Invloed van medicatie van het EEG Flashcards

1
Q

6 categorieën geneesmiddelen met effect op EEG

A
  1. hypnotica en anxiolytica (slaapmiddelen en angstverminderende middelen), waaronder sedativa (kalmeermiddelen)
  2. antipsychotica (onderdrukking wanen en hallucinaties)
  3. antidepressiva (stemmingsnormaliserend)
  4. lithium
  5. psychostimulantia
  6. anti-epileptica
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

3 categorieën geneesmiddelen met weinig effect op EEG (normale dosering)

A
  1. anti-Parkinson middelen
  2. antivertigo middelen
  3. antimigrainemiddelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

factoren van belang bij medicatie-invloed op EEG

A
  1. manier van toedienen
    -oraal of rectaal langzamer dan intraveneus
  2. dosis
  3. soort geneesmiddel en fysiologische eigenschappen ervan
  4. duur van toediening
    • acuut of chronisch
  5. leeftijd en fysiologische kenmerken patiënt
  6. combinatie van middelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Fysiologische effecten groepen geneesmiddelen

A

Onder de benzodiazepinen:
- Nitrazepam, temazepam, zopiclon zijn hypnotica.

  • Flurazipam en triazolam: nadelig effect bij ouderen met geheugenstoornissen, delirium en psychotische symptomen.
  • Diazepam, oxazepam, lorazepam zijn anxiolytica.
  • Clonazepam, clobazam en diazepam hebben anti-epileptische eigenschappen.

Onder anti-epileptica verschillende farmacologische groepen:
- Carbamazepine qua chemische structuur verwant aan tricyclische antidepressiva zoals amitriptyline, heeft psychotrope werking, gebruikt bij manie. Ook effectief bij trigeminusneuralgie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Medicatie effecten op EEG, algemene principes

A

EEG-veranderingen als gevolg van:
- beoogd therapeutisch effect
- overdosering
- acute intoxicatie

EEG kan vermoeden overdosering of intoxicatie ondersteunen, niet altijd (temporele discrepantie).

Vroeger medicatie 2 dagen voor EEG stoppen, achterhaald, lange halfwaardetijd, nog altijd effect op EEG, wel grotere kans op insult.

Beoordeling EEG:
- AGP (rekening houden met slaap, doezel, leeftijd etc., serumspiegel)
- epileptiforme activiteit (ook HV en FS effect)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hypnotica en anxiolytica, doel, voorbeelden

A

Hypnotica: slaap induceren en/of onderhouden, inslaaptijd verkort, slaapduur verlengd, wekdrempel verhoogd, waakperiodes verminderd, cycliciteit slaap behouden.

Anxiolytica: verschijnselen van angst specifiek onderdrukken (soms sedativa gebruikt, dan ook sterke slaperigheid).

Voorbeelden:
- benzodiazepinen (diazepam, clonazepam, clobazam, nitrazepam, temazepam)
- barbituraten (fenobarbital, secobarbital)
- chloralhydraat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Benzodiazepinen, diazepam, achtergrondactiviteit, epileptiforme activiteit, acute intoxicatie

A

AGP:
- 1-2 uur na inname bloedspiegelpiek en max. EEG-veranderingen
- toename beta (> 2 weken effect, carry-over)
- amplitude alfa en overige activiteit neemt af
- lichte toename theta

Epileptiforme activiteit:
- pieken kunnen verborgen zijn tussen beta met grote amplitude
- tijdens status epilepticus: gegeneraliseerde epileptiforme ontladingen onderdrukt (ook aanvalssuppressie), focale ontladingen blijven
- gebruikt bij twijfel over lateralisatie van focale epilepsie als er ook gegeneraliseerde ontladingen zijn, lateraliserende kenmerken worden versterkt

Acute intoxicatie:
- prominente snelle activiteit
- gesuperponeerd op polymorfe delta-activiteit
- geen reactiviteit op stimuli

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Benzodiazepinen, clonazepam (rivotril), achtergrondactiviteit, epileptiforme activiteit, acute intoxicatie

A

AGP:
- EEG -veranderingen voor bloedspiegel
- beta 11-40 Hz neemt ruim toe

Epileptiforme activiteit:
- vermindering gegeneraliseerde en focale epileptiforme activiteit interictaal bij 75% van patiënten (intraveneuze toediening)

Acute intoxicatie:
- veel delta gesuperponeerd met snellere activiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Benzodiazepinen, clobazam (frisium), achtergrondactiviteit, epileptiforme activiteit, acute intoxicatie

A

AGP:
- toename beta 16-20 Hz
- hoeveelheid alfa neemt af

Epileptiforme activiteit:
- in 75% vermindering van epileptiforme kenmerken, tot normalisatie van EEG

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Benzodiazepinen, EEG algemeen (incl. nitrazepam, temazepam)

A
  • diffuus toename beta
  • alfa neemt af in frequentie
  • gegeneraliseerde epileptiforme activiteit onderdrukt
  • carry-over effect
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Barbituraten, algemeen

A
  • sterke hypnotica (vroeger ook als sedativa gebruikt)
  • slaperigheid als bijwerking bij fenobarbital als anti-epilepticum
  • veroorzaken vaak enzyminductie in lever
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Chloralhydraat, algemeen, toediening, effect

A
  • hypnoticum/sedativum
  • weinig gebruikt, behalve bij jonge kinderen en rusteloze psychosomatisch gehandicapte kinderen
  • rectaal toedienen
  • maximaal sederend effect na 20-30 minuten
  • bloedspiegelpiek na 40-120 minuten
  • EEG: in AGP snelle activiteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Antipsychotica, algemeen, indeling groepen

A

Psychotische verschijnselen (wanen, hallucinaties) verminderen of doen verdwijnen

Vroeger neuroleptica genoemd.

EEG-veranderingen komen grotendeels overeen tussen de verschillende groepen chemische verbindingen.

Indeling groepen:
- fenotiazinen (chloorpromazine, flufenazine)
- thioxantenen (flupentixol)
- butyrofenonen (haloperidol, pipamperon)
- difenylbutylamien (pimozide)
- diversen (clozapine)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Antipsychotica, EEG bij therapeutische dosering

A
  • alfa iets trager, hoeveelheid neemt iets toe
  • hoeveelheid tragere activiteit neemt iets toe
  • beta neemt af
  • algemeen langzamer
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Antipsychotica, intoxicatie, kliniek, EEG

A

Kliniek:
- onrust, verwardheid, extrapiramidale symptomen, evt convulsies
- comateus bij ernstige intoxicatie
- doodsoorzaak dan cardiaal

EEG:
- gegeneraliseerde epileptische aanvallen kunnen voorkomen
- gegeneraliseerde trage golven en scherpe golven
- aanvalsfrequentie kan toenemen (bij epi-patiënten)
- convulsieve effecten door fenotiazinen (m.n. chloorpromazine)
- comateus: trage golven als gegeneraliseerde paroxismen
- geen snelle activiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Antipsychotica, EEG bij clozapine

A
  • meer overeenkomst met sederende antidepressiva
  • toename delta- en theta
  • toename beta >21 Hz
  • bij chronische behandeling in 60% dan vaak pieken en paroxismale vertraging
  • kan insulten uitlokken
17
Q

Antipsychotica, EEG algemeen

A
  • alfa hogere amplitude, verdere uitbreiding, lagere frequentie
  • als geheel trager, meer delta en theta, minder beta
  • paroxismaal optredende deltagolven, soms vermengd met pieken
  • potentieel epileptogeen
18
Q

Antidepressiva, algemeen, indeling groepen

A

Normaliseren sombere stemming en verlies van interesse en plezier (kernsymptomen depressie) en gevoelens van waardeloosheid en schuld en suïcidale gedachten.

Drie groepen:
- klassieke met tricyclische structuur (amitriptyline, clomipramine)
- 2e generatie antidepressiva (fluoxetine)
- mono-amiene-oxidase-A-remmer (moclobemide)

19
Q

Antidepressiva, EEG bij therapeutische dosering

A
  • gelijktijdige toename hoeveelheid trage en snelle activiteit
  • vermindering alfa
  • vermindering variabiliteit frequenties en amplituden
  • soms kans toename aanvalsfrequentie bij chronische epileptici
  • bij hoge dosering kunnen gegeneraliseerde aanvallen bij niet-epileptici
  • soms epileptiforme afwijkingen
20
Q

Antidepressiva, intoxicatie, kliniek, EEG

A

Kliniek:
- kan levensbedreigend zijn
- cardiale ritmestoornissen en onverwachte dood kan al bij therapeutische dosering
- prognose hangt af van cardiovasculaire gevolgen
- aanvallen kunnen voorkomen
- coma kan

EEG:
- diffuus onregelmatige 8-10 Hz activiteit, weinig reactief
- epileptiforme afwijkingen incl. pieken

21
Q

Lithium, algemeen, EEG, acute intoxicatie

A

Gebruikt bij manie, bipolaire stoornis.

Als profylacticum bij cluster-hoofdpijn.

EEG-veranderingen volgen bloedspiegels nauwgezet (kan al afwijkend zijn bij therapeutische dosering).

EEG:
- vertraging alfaritme
- paroxismaal gegeneraliseerde vertragingen, soms met pieken
- focale vertraging kan (duidt NIET op onderliggende hersenbeschadiging)

Acute intoxicatie:
- kan levensbedreigend zijn
- EEG altijd afwijkend
- diffuse vertraging, epileptiforme afwijkingen en trifasische golven
- klinisch herstel, dan beter EEG (bloedspiegel sneller dan EEG)

22
Q

Psychostimulantica, algemeen, EEG

A

Methylfenidaat (ritalin) gebruikt bij narcolepsie als clomapramine niet effectief is. Ook bij ADHD.

EEG:
- toename beta 11-20 Hz
- relatief vertragende effecten 6 uur na toediening
- toename alfa (alfa enhancement)
- geringe afname delta en theta

23
Q

Anti-epileptica, fenobarbital, achtergrondactiviteit, epileptiforme activiteit, acute intoxicatie

A

AGP:
- EEG sneller, meer beta >16 Hz (loopt gelijk met bloedspiegel, na eerste interval van 5-7 uur voordat max. EEG-effect is)
- bij epi-patiënten met ernstige EEG-afwijkingen, dan geen geïnduceerde beta
- diffuus afwezigheid beta duidt op ernstige hersenafwijkingen
- lokaal afwezigheid of in amplitude verminderde respons duidt op onderliggende hersenbeschadiging

Epileptiforme activiteit:
- afname hoeveelheid epileptiforme activiteit

Acute intoxicatie:
- EEG trager, meer theta, vervolgens delta
- bij coma, dan burst-suppressie

24
Q

Anti-epileptica, diphantoïne, achtergrondactiviteit, epileptiforme activiteit, acute intoxicatie

A

AGP:
- geen EEG-veranderingen

Epileptiforme activiteit:
- bij patiënten met gegeneraliseerde epilepsie, dan halvering van epileptiforme afwijkingen
- soms onderdrukking aanvallen, maar toch evenveel piekactiviteit

Intoxicatie:
- EEG trager, m.n. vertraging occipito-pariëtale ritmen
- paradoxale activatie aanvallen en epileptiforme afwijkingen
- focale afwijkingen kunnen versterkt worden, bij intraveneus toedienen

25
Q

Anti-epileptica, carbamazepine, achtergrondactiviteit, epileptiforme activiteit

A

AGP:
- algehele vertraging, vooral frontaal
- opvallende toename theta tijdens HV

Epileptiforme activiteit:
- geen overeenkomst aanvalsonderdrukking en verminderde interictale epileptiforme afwijkingen
- vaak toename epileptiforme afwijkingen, of geen verandering
- soms scherpe golven of pieken in eerst normaal EEG
- bij 50% van kinderen/adolescenten met toename aanvalsfrequentie, dan nieuwe gegeneraliseerde PGC’s
- kan toename 3Hz-PGC’s en zelfs absencestatus induceren
- veranderingen kunnen leeftijdsafhankelijk zijn

26
Q

Anti-epileptica, ethosuximide, achtergrondactiviteit, epileptiforme activiteit

A

AGP:
- vermindering trage frequenties
- alfaritme neemt toe

Epileptiforme activiteit:
- absences met 3Hz-PGC’s reageren goed erop, weg uit EEG
- bij 60% volledig verdwijnen epileptiforme afwijkingen, bij de rest reductie van 60-95%

27
Q

Anti-epileptica, valproïnezuur en natriumvalproaat, achtergrondactiviteit, epileptiforme activiteit

A

AGP:
- eerste weken EEG trager
- na 6 weken toename in betafrequenties

Epileptiforme activiteit:
- afname/soms verdwijning epileptiforme afwijkingen, klinische verbetering al eerder en vaak groter dan EEG verbetering, zowel bij focale als gegeneraliseerde aanvalsactiviteit
- eerste normale EEG’s kunnen focale of gegeneraliseerde trage golven
- respons van fotosensitiviteit en bij patroongevoelige epileptiforme activiteit
- piekbloedspiegel na 1,5-8 uur, 1-6 uur na piek, dan verminderde reactie LFP
- na-effect nog 5 dagen na geen valproaat in bloed te bepalen