EEG monitoring I Flashcards

1
Q

Rol EEG bij anesthesie

A
  • diepte van anesthesie meten
  • monitoring bij OK’s met anesthesie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Lokale vs algemene anesthesie

A

Lokaal:
- maakt een of een aantal zenuwen ongevoelig
- geen EEG-effect

Algemeen:
- vermindert hersenfunctie, buiten bewustzijn brengen
- wel EEG-veranderingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Anesthesie bij OK, onderdelen

A
  1. Inleiding:
    - onder narcose brengen met snelwerkend middel
    - van belang wanneer geïntubeerd wordt
    - vaak spierverslapper erbij
  2. Sedatie en onderhoudsanesthesie:
    - langer werkend middel
    - bewusteloos houden
    - gasvormig (halogenaten, lachgas) of intraveneus (ketamine, propofol)
    - sms nog spierverslappers blijven geven
  3. Analgesie/pijnbestrijding:
    - met morfine-achtige stoffen (opioïden)
    - meeste sedatiemiddelen geven weinig pijnonderdrukking
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bijwerkingen anesthesie, direct, indirect

A

Direct:
- effect op bloeddoorstroming en metabolisme hersenen

Indirect:
- effect op zuurstofvoorziening door veranderingen in ICP of systemische bloeddruk
- kunnen grotere invloed hebben op elektrische activiteit hersenen
- verlaging ICP kan gunstig zijn voor chirurgie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

EEG bij anesthesie, stadia

A

Stadium 1:
- excitatiestadium
- verdwijnen normale AGP (alfa en mu), reactiviteit en verschillen in amplitude
- EEG monotoon met diffuus trage en snelle activiteit, tot 20 Hz, tot 50 uV
- bij epilepsiepatiënt kan toename van epileptiforme paroxismen

Stadium 2:
- EEG trager met reeksen golven 2-8 Hz
- amplitude omhoog tot 100 uV
- beta (lage amplitude) gesuperponeerd op trage activiteit

Stadium 3:
- steeds trager 2-3 Hz
- grotere amplitude 100-300 uV
- onregelmatiger

Stadium 4:
- eerst activiteit uit stadium 3 soms onderbroken, suppressies < 3 sec, amplitude <20 uV (beginnende burst-suppressie)
- daarna suppressies langer en vlakker
- bursts korter en toenemend scherpe activiteit (pieken en scherpe golven vermengd met steile trage golven)
- bij suppressies >10 sec dan amplitude van bursts afname

Stadium 5:
- EEG vlak

Vaak is bereiken stadium 2 al voldoende.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Therapeutische burst-suppressie

A
  • penthatol of propofol gebruiken voor coma te induceren
  • energiebehoefte hersenen verlagen, gunstig om hersenen te beschermen bij dreigende inklemming en bij onbehandelbare status epilepticus
  • streven naar burst-suppressie met suppressies van 3-10 sec
  • bij status streven naar verdwijnen epileptische activiteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly