Hoofdstuk 9.2: het bloed Flashcards
functies van het plasma
- transportfunctie
- afweer (immuunglobulines spelen een belangrijke rol)
- bloedstolling
- regeling van de vochtbalans
- regelen van de colloïd osmotische druk (COD)
- regelen van de zuurtegraad (pH moet in het bloed tussen 7,35-7,45 zijn
- thermoregulatie
waar wordt de afgifte van warmte geregeld?
in de hypothalamus
waneer spreken van van acidose?
als het pH in het bloed <7,35 is
wanneer spreken we van alkalose?
als het pH in het bloed >7,45 is
welke pH is niet verenigbaar met leven?
< 7
waaruit bestaan de atrioventriculaire kleppen en hoe hangen deze vast?
de tricuspidalisklep rechts en de mitralisklep links, ze zijn zeer beweeglijk en hangen door chordae tendineae vast aan papillairspieren in de ventrikels
lagen van de hartwand (van binnen naar buiten)
- endocard
- myocard: spierlaag
- epicard
- pericard/hartzakje
wat is de bloedsomloop en hoe wordt het in stand gehouden?
het stomen van het bloed doorheen het bloedvatenstelsel, het wordt in stand gehouden door de pompende werking van het hart
verloop van de grote bloedsomloop (systematische circulatie)
begint in de linker ventrikel, O2 rijke bloed wordt via de aorta naar de weefsels gebracht. daar vind uitwisseling van zuurstof en CO2 plaats. het O2 arme bloed wordt via de venulen naar de kleinere venen gebracht en gaan naar het rechter atrium
verloop van de kleine bloedsomloop (longcirculatie)
begint in de rechter ventrikel en voert O2 arm bloed naar de longen. t.h.v. longweefsel wordt CO2 uitgewisseld voor O2. het O2 rijke bloed wordt daarna na het linker atrium gebracht
wat is de grootste ader van het hart?
de sinus coronarius
functie coronaire circulatie
voert bloed aan naar het spierweefsel van het hart
waar ontstaan de prikkel die de hartspier zal aanzetten tot contractie?
in het hart zelf, in de sinusknoop, in het rechter atrium en wordt via prikkelgeleidend weefsel naar het myocard gebracht
wat is de diastole?
de fase waarin de prikkel die vanuit de sinusknoop vertrekt, verspreidt zich over beide atria waardoor deze gaan samentrekken. hierdoor wordt het bloed uit de atria naar de ventrikels gebracht. de atrioventriculaire kleppen openen zich en de semilunaire kleppen slaan dicht (2e harttoon)
bundel van His =
een bundel zenuwvezels die naar het bovenste deel van het septum interventriculare cordis loopt