelf, doordat het rondzweeft op het internet. Echter kan dit ten koste gaan van onze authenticiteit, mits onze authenticiteit geen illusie is.
Authenticiteit: een leven waarin je je ware zelf bent, je niet vervreemd wordt van jezelf en je je geen zorgen maakt over wat anderen van je denken.
Welke drie kwesties rondom authenticiteit worden er besproken in de filosofie?
- Het idee van een diep, wezenlijk, oorspronkelijk zelf dat zogenaamd onze essentie is en dat tot zijn recht moet komen in hoe mensen zich tot zichzelf verhouden.
- De zelfbepalende vrijheid die meekomt met de verantwoordelijkheid die we dragen voor wie en hoe we zijn.
- Het waardenlandschap: het sociale en normatieve kader dat mensen nodig hebben om zichzelf te kunnen zijn.
Wat houdt een wezenlijk, oorspronkelijk zelf in?
Bestaat er zoiets als een oorspronkelijke, authentieke smaak, een specifieke, kenmerkende, werkelijk eigen manier waarop iemand betrokken is op de wereld? Met andere woorden: is ieder mens authentiek?
Als iemand zich anders voordoet dan dat hij daadwerkelijk is, betekent dit dat diegene niet authentiek is. Alleen al hierdoor is het van belang om uit te zoeken of authenticiteit bestaat, want men gaat ervan uit dat zoiets dergelijks bestaat.
Vertel iets over the ethics of authenticity van Charles Taylor?
Een modern ideaal: streven naar authenticiteit.
Een ethiek waarin zelfontplooiing een van de belangrijkste taken van het menselijk bestaan is.
Wat is zelfontplooiing?
Een ingewikkelde zoektocht, waarbij we op zoek zijn naar datgene wat ons leven waardevol maakt: een zoektocht naar de essentiële kern van ons bestaan. Hierbij moet men een onderscheid maken tussen ogenschijnlijke en authentieke verlangens.
Leg het voorbeeld van Sartre’s l’existentialisme est un humanisme.
Een jongen, genaamd Henk, moet een keuze maken tussen het verlangen om bij zijn gekwelde moeder thuis te blijven of zijn verlangen om voor het vaderland te vechten en naar het front te gaan. Wat is zijn authentieke verlangen? De jongen moet de keuze baseren op wat hij zelf wil, hij moet de keus niet baseren op het vaderland of op zijn moeder. Dus hij moet een keuze maken tussen wat hij echt wil en wat hij denkt te willen, maar niet wil.
Wat is de reactie van het existentialisme op de gedachte dat iemands wezenlijke zelf samenhangt met de vraag hoe kunnen we weten wat iemands wezenlijke zelf is?
Dit zorgt voor verwarring. Je hoeft niet eerst te weten wie je bent en vervolgens je leven in te richten zoals je wil leven. De mens is namelijk zelf de oplossing voor de praktische-essentiële vraag: in de concrete keuzes die je maakt, geef je antwoord op wie je wezenlijk bent (denk hierbij aan Sartre). Want existentialisme gaat vooraf aan essentialisme.
Wat betekent zelfbepalende vrijheid? Wat is hier problematisch aan?
Het is aan jezelf te bepalen wat typisch is voor jou. Het gaat om jouw wil.
Maar als jij altijd bepaalt, dan zou je het nooit slecht kunnen doen. Dit zou betekenen dat je nooit inauthentiek kunt zijn. Als je existentie voorafgaat aan je essentie; door keuzes te maken, bepalen wie je bent, zou je volgens de existentialisten altijd authentiek zijn. Het gevolg is dat authentiek een epifenomeen (nietszeggend) wordt.
Wat zegt Frankfurt?
Maakt een onderscheid tussen twee verlangens: eerste- en tweede orde verlangens. Dit onderscheid komt naar voren zodra we met een conflict in onze eigen wil geconfronteerd worden. Stel je wil graag biertjes drinken (dit staat gelijk aan twee boterhammen), maar je wil ook graag afvallen. Dan heb je een conflict van eerst-ordeverlangens (onze wil), die kan worden opgelost door onze tweede-orde verlangens. Niet elk verlangen waar we toch aan toegeven is relevant voor onze essentie. Stel je hebt toch die biertjes genomen, dan heb je oprechte spijt van je wilszwakte (je hebt niet gedaan, waarvan je overtuigd was).
Tweede-orde verlangens: wat we willen dat onze wil voor inhoud heeft.
Wat is een voordeel aan de theorie van Frankfurt?
Het toont aan dat we niet alleen de hele dag willen zuipen, maar dat onze wil ook oprechte inhoudt heeft.
Wat is een nadeel aan de theorie van Frankfurt?
Het legt niet uit hoe de tweede-orde verlangens aan hun recht komen. Waarom zijn deze authentiek? Echte conflicten van onze wil, spelen zich namelijk altijd op dit niveau af. We kunnen dit niet oplossen met een derde-orde verlangen, want dan kunnen we eeuwig doorgaan
Waarom heeft Sartre geen probleem met de theorie van Frankfurt?
Er is geen doorslaggevende redenen om ons te identificeren met het een of andere verlangen. Je bent namelijk authentiek wanneer je niet kwader trouw leeft en dus gewoon keuzes maakt die je essentie zullen definiëren. Je maakt zelf de keuze, dus je hoeft je niet te verantwoorden tegenover de gemaakte keuze.
Waarom zijn Taylor en MacIntyre het oneens met Sartre?
Het zelf dat nodig is voor authenticiteit, hoeft geen geïsoleerd zelf te zijn.
Wat betekent het waardenlandschap?
Als authenticiteit een kwestie is van zelfbepalende vrijheid dan hoeven we ons nooit zorgen te maken over wat anderen van ons denken. We kunnen echter wel denken over wat we zelf van ons zelf vinden.