E-learning ECG (deel 2) Flashcards

1
Q

Wat zijn de stappen voor het aansluiten van een ECG op een proefpersoon

A
  1. Apparaat instellen (welke afleiding(en) wil je meten)
  2. Schuren van huid op pols
  3. Alcohol
  4. Doperwtje geleidingsmiddel op de elektrode
  5. Plaats elektrode op de pols
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke kleuren moeten onder, en welke kleuren moeten boven?

A

Kleuren van aarde (onder): groen en zwart
Kleuren van de zon (boven):
rood en geel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar moet rood?

A

R van Rood, rechterarm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar moet geel?

A

L van Geel, linkerarm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar moet groen?

A

GroenLinks, linkerbeen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar moet zwart?

A

Rechterbeen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bij het maken van een afleiding, is afleiding I positief of negatief?

A

Positief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Is afleiding II positief of negatief?

A

Positief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waartussen ligt afleiding I

A

Rechter- naar linkerarm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waartussen ligt afleiding II?

A

Rechterarm naar linkerbeen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waartussen ligt afleiding III?

A

Linkerarm naar linkerbeen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke amplitude is hoger, afleiding I of II?

A

Afleiding II

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke richting is AVL?

A

Linkerarm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke richting is AVR?

A

Rechterarm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke richting is AVF?

A

Voet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Is afleiding III positief of negatief?

A

Positief

17
Q

Wat laat AVL zien?

A

Een rechte lijn

18
Q

Wat laat AVR zien?

A

Een negatief QRS complex

19
Q

Wat laat AVF zien?

A

Een positief QRS complex

20
Q

Bedenk aan de hand van de verspreiding van de geleidingsgolf door de ventrikels of je snapt waarom de signalen in de verschillende afleidingen verschillend zijn en waarom de amplitude van het QRS complex in Einthoven II over het algemeen het grootst is.

A

Meeste spanningsverschil loopt van rechtsboven naar linksonder (precies de richting waarin Einthoven II kijkt). Want: signaal begint bovenin het septum (bundel van His). Verspreid zich door het septum naar beneden. Dan endocardiaal in het linker- en rechterventrikel en dan naar buiten. Links is er (aanzienlijk) meer spiermassa dan rechts.