Cardiologie HR/ Tachyarrythmieen Flashcards
Tachyarrythmieen
Mechanismen
Algemeen
Versnelde automaticiteit
Getriggerde activiteit
Re-entry
Tachyarrythmieen
Versnelde automaticiteit
□ Door sneller oplopen
□ Door lagere drempel
□ E.g., sinustachycardie, espace ritme
Tachyarrythmieen
- Getriggerde activiteit
□ Spontane oscillaties (after depolarisations)
□ E.g., myocardschade, pacing, electroliet stoornis,
farmaca)
Tachyarrythmieen
- Re-entry
□ Slow en fast pathway leidt tot loop
□ Mechanisme voor meeste regulaire parox. tachycardien
□ E.g., monomorfe VT, SVT
Tachyarrythmieen
Soorten
algemeen
Supraventriculair
Ventriculair
Tachyarrythmieen
Supraventriculair
(palpitaties, duizelig, moe, chest pain, dyspnea, syncope)
○ Sinustachycardie
○ AV junctie tachycardie (AV(N)RT, WPW)
○ Atriale tachycardie (atriaal, multifocaal, flutter, fibrillatie)
Tachyarrythmieen
Ventriculair
○ Monomorfe VT
○ Polymorfe VT
○ VFib
Tachyarrythmieen
algemeen
Sinustachycardie (>100 bpm)
AV junctie tachycardie
Atriale tachycardie
Ventriculaire tachycardie
Tachyarrythmieen
Sinustachycardie (>100 bpm)
○ Primair (e.g., inappropriate sinus tachycardie)
§ Niet in relatie met inspanning/stress
§ Vnl. Jonge personen (inbalans ortho / parasympaticus)
○ Secundair
§ Acuut: longembool, shock, emotie, pijn, koorts, inspanning
§ Chronisch: anemie, hyperthyreose, zwanger
Tachyarrythmieen
AV junctie tachycardie (paroxysmaal, begint op adolescent/jongvolwassen, meestal normaal hart)
○ WPW (tot 0.4% plotse dood per jaar)
§ Typische triad op ECG van kort PR, breed QRS, delta wave
§ Risico op AF/VF door snelle doorgeleiding en korte refractaire periode
§ Geen calcium channel blockers (verapamil, diltiazem) of digoxine geven!! (helpen de aberrante
Tachyarrythmieen
AV junctie tachycardie (paroxysmaal, begint op adolescent/jongvolwassen, meestal normaal hart)
AVRT (minder frequent; re-entry tvh non-His macro reentry circuit)
§ Orthodroom (ante via HIS, terug via acess.) vs antidroom (e.g., WPW; ante via acess., terug via HIS)
§ Antidroom heeft meer kans om tot Afib te evolueren
§ Indien retrograde geleiding mogelijk, dan is de accessoire pathway zichtbaar in rust
§ GEEN typisch kikkerfenomeen
§ MINDER sterke diurese na aanval
Tachyarrythmieen
AV junctie tachycardie (paroxysmaal, begint op adolescent/jongvolwassen, meestal normaal hart)
○ AVNRT
○ AVNRT (meer frequent; re-entry thv AV knoop)
§ Typisch (f-s) vs atypisch (s-f)
§ Soms uitlokkend event (stress, koffie, alcohol)
§ Soms syncope (10-15%)
§ Typisch kikkerfenomeen (“hals zet op”, pulserende VJ; atriale contractie tegen gesloten tricuspid klep)
§ Typisch sterke diurese na aanval (ANP release)
Tachyarrythmieen
AV junctie tachycardie (paroxysmaal, begint op adolescent/jongvolwassen, meestal normaal hart)
algemeen
○ Vagale stimulatie kan aanval stoppen: valsalva (pers), hoofd koude immersie / glas koud water, carotis massage
○ Adenosine in ziekenhuis om asystole voor aantal sec. te induceren (cave bronchospasm; NIET BIJ ASTHMA)
Tachyarrythmieen
Atriale tachycardie
○ Atriale tachycardie (zeldzaam)
§ Singuliere extra focus (e.g., thv pulmonaalvenen of litteken)
○ Multifocale atriale tachycardie
§ Meerdere extra foci
§ Typisch bij chronisch longlijden (vroeger vooral bij COPD en theofyline)
○ Flutter (F waves 250-300 bpm met typisch 2:1 AV block = 150bpm V respons)
§ Macro re-entry rond tricuspid annulus
§ Typisch: counterclockwise, F waves negatief in inferior leads
§ Atypisch: clockwise, F waves positief in inferior leads
○ AF (meest voorkomende aritmie - 1-2% algemeen; 5-10% > 75j)
§ 2x mortaliteit, meer CVAs, meer hospitalisaties
§ Initieel paroxysmaal (<48h), kan evolueren naar persistent (>7d), of permanent
§ Risicofactoren: standaard CV risk, maar ook alcohol, hyperthyreose, COPD, ASD, …
§ Mechanisme
□ ~ substraat (fibrose van atrium door e.g., cardiale ziekte),
□ ~ trigger (pulmonale venen)
□ Wavelets impuls ipv een grote golf (allemaal micro reentry fenomen)
§ Gevolgen
□ Soms asymptomatisch, soms spoed wegens palpitaties
□ Wegvallen effectieve atriale kick -> moe, futloos, dyspnea, gedaalde inspanning, progressie HF
□ Thrombus vorming (vooral in L hart oortje = left atrial appendage) -> soms CVA als eerste uiting
§ Anticoagulantie in chronische behandeling
□ LMWH: short term
□ VKA: INR 2-3, controle elke maand, kan je veilig onderbreken voor paar dagen
□ NOAC: vaste dosis, GFR>30 ml/min nodig, bij overschakelen via VKA moet je eerst INR onder <2 hebben
§ Als je niet zeker bent van klonter kan je met TEE (transoesophagal echography) klonters zoeken in e.g., linker hartoortje
Tachyarrythmieen
Ventriculaire tachycardie
○ Sustained VT (bij structureel hartlijden)
§ Triggers bij ischemie, re-entry bij oud infarct
§ Kan door kleplijden, cardiomiopathie, hypertensie, electrolietstoornissen, ..
§ Bij myocardinfarct (geeft sowieso slechtere prognose bij zowel vroeg- als laattijdig)
□ Vroegtidjig: vooral in eerste uren, maar GEEN predictor van latere VT!
□ Laattijdig: hogere kans bij EF < 35% (-> ICD)
§ Soms weinig symptomen!
§ Soms duizelig, syncope, hypotens, cardiaal arrest, HF tekens
○ VF
ASAP cardioversie