HC13.7: Patiënt met schubben Flashcards
1
Q
Psoriasis
A
- Erfelijke immunologische aandoening waarbij het immuunsysteem zich keert tegen de huid
- Prevalentie is ongeveer 2%
- Er moeten specifieke genen aanwezig zijn voordat psoriasis kan ontstaan
- Kaukasische bevolking 70-75 genen
- Aziatische bevolking 47 genen
- Genen moeten getriggerd worden (stress, voeding, infecties, geneesmiddelen)
2
Q
Pathogenese psoriasis
A
- Genen moeten getriggerd worden (stress, voeding, infecties, geneesmiddelen)
- Zorgt ervoor dat een APC wordt aangezet om naar lymfeklier te gaan
- In lymfeklier zal T-cel geactiveerd worden die psoriasis kan veroorzaken
- T-cel gaat naar huid en zal via cytokinen huid aanvallen
- Th1 en Th2 cellen spelen belangrijke rol
3
Q
Uiting psoriasis
A
Erythemateuze plaques op huid, eventueel met keratone (verhoorning)
4
Q
Histopathologische kenmerken psoriasis
A
- Hyperparakeratose: toename dikke corneum, normaal proces 28 dagen, hier 7 dagen en cellen met kern
- Neutrofiele granulocyten in corneum: microabces van Munro
- Ontstekingsinfiltraat in dermis
- Gedilateerd capillair in papiltop: dilatatie van bloedvat door inflammatie
5
Q
Locatie psoriasis
A
- Hele huid
- Met name strekzijde ellebogen en knieën, sacrum en behaarde hoofdhuid
- Typisch: fenomeen dat huidziekte zich uitbreidt naar een plek op de huid die trauma heeft ondergaan
6
Q
Köbner fenomeen
A
Huidziekte breidt zich uit naar plek op huid die trauma heeft ondergaan
7
Q
Hoe behandelen bij gegeneraliseerde huidafwijkingen?
A
Systemisch
8
Q
Nagels x psoriasis
A
- Kalknagel
- Subtiele afwijkingen
- Bij vrouwen die zwanger zijn wordt psoriasis minder, maar eczeem op huid neemt toe
9
Q
RA
A
- Ongeveer 25% van psoriasis patiënten
- Klachten beginnen op huid en gaan daarna door in gewrichten
- Schade in gewrichten is blijvend, terwijl schade aan huid meestal goed te herstellen is
10
Q
Comorbiditeiten
A
- Metabool syndroom
- Cardiovasculaire aandoeningen
- DM
- Hepatitis
- Nierfunctiestoornissen
- Leverfunctiestoornissen
11
Q
Plaques
A
- Bij 85% van psoriasis patiënten
- Psoriasis vulgaris
12
Q
Pustulair
A
- <5% psoriasis patiënten
- Bij auto-inflammatoire ziekten waarbij innate immuunsysteem ontregeld is en neutrofiele granulocyten overmatig reageren
- Steriele pustels
- Pustels kunnen overgaan in korsten (crustae)
13
Q
Guttata
A
- <10% van psoriasis patiënten
- Druppelvormige, ronde plekjes, vaak na LWI
14
Q
Erythrodermisch
A
- <2% van psoriasis patiënten
- Knalrode verkleuring over hele lichaam
- Ernstige vorm
15
Q
Inversa
A
Huidafwijkingen in lichaamsplooien
16
Q
Dus huidafwijkingen bij psoriasis
A
- Plaques
- Pustulair
- Guttata
- Erythrodermisch
- Inversa
17
Q
Vier groepen van behandeling
A
- Zalven
- Lichttherapie
- Tabletten
- Injecties
18
Q
Zalven
A
- Lokale corticosteroïden
- Kunnen leiden tot verdunning huid, atrofie en/of striaevorming
- Vitamine D zalf
19
Q
Lichttherapie
A
- UVB straling leidt tot immuunsuppressie en verbetering psoriasis
- Verhoogd risico op huidkanker dus niet meer dan 90x in 2 jaar
20
Q
Tabletten
A
- Immunosuppresiva oraal
- Dimethylfumaraat: grijpt in op mitochondriën
- Door remming mitochondriën wordt de activiteit van T-cellen verlaagd
- Uitgescheiden via koolstofdioxide
21
Q
Injecties
A
- Biologicals
- Blokkeren specifiek 1 cytokine of 1 receptor waardoor bijwerkingen mild
- Dure behandeling, gemiddeld 15.000 euro per jaar
- Infliximab, adalimumab: remming TNF-a
- Ustekinumab: remming IL12, IL23, erg effectief bij psoriasis
22
Q
Let op
A
- Ongeveer 75% van psoriasis patiënten heeft milde vorm waarbij afweging gemaakt moet worden of voordelen van therapie opwegen tegen nadelen
- Psoriasis is een chronische ziekte die opnieuw op zal komen indien gestopt wordt met therapie