30-Hegel/ontplooiing geest id geschiedenis Flashcards

0
Q

Is, vlgs Hgl de geschiedenis een willekeurige opeenvolging van uiteenlopende feiten?

A

Nee, speculatieve denken begrijpt de stadia vd wereldgeschiedenis als fasen id dialectische ontwikk vd absolute Geest.

Taak vd filosofie: de redelijkheid, verborgen in grote hoeveelh empirische feiten te achterhalen en gesch te onthullen als progressieve manifestatie vd vrijheid.

Keerpunten geschiedenis treden aan daglicht als wezenlijke momenten in ah daglicht treden vd vrijheid.

p255

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Vat samen hoe Hgl de werkelijkheid wil begrijpen.

A

Fenomenologie:

  • Werkelijkh is allesomvattende eenheid
  • Maar geen statische substantie, moet begrepen worden als subject (zelfbeweging);
  • Zelfbeweging is niet willekeurig, maar doelgericht/teleologisch: volledige ontplooiing vd geest (‘fenomenologie/manifestaties vd geest’);
  • Zelfbeweging toch niet harmonieus proces, maar gekenmerkt door voortd crisismomenten (vormen van negativiteit);
  • Geest roept tegendeel op, vervreemdt van zichzelf. Is noodz doorgangsstadium tot rijker, voller bestaan.
  • Vreemde/negativiteit blijven niet tegenover positiviteit staan, maar worden als moment daarvan opgeheven wanneer doorzien als zelfvervreemding (= theorie van dubbele negatie)

=> Door veruitwendigen in iets anders dan zichzelf (= negativiteit/vervreemding);

  • vervolgens deze veruitwendigen begrijpen als moment van zichzelf;
  • wordt geest zich bewust van zichzelf, dwz is hij waarlijk Geest.

p255

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

INDIVIDU / BESCHAVINGSGESCH

Wat levert het inzicht dat het absolute een beweging is van veruitwendiging en het begrijpen daarvan, op?

A
  • het is een noodzakelijk moment van het absolute zelf;
  • geest = zelfbeweging, dus hij veruitwendigt zich ook id geschiedenis (mn politiek, kunst, reli en wetensch).

Gang van zaken en breukmomenten zijn cruciale momenten v zelfwording vh absolute. Het absolute ontplooit zich id geschiedenis.

Beschavingsgesch = een progressieve ontwikk ve vrijheidsideaal, dan in Fr Rev en postrev staatsorde wordt verwerkelijkt.

p256

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

INDIVIDU / BESCHAVINGSGESCH

Welke drie typen van individualiteit onderscheidt Hgl en waarom?

A

Hgl gaat in op verhouding vh indiv tot de beschavingsgesch en de ontwikk v die verhouding. Immers: natuurl bewustzijn moet opgevoerd worden tot standpunt vd wetenschap. Dus: doorlopen stadia vd beschavingsgesch.

  1. Indiv zonder meer / natuurl bewustzijn: uit onbeschaafde positie tot standpunt vh weten brengen.
  2. algemene indiv / wereldgeest: heeft alle momenten van beschavingsgesch doorgemaakt, blikt daar op terug en herkent haar als ontwikk van zichzelf. Gaat om indiv en collect bewustzijn (= beschaving iha).
  3. bijzondere indiv / onvolledige geest: in dit indiv overheerst 1 enkele bepaaldheid, 1 bepaalde gestalte vd geest (bv Griekse/Rom wereld, reformatie, verlichting, Fr Rev, ontdekking schrift, boekdrukkunst, wiskunde). Drukt steeds 1 gestalte vd geest uit. Zijn slechts momenten vh alg indiv, en moeten door zelfbewuste geest als zodanig begrepen worden.

p256

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

INDIVIDU / BESCHAVINGSGESCH

Hoe verhoudt indiv zonder meer (dat weg wetensch in slaat) zich tot alg indiv en diens momenten (het bijz indiv)?

A

Cruciaal: zelfbepaling, vervreemding en opheffing door toe-eigening vh vreemde.

Indiv wordt niet vanzelf een cultuurwezen (Rousseau), maar moet zich beschavingsgesch toe-eigenen (zich spiegelen ad feitelijke bestaande beschavingswereld, buiten hem).
= moment v negativiteit, wordt gaandeweg opgeheven door inzicht dat die beschaving ook zijn eigen beschaving is (via onderwijs en opvoeding).

Vervreemding en toe-eigning:

  • anorganisch (beschaving lijkt in eerste instantie iets vreemds)
  • organisch (beschaving ‘verteren’, omzetten in eigen natuur, eigen maken).
  • geleidelijk: indiv gaat vreemde wereld zich toe-eigenen en als eigen wereld zien.

p258

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

INDIVIDU / BESCHAVINGSGESCH

Waarom stelt Hgl de wereldgeschiedenis voor als de reusachtige arbeid die de wereldgeest op zich genomen heeft?

A

Wereldgeest (alg indiv) heeft eeuwenlange gesch meegemaakt, waarin eenzijdige bepaaldheden vh bijz indiv als momenten zijn opgenomen (‘geduld vd wereldgeest’).
W’geest heeft al die vormen in hun volle tijdelijke uitgebreidheid doorlopen (incl traagheid, lijden).

Hierdoor alle bijz indiv’en ontdaan van hun uitwendigheid, hen verinnerlijkt en hen herkend als momenten van zichzelf, om bewust te worden van zichzelf.

p258

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

INDIVIDU / BESCHAVINGSGESCH

Hoe kan indiv concreet zich de beschaving toe-eigenen?

A

Het afzonderlijke indiv moet beschavingsgesch (bv schrift, getallenstelsel, boekdrukkunst, pythagoras, griek/rom bouwkunt, middeleeuwse kathedralen, zwaartekracht, moderne staat gebaseerd op vrijheid) doorlopen, zonder iets over te slaan.

Betekenis op zich laten inwerken, eigen gesch doorzien.
Wereldgeest heeft ‘t al v uitwendigheid ontdaan (tijdsduur, inspanning, impasses): het alg indiv heeft het bijz indiv verinnerlijkt en toe-eigenbaar gemaakt.

Op niveau van onmiddellijkheid (het feitelijke; de zich in ruimte/tijd afspelende geschiedenis) is het nogmaals doormaken van hele geschiedenis, al volbracht door alg indiv: pad is al door alg geest geëffend.

p259

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

INDIVIDU / BESCHAVINGSGESCH

Verhelder het begrippenpaar ‘op zich’ en ‘voor zich’.

A

‘Op zich’: gesch in volle tijdruimtelijke lengte en breedte (inc ellende/pijn). Onmiddellijkheid (rechtstreeks en fysiek door mensen gemaakt/ondergaan). Essentie van onmiddellijkh wordt begrepen door over inhoud geschiedenis na te denken.

‘Voor zich’: bewustwordings-/reflectieproces zet zich om in ‘voor zich’: natuurl bewustzijn maakt het tot een voorwerp van reflectie en eigent het zich toe, door zich daarvan bewust te worden. Daardoor inzien dat het eigen geschiedenis is (ondanks niet meegemaakt hebben).

Bredere fil betekenis: Hgl benadert als eerste betekenis v gesch en consequenties daarvan voor denken over mens/maatsch: gesch leent zich voor fil reflectie (is geen puur natuurl gebeuren maar geestel werkelijkheid). Medium waarin abs geest zich uitdrukt.

p261

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

TIJD IN GEDACHTEN VATTEN

Was Hgl een kamergeleerde die werkelijkheid in zijn conceptuele schema wilde persen?

A

Hgl schenkt hieraan aandacht in Grundlinien der Philosophie des Rechts.

  • Hgl veroordeelt filosofen die niet vanuit werkelijkheid vertrekken: gaan voorbij aan hoe de wereld is.
  • Roepen hoe wereld zou moeten zijn (subjectivisme).
  • Getuigt van weinig inzicht in wat fil eigenl is (weergeven vd alg en noodz structuur vd werkelijkh dmv begrippen) en van morele inferioriteit.
  • Want praat mensen verheven en wereldvreemde subj meningen aan.
  • Dit soort fil verhoudt zich niet op zinvolle manier tot gesch en eigen tijd:
  • fil = doorgronden vh redelijke + vatten vh tegenwoordige en werkelijke.

Kenmerk vlgs Hgl van actuele werkelijkh is dat er ernst wordt gemaakt met rechten en plichten vd burgers to staat. Trad, acad schoolfilosofie is niet in staat de actuele werkelijkh conceptueel te vatten.
Meer abstractere, schoolfilosofische principes = meer openlijke breuk tussen fil en werkelijkh. Hgl’s kritiek is gericht op manier van denken die meent dat redelijkh alleen of primair bestaat uit formuleren v abstracte gedachten en niet in begrijpen vd levende werkelijkh vd geschiedenis.

p262

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

TIJD IN GEDACHTEN VATTEN

Is de filosofie een ideologische rechtvaardiging vd bestaande orde omdat het zich neerlegt bij de feitelijkheid?

A

Nee.
Fil vertrekt vanuit het tegenwoordige/werkelijkheid en tracht redelijkheid daarvan te doorgronden.
Hgl bekritiseert geregeld bestaande pol en cult situaties.
Denken is niet kopieren v feiten, maar ontdekken van alg en noodz structuren vd werkelijkh.
Fil kan het bestaande bekritiseren als het de werkelijkh (verschijnen vd absolute geest id empirische realiteit) blijkt te misvormen.

p262

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

TIJD IN GEDACHTEN VATTEN

Wat is vlgs Hgl de verhouding tussen de (filosoferende) mens en de geschiedenis?

A

Beducht voor abstr, utopisch denken, dat eigen denkschema’s wil opleggen aan de zich voortd ontwikkelende werkelijkh.
‘fil kan niet boven haar eigen tijd uitgaan’.
‘fil komt altijd te laat om te beleren hoe wereld zou moeten zijn’.

Diepe overtuiging van Hgl: de feitelijk bestaande wereld is minstens in haar kern begrijpelijk of redelijk (anders fil zinloos). Taak fil is doorgronden van hier&nu naar zijn eigen noodzakelijkh en redelijkh.
Door te begrijpen zien wat puur toevallig is en wat in de feitelijkheid echt werkelijk is, of misverstand of pervertering.

Fund overeenstemming vd werkelijkh geldt alleen op alg niv (niet indiv of specifieke fil), ook fil van Hgl niet (Hgl tegen hang naar originaliteit/individualisme).

p264

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

TIJD IN GEDACHTEN VATTEN

Elk denken en elke fil is gebonden aan haar historische context. Wat betekent dat?

A
  • denken en filosoferen is gebonden aan concr tijd & ruimte.
  • zegt iets over aard vd werkelijkh zelf: is wezenl zelfbeweging, voortd ontwikkeling.

Gesch vd fil is dus conceptuele verwoording vd ontwikk vd werkelijkh zelf. Fil = haar tijd in gedachten gevat.

p264

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

TIJD IN GEDACHTEN VATTEN

Kan filosofie dan als een soort ideeengeschiedenis opgevat worden?

A

Nee. Tijd en beschaving drukken iets wezenlijks uit, een alg, bovenindiv inzicht. Betekenis fil systemen overstijgt de hist context waarin ze ontstaan zijn.

  • fil onlosmakelijk verbonden met tijd waarin onstaan MAAR OOK:
  • verheft die tijd boven strikte particulariteit door het alg en wezenlijke ervan te doorgronden.
  • Fil is reflexieve activiteit: eerst hist werkelijkh dan reflectie vd fil.
  • Fil is dus laatste stap id ontwikk daarvan: na laatste stap in ontwikk en verheft deze dan tot niv van denken.
  • Fil komt dus altijd te laat.
  • Een fil die wereld wil beleren ipv begrijpen vervalt in onrealistische, machteloze eisen en aanbevelingen.

Fil is beperkt: gebeurde kan niet ongedaan gemaakt worden, niet opnieuw beginnen. Alleen kennen & begrijpen. (vgl uil van Minerva: als alles gebeurd is, vliegt deze uit, overschouwt de fil de gesch en heft haar op in het denken).

p267

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

INVLOED HEGEL

Welke invloed had Hgl’s fil op de godsdienst- en geschiedfilosofie?

A

Kort na zijn dood ontbrandde strijd over implicaties van zijn fil voor de chr religie.

Rechts-hegelianen: spec idealisme v Hgl kan verzoend worden met centrale elementen uit chr geloofsleer.

Links-hegelianen: argumenten in fil om evangelies en leven van Jezus op hist-kritische wijze te begrijpen en te bestempelen als reli mythes => reli gedoemd te verdwijnen (Marx korte tijd).

p268

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

INVLOED HEGEL

Welke elementen van Hgl’s fil nam Marx over?

A
  • allesomvattende en dyn karakter van gesch- en maatsch.visie. Maatsch ontwikkelt zich progressief vu innerl noodzaak.
    Drie kenmerken ontwikkeling van geschiedfil:
  • progressief: verscherping klassentegenstellingen
  • dialectisch: doel vd gesch = vestiging klassenloze maatsch, kan niet dmv geleidelijke hervormingen (belangrijkste momenten v hervorming gaan dmv revoluties).
  • wetmatig (autonome logica): dus niet hooggestemde idealen of individuen. Utopisch socialisme (Proudhon) vs wetensch socialisme (Marx: analyse v autonome wetmatigh vd geschiedenis, bewijst dat maatsch zich onvermijdelijk voortbeweegt in ri klassenloze maatschappij. Ook zonder medewerking individuen).

p268

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

INVLOED HEGEL

Welke fundamentele problemen had Marx met de fil van Hegel?

A
  • Stagneert in conservatieve aanvaarding vd bestaande maatsch orde (toenemende verpaupering toont dat Hgl’s verzoening tussen burgerl maatsch en staat niet gerealiseerd is). Marx vond dat fil wereld moest veranderen, Hgl vond dat fil wereld moest interpreteren.
  • Komt door versch begrip van ‘werkelijkheid’.
  • Hgl: zelfmanifestatie vd geest
  • Marx: ontwikk vd werkelijkh niet door geest bepaald maar door soc-ec factoren. Dus fil duiding moet ontwikk vd materiele levensomstandigheden vd mensen reconstrueren.
    Want Marx vond dat
    = soc-ec realiteit is drijvende kracht vd gesch (ipv geest)
    = mat levensomstandighdn v grote invloed op ontwikk vd cultuur (manier waarop mensen denken, geloven, pol bedrijven, kunst produceren).
    = pol, kunst en reli zijn niet manifestaties vd zelfontwikk vd geest maar ideeele afspiegelingen ve materiele, soc-ec realiteit.

p269

16
Q

INVLOED HEGEL

Licht de term ‘historisch materialisme’ toe.

A

Is houding van Marx to fil v Hgl:
- historisch: werkelijkh is niet statisch, maar ontwikkelt zich progressief en dialectisch (overeenkomst Hgl/Marx).

p270
- materialisme: gesch niet door geest aangedreven maar door ontwikk vd mat levensomstandigheden (Marx vs Hgl).

17
Q

INVLOED HEGEL

Marx en Hgl denken verschillend over de term ‘vervreemding’. Leg uit.

A

Hgl: het tweede, negatieve moment id dialectiek. Geest veruitwendigt zich id natuur, die in 1e instantie als iets vreemds tegenover hem verschijnt. Wezenlijk: neg moment v vervreemding wordt opgeheven (dus noodz, maar voorbijgaand).
Heeft uiteindelijk een pos betekenis.

Marx: minder alg betekenis, duidelijk neg lading. Vervreemding = oorspr relatie vd mens tot medemens en natuur is verloren gegaan. Dus niet veruitwendigen maar naar het zelfverlies tgv onnatuurlijke of onmenselijke bepaling of objectivering.
Uitgesproken neg betekenis.

Marx geloofde dat de samenleving fundamenteel vervreemd is. Zijn kritiek heeft tot doel die vervreemding op te heffen. Dus niet een intellectuele bezigheid maar vertrekpunt voor een revolutionaire praxis die gericht is op bevrijding mens.

p270

18
Q

INVLOED HEGEL

Wat tonen de overeenkomsten en verschillen tussen Marx en Hgl aan over de doorwerking van Hgl’s filosofie?

A

1) Cruciaal: mens niet langer een geisoleerd, denkend object vs obj wereld, maar in voortd wisselwerking met hem omringende wereld (op fys-materieel vlak, maatsch vlak). Dus geen Crusoe.

2) Wisselwerking mens/wereld begrijpen als historisch proces. Zelfveruitwendiging en zelfrealisering zijn geleidelijke processen. Iedere stap is etappe in groter proces.
Dus: ‘fil is haar tijd, gevat in gedachten’ slaat ook op historisch wezen dat mens zelf en zijn uitingen.

3) Twistpunt Marx/Hgl: wordt wisselwerking tussen mens en zijn wereld primair bepaald door abs idee of door mat levensomstandigheden? Marx’ inzicht, dat soc-ec factoren mens fundamenteel bepalen, is doorslaggevend geweest in hedend denken.
Marx had niks op met verklaring voor rechten vd mens en burger (verzilveren ec macht vd burger in pol macht); resulteerde vlgs Mx in afzonderen ipv verbinden v mensen.

4) Kern v Hgl’s project: hele werkelijkh als een zelfmanifestatie vd abs geest te denken. Hgl geeft wel antwoord op wat werkelijkh is, wat redelijkh, God, recht, kunst, reli etc.
Maar: geen antwoord op vraag waarom er ueberhaupt iets is en niet veeleer niets (Heidegger: vraag naar het oorspronkelijke gebeuren v onverborgenheid)
DUS: wat is de macht van het voorstellende denken - is mensel rede in staat om alles te representeren, zich alles voor te stellen? Of moet mens aandacht hebben voor onophefbare uitwendigheid, radicale verborgenheid, het ongedachte van waaruit ieder denken pas mogelijk is?

p272

p271

19
Q

Hoe verhouden individu en beschavingsgeschiedenis zich bij Hgl?

A

Het indiv moet zich door opvoeding de beschavingsgesch eigen maken teneinde de ontwikkelingsgang vd abs geest te kunnen doorzien en zich op het standpunt vd wetenschap te kunnen stellen.

p274/281 opg30.1

20
Q

Hoe luidt de kritiek van Hgl op de trad filosofie?

A

Trad fil is niet in staat de werkelijkh te begrijpen. Zij formuleert slechts abstr principes, daardoor niet in staat de fundamenteel redelijke structuur die ad werkelijkh en haar dynamiek ten grondslag ligt, te onthullen.

p274/281 opg30.2

21
Q

Verklaar de vergelijking vd fil met de uil van Minerva.

A

Lees als principiele aanduiding vd verhouding vd fil tot de hist werkelijkh. Fil is steeds een reflexieve, nadenkende activiteit: eerst moet de hist werkelijkh gegeven zijn, daarna reflectie vd fil.
Als reflexieve activiteit is de fil niet in staat het gebeurde ongedaan te maken en opnieuw te beginnen; zij kan alleen maar gebeurde begrijpen.
De gesch heeft haar eigen verloop, dat zich tijdens de ‘dag’ voltrekt. Aan einde vd dag, bij schemering, begint de filosofie en vliegt de uil uit. In haar vlucht overziet zij de geschiedenis en heft haar op in het denken.

p274/281 opg30.3