28-Hegel/leven&werk Flashcards

0
Q

Welke primeur had Hegel?

A

Hij maakte als eerste de geschiedenis en zijn eigen tijd systematisch tot onderwerp v fil reflectie.

p222

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Waarop is de kritiek op Hegel gericht?

A
  • ingewikkelde schrijfstijl en gedachtengang.
  • schrijven over dialectische ontwikkelingsgang vh denken, maar ook in elke alinea in praktijk gebracht.
  • fil project zelf.

p221

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Geef een overzicht van Hegel’s vroege leven en werk.

A

1770 - geboren in Stuttgart
1777-88 - gymnasium. Spraakgebrek en zwaar accent.
1788 - seminarie Tuebingen: theologie. Ontmoet Hoelderlin en Schelling. Delen idealen vd Fr Rev en bewondering antieke Grkl. Bestudeert Lessing, Schiller, Rousseau).
1793 - wordt huisleraar ipv geestelijke, Bern. Leest Kant, Schelling, Fichte. Werkt aan geschriften over reli en pol: beschuldigt hen van dogmatisme en onvrijheid. Blijvende, meer ambivalente houding tav Fr Rev (anarchie en schrikbewind).
1797 - naar Frankfurt, huisleraar. Fil gesprekken met Hoelderlin, Sinclair. Neemt afstand van fil vd verllichting en Kant (mn ivm K’s dualisme, Hgl wil tegenstellingen juist overwinnen dmv ware liefdesreligie). Deze periode is toon vnl reli ipv fil, want zeer bepaald door verstandsdenken vd verlichting (zo exact mogelijke bepaling v objecten, waardoor tegenstellingen). Hgl: eenheid alleen in reli te vatten, fil slechts voorbereiding daarop.
1799 - Hgl’s vader overlijdt, erfenis. Hgl gaat naar Jena, fil studeren. Cruciale stap in wijsgerige ontwikk.
1801 - Hgl rehabiliteert zich met proefschrift. Kan als privaatdocent colleges geven. Armoede, want zijn colleges zijn ontzettend complex.
1801 - Eerste wijsg boek: Differenz des Fichteschen und Schellingschen Systems der Philosophie. Zet grote lijnen en kerninzichten uit. Wil tijdgeest wijsgerig doorgronden om haar uit impasse sinds verlichting te bevrijden.
Speculatieve filosofie: versch aspecten vd werkelijkh afzonderlijk te bepalen, net als ontwikk en dieperliggende samenhang, systematisch doorgronden/verwoorden. Zo dualisme en formalisme van Kant en tijdgenoten overwinnen.
Kenmerkend voor Hgl:
- inhoud en vorm.
- streng redenerend onderscheiden v bepaaldheden.
- intellectueel vatten v hun fundamentele eenheid.

Is ook redacteur/auteur van Kritisches Journal der Philosophie ism Schelling. Lof en kritiek voor Kant:

  • aanzet tot speculatief denken en interpret van transcendentale subject.
  • maar: formalisme en dualisme gehekeld.
  • en: verstandsdenken: scherpste kritiek op K’s veroordeling vd aanspraak op kennis omtrent ‘ideeen vd rede’ (God, onsterfelijke ziel, vrijheid) als vorm v schijn.

Praktische filosofie: keert zich tegen atomistische maatschappij- en staatsopvatting (maatsch contact v oa Locke: mensen individuen wier eigendom en indiv vrijheden door staat moeten worden beschermd). Hgl: dat gaat voorbij aan pol gemeenschapswil ve volk, die tot uiting komt in grondwet en maatsch instituties, op grond waarvan de gemeenschap zich bevrijdt v haar afhankelijkheid vd natuur (poging code Napoleon te begrijpen als verwerkelijking vh vrijheidspathos v Fr Rev). Betrekt tegenstellingen steeds op elkaar.
Onder indruk van Dugald Stewart en Adam Smith: enorme productiviteitsstijging door doorgedreven arbeidsdeling mogelijk.
Maar: ziet ook zware soc prijs van industrialisatie voor arbeidersklasse. Beschrijft ontstaan maatsch onderklasse met armoede, werkloosheid en geestel ontworteling.

p225

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Beschrijf Hegel’s doorbraak.

A

1806 - Fenomenologie voor de Geest: ontwikk ve groot fil systeem. Alle thema’s zijn opgenomen in systematisch geheel. Overwint K’s dualisme tussen vorm en inhoud en geeft geschiedenis centrale plaats. Ook: bezetting Jena door Fr troepen.
Geeft leraarschap op (armoede) en wordt redacteur Bamberger Zeitung.
1807 - verhuist naar Bamberg (Beieren, toen vazalstaat Napoleon. Pos over bestuurlijke modernisering door N), neemt deel aan soc leven.
1808 - rector gymnasium Neurenberg. Geeft les en hervormt onderwijs vlgs neohumanistische idealen (diploma + voorbereiding op het leven + opvoeding tot vrijheid). Moeilijk door geldgebrek en ontvangst prot ideeen in kath Beieren.
1811 - trouwt met patriciersdochter
1814 - nederlaag Napoleon, 1818 Wenen, Restauratie. Hgl meent dat geest vd vrijheid in Eur reeds wortel heeft geschoten.
1812-16 - Wetenschap van de Logica: speculatieve logica (fundamenteel anders dan formele logica: is systematische uiteenzetting vd totaliteit vh denken, dwz vd categorieen, de reflectie- en begripsbepalingen die we bij al ons denken gebruiken. Is eigen aan beweging van denken zelf, nl poneren, negeren en negeren vd negatie. Vgl Fenomenologie.
Logica is
- Negatief inz tegenstellingen ontrafelen en verhelderen.
- Positief en speculatief want blijft niet bij dit resultaat maar vat tegengestelde in zijn eenheid en door de negatie vh negatieve brengt het een nw resultaat/begrip voort. Bv ‘zijn’ en ‘niets’ niet to elkaar maar resulteren in ‘worden’.

1816 - hoogleraar Heidelberg. Bloeiend soc leven.
1817 - Encyclopedie vd Fil Wetenschappen in Hoofdlijnen, dl 1 (Hoofdlijnen v zijn voll fil systeem).
- subj geest: antropoloie, fenomenologie, psychologie
- obj geest: recht, moraliteit, zedelijkheid (= maatsch instellingen)
- absolutie geest: mens is in staat id kunst, reli en fil het absolute te vatten.
1827 - tweede, sterk gewijzigde editie Encyclopedie; 1830 licht gewijzigde.
Aantekeningen v studenten worden na zijn dood samengebracht en tot syst, gesloten, dogmatisch geheel gemaakt. Maar Hgl had een open geest, die, vasthoudend aan zijn basisinzichten, voortdurend aanpassingen deed nav de stand v onderzoek en aansloot bij pol en fil actualiteit.
Legitimiteit v staatsorde kan vlgs Hgl alleen op rede gebaseerd zijn. Rede laat alleen universele rechtsprincipes toe. Redelijke fundering staat garandeert dat principes inzichtelijk zijn en dat burgers zich daarmee subj identificeren.

1818 - benoeming aan prestigieuze en mod univ Berlijn. Wordt gezien als belangrijkste denker die kantiaanse traditie gewijzigd heeft voortgezet.
Ook bel denker: Fries (stelde dat a-priorivormen v Kant niet op een transcendentale maar op een empirisch-psych grondslag berusten).

p228

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke ontwikkelingen deden zich voor in Hgl’s leven tussen 1819 en zijn dood in 1831?

A

Pol agenda gedomineerd door strijd tussen hervormingsgezinden en degenen die terugverlangden naar ancien regime.
Restauratief wint deze strijd, druk op univ neemt toe.
Beroepsverbod voor subversieve en hervormingsgezinde elementen. Studenten en collega’s rondom Hgl moeten weg. Hgl neemt gematigde houding in.
1820 - Grundlinien der Philosophie des Rechts (uitwerking obj geest uit Encyclopedie):
- vrijheidsbegrip waarin aristotelische ethiek met kantiaanse formele vrijheid wordt verenigd;
- systematische ontwikk vd verwerkelijking vd vrijheid id mod constitutionele staatsordening;
- ontwerp voor de instituties ve vrije maatschappij;
- poging via de corporaties uitweg te vinden voor toenemende armoede en geestel afstomping vd arbeidersklasse.

GESCHIEDFILOSOFIE
geschiedfilosofie: schets vd gang vd wereldgeschiedenis: verloop vd geschiedenis is redelijk: ogenschijnlijk contingente en irrationele historisch gebeuren kan achteraf door rede begrepen worden. Wereldgeschiedenis is een geschiedenis van zichzelf verwerkelijkende vrijheid, ondanks tijdelijke terugval in situaties van onvrijheid.

KUNSTFILOSOFIE
Heidelberg en tot 1829 - filosofie vd kunst: kunst is samen met godsdient en filosofie  vorm van absolute geest in gestalte vh schone.
Kunst is wezenl gericht op opheffen breuk tussen natuurlijke en geestelijke, kunstwerken zijn schakel tussen zintuigelijke en zuivere gedachte, tussen eindige natuurl werkelijkh en oneindige vrijheid vh begrijpende kennen.
Hgl bevrijdt kunst vh verwijt puur schijn te zijn. Doel v kunst is waarheid en mensel conditie op concr, beeldende wijze te onthullen.
Kunstperioden:
- symbolische (mn Egypt)
- klassieke (Griekse)
- romantische (Christelijke)
Kunstsoorten:
- architectuur
- beeldhouwkunst
- schilderkunst
- muziek
- poezie
- synthese zoals opera.

POLITIEK
1825 - Pol klimaat verslechtert. Hgl weet vriend Cousin vrij te krijgen.
1826 - sticht Jahrbuecher fuer wissenschaftlichte Kritik (cultuurfil tijdschr voor kritische intellectuelen) ism Gans en Hotho.
1827 - maakt kennis met jonge Fr liberalen, maar houdt Berlijnse lib fractie v hervormers op afstand.

GODSDIENSTFILOSOFIE
Verdachtmakingen en beschuldigingen van pantheisme en atheisme jegens Hgl. Verheldert zijn visie op verhouding geloof/weten. Verzet zich tegen Schleiermacher, die geloof reduceert tot subj gevoel (immers: romantiek).
va 1821 regelm colleges over godsd fil:
* Begrip vd religie
* Gesch vd religies (de bepaalde religie)
* Fil interpretatie vh christendom (de voltooide religie)
=> kunst (aanschouwing), religie (voorstelling/rituelen) en filosofie (begrip) hebben dezelfde inhoud, maar versch vormen.
=> ‘voorstelling’ tussenpositie tussen ‘aanschouwing’ en ‘begrijpend denken’.

Reli inhoud, die mens van buitenaf wordt geopenbaard en dus aanvankelijk voor de rede als iets vreemds verschijnt, moet als iets redelijks worden gekend, dwz id vorm vd rede moet worden geconstrueerd.

Fil: bewaart de inhoud vd religie (abs geest of God), maar haar vorm/voorstelling teniet doet door deze te begrijpen.
Religie concretiseert zich in bep gestalten, die als geestel gestalten essentieel historisch zijn, dus fil beschouwing v reli moet hist structuur vh relig bewustzijn in ogenschouw nemen, dus religies historisch benaderen.

Christendom is voltooide religie; staat daarmee tegenover hist religies. Voltooid = overeenkomst met begrip vd religie: christendom voltooid omdat zij de verwerkelijking is v wat religie in wezen (vlgs haar begrip) is, maar tevens meer dan puur subj bewustzijn v God. Is zelfhouding vd geest; gedachte vd zichzelf wetende geest.
Als de filosofie God als geest wil denken, dan moet zij hem wezenlijk als de zichzelf id concr religie kennende geest denken.

1830 - rector univ, hoog aanzien. Maar geen pol rol.
Julirevolutie in Fr; onafh strijd in Belgie. Hgl is geschokt, vreest einde vd moeizame pol orde sinds 1789. Maar geen andere pol houding van Hgl: blijft tegenstander vd restauratiepogingen in Dtsl en Fr.
1831 - Hgl overlijdt.

p232

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de kerngedachte vd geschiedfilosofie v Hgl?

A

Gang vd gesch begrepen als manifestatie vd geest. Dwz dat concrete historische gebeurtenissen ogenschijnl contingent en irrationeel zijn, kunnen achteraf begrepen worden als ontwikkelingsstadia die de geest noodzakelijkerwijze door moet maken voor de verwerkelijking van zijn vrijheid.

p234/280 opg28.1

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de kerngedachte vd kunstfilosofie van Hgl?

A

Kunst is manifestatie of uitdrukking vd absolute geest id gestalte vh schone. Dat betekent dat kunst een stadium vertegenwoordigt vd ontwikkeling vd absolute geest.
In dit stadium wordt het absolute dmv de aanschouwing gevat; als zodanig vormt het kunstwerk een verbindingsschakel tussen het zintuigelijke en de zuivere gedachte, tussen de eindige en natuurl werkelijkh en de oneindige vrijheid vh begrijpende kennen.

p234/280 opg28.2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de kerngedachte vd godsdienstfilosofie v Hgl?

A

Godsdienst is ook een manifestatie vd abs geest en wel een waarin de abs geest dmv de voorstelling gevat wordt. Kunst en religie verschillen dus niet qua inhoud maar alleen qua vorm.
Inhoud vd religie is een product vd geest en als zodanig redelijk.
Eigen ad religie is evenwel dat ze deze inhoud als openbaring, dwz als vreemd ad rede voorstelt. Het is ad filosofie om deze inhoud tot een begrip te verheffen door haar id vorm vd rede te reconstrueren.
Zo bewaart de filosofie de inhoud vd religie, maar doet ze de vorm daarvan, de voorstelling, teniet.

p234/280 opg28.3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly