Longvolume en ventilatiekarakteristieken Flashcards
3 processen gastransport
ventilatie: verversen van lucht
difussie: O2 en CO2 uitwisseling met capillairen
perfusie: weefsels met O2 rijk bloed doorbloeden
ventilatie formule
ademteug x ademfrequentie
O2 opname in rust en bij max. inspanning
rust: 250 ml/min
max. inspanning: 2,5 L/min
inhoud ademteug
0,5 L
ademfrequentie in rust
+/- 15x per minuut
gevolg van obstructie in luchtwegen
ventilatie minder goed
gevolg restrictie longvolume
problemen met ventilatie en diffusie
Werking spirometer
vat met water, en een omgekeerd vat erboven op met lucht.
patient moet ademen door slang, als die uitademt, dan gaat emmer omhoog
in grafiek x-as=tijd en y-as=volume
inademen=omhoog
uitademen=omlaag
straal van vat bepaald de grootte van de uitslag in de grafiek, hoe kleiner de straal, hoe groter de uitslag
Vt
teugvolume= gemiddelde ademdiepte bij rustige ademhaling.
onder en bovengrens=normaal in -en uitademingsniveau
AF
ademfrequentie= aantal ademhalingen per minuut
AMF/ V’e
ademminuutvolume= Vt x AF
aantal liter dat per minuut wordt ingeademd
ERV
expiratoire reservevolume= hoeveelheid lucht beneden normale uitademingsniveau na maximaal uitblazen
IRV
inspiratoire reservevolume= de hoeveelheid lucht boven het normale inademingsniveau na max. inademen
RV
residueel volume= de hoeveelheid lucht die zich nog in de longen bevindt na maximaal te hebben uitgeademd
FRC
functionele residuele capaciteit= ERV + RV
volume onder het normale uitademingsniveau tot 0 niveau