medisch onderwerp kleine en grote mensen Flashcards

1
Q

waar wordt groei door bepaald?

A
• Wordt vastgelegd in groeicurves
• Leeftijd
• Geslacht
• Levenscyclus
o Meeste groei 0-2 jaar
o Groeispurt
§ Meisjes 10-12
§ Jongens 14
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

welke soorten groei afwijkingen zijn er?

A
  • Mucopolysaccharidose
  • Hypothyreoidie
  • Syndroom van Turner
  • Hypofysaire dwerggroei
  • Hyperthyreoidie
  • Achondroplasie
  • Hypochondrodysplasie
  • Marfan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is achondroplasie?

A

• Meest voorkomende skelet dyplasie diagnose bij de geboorte
• Rhizomelie
• Kenmerkende houding (lumbale hyperlordose)
• Groot hoofd met prominerende voorhoofd
o Korte brede gespreide vingers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is hypochondrodysplasie?

A
  • Kenmerken van achondroplasie maar niet volledig beeld

* Tussenvariant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is het marfan syndroom ?

A
  • Langer dan gemiddeld
  • Armen zijn relatief lang
  • Hyperflexibiliteit gewrichten
  • Lensluxatie (loslaten van de lens)
  • Stoornis thoraxale aorta
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is de behandeling bij een te korte lengte?

A

• Oorzakelijk (waar mogelijk) bijv. Verhoogde calorie inname, uithuisplaatsing
• GH-behandeling
o Fysiologisch: GH-deficiëntie
o Supra-fysiologische: Turner S. , Chron. Nierinsuff
• Beenverlening (vnl. Bij botdysplasieen) bijv. Ilazarov distractie (bot wordt doorgezaagd,
fractuurspleet moet dichtgroeien -> extra lengte)
• Psychologische ondersteuning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is de behandeling bij een te grote lengte?

A

• Oorzakelijk (indien mogelijk) bijv. Somatostatine analoog bij acromegalie
• Geslachtshormonen in hoge dosis
o Effect: 2-10 cm (afhankelijk botrijping: toepassing vanaf 10 jaar meisjes en 12 jaar jongens)
• Epiphysiodesis (vergrendelen groeischijven) van de distale femur en proximale tibia epifysen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat doet het groeihormoon?

A
• Anabool effect (sterk opbouwend effect)
• Diabetogeen (te veel groeihormoon)
• Dwerggroei
• Gigantisme 
o Te veel HG vanaf kinderleeftijd
• Acromegalie
o Te veel GH als volwassenen
o Lichaamsuiteinde groeien uit
o Gelaatskenmerken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly