opdracht 20 woorden uit examen Flashcards
aanspraak maken op
het bezit opeisen
de lier aan de wilgen hangen
ergens mee stoppen; oorspronkelijk: met dichten
er bekaaid afkomen
minder krijgen dan waarop met recht heeft
gespeend zijn van
in het geheel niet bezitten
het kind met het badwater weggooien
tegelijk met iets slechts ook iets goeds verwijderen; te ver gaan met maatregelen
het over een andere boeg gooien
het op een ander manier aanpakken
in de hand werken
bevorderen
inhet geding komen/zijn
voorwerp van discussie zijn
in zwang
in gebruik; in de moede
lak hebben aan
helemaal niet geven om
ontvankelijk zijn
vatbaar zijn
op de been brengen
in actie brengen; mobiliseren
op het schild heffen
de leiding geven
op zijn schreden terugkeren
op zijn beslissing terugkomen
zich distantiëren van
afstand nemen van; niets te maken willen hebben met