kliniek van patient met COPD Flashcards
comorbiditeit COPD
verhoogd risico op: myocardinfarct AP diabetes longcarcinoom depressie
COPD behandeling
vroege diagnose en stadiumgericht medicatie/behandeling
-voor verbeteren en/of voorkomen symptomen
reductie aantal en ernst van exacerbaties
- diagnose en behandeling van extrapulmonale verschijnselen: verbeteren algehele gezondheidsstatus(CVD, bot, spier, metabool0
- adequatie voeding en revalidatie: behoud spierkracht, conditie en gezond gewicht (spieren en gewicht belangrijk voor goede prognose)
- zuurstoftherapie, chirugie (endoscopie) en longtransplantatie
2 processen bij COPD
ontsteking van perifere luchtwegen: zorgt voor obstructie
bulla vorming in alveoli door verlies elastische vezels: zorgt voor opp verlies voor diffusie
luchtwegverwijding behandeling
gladde spiercellen laten relaxeren in de terminale bronchiolus door:
B2 agonisten= verhoogd cAMP, verbeteren FEV1 en longvolumes, dyspnoe, aantal exacerbaties, kwaliteit van leven
M-antagonisten= blokkeren aCh effect op muscarine receptoren. Langwerkende werken in op M1 en M3 receptoren.
Verminderen aantal exacerbaties en opnames, verbeteren symptomen en gezondheid
hebben geen effect op mortaliteit, wel op symptoomvermindering
chronische ontsteking behandeling
met inhalatie corticosteroiden (ICS)
- Bij COPD met FEV1<60% verbeteren ICS symptomen, longfunctie, de QoL en frequentie van exacerbaties
- effect van corticosteroiden op systemische en pulmonale inflammatie bij COPD is onduidelijk
- verhoogd risico op pneumonie
- orale corticosteroiden: zeer veel bijwerkingen, daarom geen plaats in behandeling
non-invasieve beademing
als pO2 < 8 kPa, dan O2 therapie geven–> verbeterde overleving
je geeft het met overdruk
ontlast de ademhalingsspieren
verbeterd ook de CO2 gaswisseling
door overdruk is er een tegendruk bij de uitademing,–> alveoli worden open gehouden–> betere oxygenatie
longvolume reductie chirurgie (LVRS)
tot 70 jaar, haal slechte long segmenten weg, effect is tijdelijk, gevaarlijke operatie (1/5 sterft), patient met FEV1 20-35% hebben en DLCO> 20%
bronchioscopic approaches tot LVR
bronchiolie afsluiten wat naar slecht segment van long gaat–> meer lucht naar gespaarde delen –> betere ventilatie-perfusie verhouding daar
FEV1/FVC <0,7 en FEV1<45%
wisselend succes, omdat fissuren nog intact moeten zijn
hyperinflatie
Bij normaal ademen zijn inpi en expi even lang
Bij COPD langer nodig om volledig uit te ademen
maar lichaam heeft alweer nieuwe O2 nodig, dus je moet wel inademen, daarom is nog niet alle lucht uitgeademd en blaas je jezelf soort op
je ademt tot totale longcapacitiet= dynamische hyperinflatie
wat zie je bij hyperinflatie op x- thorax
middenrif afgeplat, long is uitgerekt
ernstigheid van COPD
mMrc symptomen vragenlijst
BODE index score
GOLD criteria (FEV1)
dat komt in combined assesment of COPD
(gold,exacerbaties, symptomen)
kies altijd het hoogste risico
y-as: gold 1,2,3,4 en exacerbatie geschiedenis 0 1 2 2
x-as: links mMRC 0-1 en CAT<10
rechts mMRC > 2 en CAT =/> 10
AECOPD
acute verslechtering van beloop van COPD
toename dyspnoe, hoest, sputum of purulentie
meer exacerbaties
stadia AECOPD
mild: behandeling kortwerkende bronchodilatoren
matig: behandeling kortwerkende bronchodilatoren en antibiotica en/of orale corticosteroiden(5-7 dgn)
ernstig: opname of bezoek SEH noodzakelijk, kan gepaard gaan met acute respiratoire insufficientie
AECOPD belang exacerbaties
frequente exacerbaties lijden tot: slechtere kwaliteit van leven toename luchtweg inflammatie hogere mortaliteit sneller verlies van longfunctie
AECOPD oorzaken en DD
infectie
luchtverontreiniging
hartfalen
idiopatisch=onbekend
DD:
pneumothorax
longembolie
longoedeem
geven ook allemaal klachten van benauwdheid en kortademigheid
als het met antibiotica weggaat= infectie door bacterie