le français au quotidien 5:2

Question 1

wist je dat

Answer 1

saviez-vous que

Question 2

weet je iets af van/ben je thuis in?

Answer 2

vous vous y connaissez en…

Question 3

heb je al gehoord over

Answer 3

avez-vous déjà entendu parler de

Question 4

zegt je dat iets

Answer 4

ça vous dit quelque chose

Question 5

dat staat in mijn geheugen gegrift

Answer 5

c’est gravé dans ma mémoire

Question 6

ik ben goed in

Answer 6

je suis bon(ne) en

Question 7

ik heb een zekere kennis van (2)

Answer 7

Je maîtrise les bases de
j’ai des notions de

Question 8

ik heb er over horen praten

Answer 8

j’en ai entendu parler

Question 9

dat zegt me iets

Answer 9

ça me dit quelque chose

Question 10

nu ik eraan denk

Answer 10

maintenant que j’y pense

Question 11

ik herinner het me alsof het gisteren was

Answer 11

je m’en souviens comme ce s’était hier

Question 12

dat vergeet ik nooit

Answer 12

je ne l’oublierai jamais

Question 13

Mijn geheugen laat mij in de steek

Answer 13

j’ai la mémoire qui flanche

Question 14

voor zover ik weet

Answer 14

pour autant que je sache

Question 15

geen flauw idee

Answer 15

je n’en ai pas la moindre idée

Question 16

ik zou het je niet kunnen zeggen

Answer 16

je ne saurais pas vous le dire

Question 17

zijn naam ontgaat me

Answer 17

son nom m’échappe

Question 18

naar mijn weten

Answer 18

a ma connaissance

Question 19

dat ken ik niet

Answer 19

je ne le connais pas

Question 20

daar heb ik nog nooit over gehoort

Answer 20

je n’ai jamais entendu parler de cela
je n’en ai jamais entendu parler

Question 21

dat zegt me helemaal niets

Answer 21

cela ne me dit rien du tout

Question 22

daar weet ik niets van af

Answer 22

je ne sais rien de tout cela
je n’en sais rien

Question 23

ik weet het niet

Answer 23

je ne sais pas

Question 24

ik ben niet op de hoogte

Answer 24

je ne suis pas au courrant

Question 25

geen idee

Answer 25

aucune idée

Question 26

dat herinnering ik me niet

Answer 26

je ne me le rappelle pas
je ne sais plus

Question 27

ik zou het u niet kunnen zeggen

Answer 27

je ne saurais pas vous le dire