2.2 Cliëntgerichte behandeling Flashcards

1
Q

Sonja kreeg na de eerste sessies steeds registratieformulieren mee waarop ze thuis haar gedachten, emoties en gedrag op moet bijhouden. Annabelle vertelt dat zij juist na elk gesprek ter plekke een vragenlijst krijgt die ze dan daar invult.
Waartoe dienen de vragenlijsten die Annabelle na elke sessie invult?

A

Waarschijnlijk zijn deze lijsten bedoeld om het proces van de behandeling te monitoren. Bij behandeling binnen het cliëntgericht kader wordt idealiter procesgerichte diagnostiek toegepast. Bij procesgerichte diagnostiek van cliëntgerichte behandelingen monitort de patiënt (en eventueel ook de therapeut) de ervaren kwaliteit van de therapeutische relatie routinematig. Na elk therapiegesprek vult de patiënt en eventueel ook de therapeut daartoe een korte alliantievragenlijst in. Daardoor wordt het mogelijk om over het traject heen te volgen in hoeverre: (1) de band als goed wordt beleefd, (2) de therapeutische taken als productief worden ervaren en (3) de therapeutische doelen als bereikt worden beoordeeld (Hafkenscheid, 2018).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke theoretische verklaringen geven cognitieve gedragstherapie en de cliëntgerichte therapie voor het ontstaan van psychische klachten?

A

Bij de cognitieve gedragstherapie wordt ervan uitgegaan dat psychopathologie een aangeleerde respons is, terwijl er bij de cliëntgerichte therapie van wordt uitgegaan dat er bij psychopathologie sprake is van een verhindering van zelfactualisatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Cliëntgerichte therapie wordt ook wel gezien als procesgerichte therapie. Leg uit wat hiermee wordt bedoeld.

A

Met procesgerichte therapie wordt bedoeld dat de therapeutische effecten optreden tijdens de behandelsessies zelf, dus echt tijdens de ontmoeting en door het gesprek met de therapeut (Hafkenscheid, 2018).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Motiverende gespreksvoering (Miller & Moyers, 2006) is een therapeutische manier van communiceren die voor een belangrijk deel berust op cliëntgerichte therapie. Er is echter wel een belangrijke verschil tussen cliëntgerichte therapie en motiverende gespreksvoering. Leg uit wat dit verschil is.

A

In tegenstelling tot wat gebruikelijk is bij cliëntgerichte therapie, richt de therapeut zich bij motiverende gespreksvoering doelbewust en strategisch op therapeutische doelen (bijvoorbeeld stoppen met gebruik van cannabis) die door de sociale omgeving en de therapeut als wenselijk worden gezien. Hij probeert dus bewust de motivatie van de cliënt te vergroten en probeert uitspraken gericht op verandering te ontlokken aan de cliënt (dit wordt ook wel verandertaal genoemd). Motiverende gespreksvoering is dus directiever dan cliëntgerichte therapie (Hafkenscheid, 2018).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke 3 hoofdstromingen worden onderscheiden in de psychotherapie?

Wanneer ontstond de cliëntgerichte therapie?
Waarom?
Wie is de grondlegger?

A
  1. Psychoanalytische (psychodynamische)
  2. Cliëntgerichte
  3. CGT

Eind jaren ‘50 uit onvrede over de andere 2

Carl Rogers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Is de therapeutische relatie bij de cliëntgerichte stroming horizontaal of verticaal?

A

Horizontaal: cliënt is
expert over eigen
belevingswereld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat vinden cliëntgerichte therapeuten van het ziektemodel?

A

Ze vinden het een ongeschikte metafoor voor hun therapeutisch werk.
Rogers keerde zich tegen het medische model, dat het psychisch lijden van mensen rubriceert in (en reduceert tot)
afgebakende ‘ziekten’ of stoornissen: een benadering zoals die, tot op de dag van vandaag, in alle edities van de DSM
is gevolgd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Vanaf de jaren ’80 kreeg de cliëntgerichte therapie het steeds moeilijker. Binnen de GGZ werden modules, protocollen
en handleidingen de norm. De inhoud en kwantiteit van hulp diende zoveel mogelijk vooraf te worden vastgelegd.
‘Behandeltrajecten’ werden gekoppeld aan afgebakende DSM-classificaties.
In de neoliberale logica was voor de subjectiviteit van de therapeut geen plaats. Van de 3 hoofdstromingen sloot de
CGT veruit het best aan bij het neoliberale ideaal. Beide andere hoofdstromingen raakten steeds meer in verdrukking.
Waarom kan het cliëntgerichte gedachtegoed zich inmiddels op hernieuwde belangstelling verheugen? 3x

A
  1. toenemend onbehagen van patiënten en therapeuten over de technocratische benadering van hulpverlening
  2. kritiek over de classificerende diagnostiek volgens DSM 5, men wil meer transdiagnostisch benaderen, shared
    decision making en klinisch redeneren prevaleren boven het afvinken van symptoom- en klachtenlijstjes
  3. kritiek op gerandomiseerde vergelijkende effectstudies (en daarmee gestandaardiseerde therapievormen) als
    ‘gouden standaard’ voor het vaststellen van de beste interventies > meer vraag naar alternatieve
    onderzoeksstrategieën om werkzaamheid van cliëntgerichte therapievormen in kaart te brengen. De meest
    invloedrijke alternatieve onderzoeksstrategie van nu is het taakanalyseparadigma van Greenberg (2007).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is nu de meest invloedrijke alternatieve onderzoeksstrategie?

Wat zijn de 3 kenmerken hiervan?

dankzij het taakanalyseparadigma is het meest belangrijke en meest invloedrijke toevoeging aan
de cliëntgerichte benadering voortgekomen. Welke is dat?

A

taakanalyseparadigma van Greenberg (2007).

  1. benadert therapeutisch proces als serie opeenvolgende taken die in een (succesvol) therapeutisch
    proces min of meer opeenvolgend doorlopen worden
  2. behalve algemene taken als ‘vertrouwensrelatie opbouwen’ ook meer specifieke taken zoals
    ‘onlustgevoelens over therapeut of persoon constructief leren te bespreken’
  3. gebruikt beeldmateriaal van beperkt aantal (vanwege de bewerkelijkheid) afgeronde therapieën

Emotion focused therapy (EFT)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waar of niet waar?

Cliëntgerichte therapeuten…

  1. …weren zich niet af tegen classificerende psychodiagnostiek (DSM), meten van duurzame/onveranderlijke
    persoonlijkheidstrekken, probleem-inventariserende of indicatiegerichte diagnostiek

2.…maken wel gebruik van generieke gestandaardiseerde meetinstrumenten om interpersoonlijke
probleemgebieden te inventariseren, net als andere hoofdstromingen

  1. …hechten minder dan CGT-therapeuten aan een combi van kwantitatieve en kwalitatieve evaluatiediagnostiek
  2. …passen procesgerichte diagnostiek toe, door routinematig te monitoren hoe patiënt kwaliteit van de
    therapeutische relatie ervaart (bv. korte alliantievragenlijst)
A
  1. Niet waar
  2. Waar
  3. Niet waar
  4. Waar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Het leven wordt in zekere mate ingeperkt door geïnternaliseerde geboden en verboden van buitenaf. Het gaat dan
over wat niet gedacht en gevoeld mag worden of wat juist gedacht en gevoeld moet worden.

Wat is de term hiervoor?

A

The conditions of worth: de voorwaardelijke acceptatie vanuit de buitenwereld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe definieert cliëntgerichte psychotherapie psychopathologie?

A

In termen van een gestagneerde actualiseringstendens

en een niet authentieke leefwijze, waarin het organische zelf wordt opgeofferd aan de conditions of worth

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het doel van cliëntgerichte therapie?

A

cliënt bevrijden van ‘niet authentieke’ (dus door geboden/verboden gevormde) zelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe gaat cliëntgerichte therapie te werk?

A

de therapeut faciliteert processen waarmee cliënten zichzelf en de omgeving vanuit meerdere gezichtspunten en met meer flexibiliteit gaan bekijken, zodat ze meer gedragsopties beschikbaar krijgen en
hun emotionele beleving meer breedte en diepgang krijgt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat houdt de organische zelf in bij cliëntgerichte therapie?

Hoe staat de actualiseringstendens in verhouding tot conditions of worth?

A

daartoe behoren niet alleen de ongecensureerde behoeften, verlangens en aversies in het actuele moment, maar
ook de actualiseringstendens, die kenmerkend is voor de hele levensloop van de mens

Hoe heftiger, extremer en
hardnekkiger de actualiseringstendens wordt gefrustreerd door de (geïnternaliseerde) conditions of worth, des te meer het gezonde psychische functioneren wordt bedreigd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een synoniem voor cliëntgerichte therapie?

Waarom is het holistisch?

A

Procesgerichte therapie.
Dit accentueert dat therapeutische
effecten zich aandienen tijdens het behandelcontact zelf en door de dialoog met de therapeut

Het is holistisch omdat de mens met zijn unieke levensgeschiedenis in heel zijn actuele (dis)functioneren wordt benaderd, dus niet als louter de drager van symptomen. Aansluiten bij de unieke persoon van de cliënt is de rode draad

17
Q

Wat is de grondhouding van de cliëngerichte therapeut?

A

Non-directief: inhoud, richting en verloop therapeutische interactie worden niet vooraf ingekleurd door professionele overtuigingen en scholing van de therapeut –geeft beste garantie dat cliënt in contact komt
met gevoelservaringen waarvan hij tot dan geen expliciet besef had (twijfels, verlangens, angsten, …)

18
Q

Gesprek kan lijken op het gewone goede gesprek tussen leken. Therapeut is geen expert, en patiënt is expert van zijn eigen binnenwereld, echter heeft de therapeut wel… 2x

A
  1. een bepaalde grondhouding verworven, hij richt zich op ‘onderliggende’ emotionele betekenissen die vaak meerdere ‘lagen’ kennen en ambivalent en tegenstrijdig zijn
  2. specifieke scholing en veel training gehad om niet oordelend om te gaan met cliënt, optimaal aan te sluiten bij complexe binnenwereld, eigen gevoelsreacties eerlijk bij zichzelf te herkennen, eventueel hardop uit te spreken indien nodig
19
Q

Wat is een vooroordeel bij cliëntgerichte therapie?

A

Dat de therapie m.n. geschikt is voor mensen met weinig psychopathologie.
Juist bij lastige patiënten met een hoog weerstandsniveau vormen de grondhoudingen een effectieve voorkeursbejegening

20
Q

Wat zijn 2 verschillen tussen motiverende gespreksvoering en cliëntgerichte therapie?

A
  1. de therapeut richt zich doelbewust en strategisch op therapeutische doelen
  2. de therapeut gebruikt consequent ‘verandertaal’ die patiënt in de richting van een meer uitgesproken veranderwens stuurt
21
Q

Wat zijn de 3 belangrijkste grondhoudingen van cliëntgerichte therapie?

A
  1. Onvoorwaardelijke acceptatie
  2. Empathie
  3. Congruentie/echtheid
22
Q

Wat houdt de grondhouding onvoorwaardelijke acceptatie in?

A

dat de therapeut op een niet-veroordelende manier luistert en reageert op de inbreng van de cliënt: therapeut toont
respect en waardering voor de cliënt als mens, ongeacht wat de cliënt met hem deelt.

Overige info:
• betekent niet dat therapeut per definitie sympathie voor de cliënt en zijn verhaal moet voelen
• betekent niet dat therapeut in gunst zou willen/moeten komen bij de cliënt (door zich aardig voor te doen)
• betekent niet dat therapeut gevoelens, motieven, of gedragskeuzen van cliënt moet delen of onderschrijven.
Onvoorwaardelijke acceptatie …
• impliceert ‘non-directiviteit’: therapeut stelt zo min mogelijk voorwaarden aan wat er in de therapie aan bod
mag komen en laat zoveel mogelijk aan de cliënt over hoe die zijn inbreng vorm wil geven.
• is verankerd in een universeel recht van de cliënt om zichzelf te mogen zijn
• heeft ook een therapeutische uitwerking: de meest hardnekkige problemen zijn problemen waarmee
patiënten in hun eentje worstelen omdat ze bang zijn voor oordelen van buitenaf. In het dagelijks leven zijn
mensen snel geneigd om met adviezen en goede raad te komen, maar hierin resoneren onvermijdelijk
impliciete oordelen mee.

23
Q

Wat houdt de grondhouding empathie in?

A

= sensitiviteit die therapeut nodig heeft om van moment tot moment aan te sluiten bij de belevingswereld van cliënt

Overige info:
• empathische therapeut kan de wereld door de bril van de cliënt bekijken zonder zich te laten afleiden door
eigen voor- en afkeuren, vooroordelen of levenservaringen
• alleen terugvallen op eigen referentiekader als dat helpt om cliënt beter te begrijpen
• empathie is niet het instemmend ‘hummen’, opmerkingen geven als ‘ik snap wat je bedoelt’
• empathie = herhaaldelijk zorgvuldig nagaan of cliënt zich inderdaad begrepen en gehoord voelt
• therapeut leeft zich zo goed mogelijk in, maar kan niet volledig samenvallen met eigen innerlijke ervaringe

24
Q

Wat zijn 5 interventies waarmee empathie in de praktijk kan worden gebracht?

A
  1. inhoudsreflecties: in eigen woorden (parafraseren) de boodschap van cliënt op inhoudsniveau teruggeven.
  2. empathische bevestiging (ofwel validering): lijkt op inhoudsreflectie, verschil: expliciete ruimte en
    toestemming geven om problematisch beleefde gevoelens ook echt als zodanig te mogen beleven.
  3. gevoelsreflecties: zo kernachtig mogelijk weergeven van de ‘diepere’, essentiële gevoelsbetekenissen
  4. reflecties van geuite belevingen: begrip overbrengen voor wat cliënt hardop uitspreekt
  5. reflecties van onderliggende belevingen:
    verschil met gevoelsreflecties: sluiten minder dicht en direct aan bij wat de cliënt zelf uitsprak.
    verschil met reflecties van geuite belevingen: hier worden juist de mogelijke impliciete boodschappen
    opgezocht die via ‘ondertiteling’ door de therapeut worden geëxpliciteerd, vaak zonder dat de cliënt zich
    bewust is van de ondertitels op het moment dat deze zijn verhaal doet aan de therapeut
25
Q

Klachten en symptomen zijn symbolische uitdrukkingsvorm (‘de buitenkant’) van meer basale psychologische
processen (‘de binnenkant’): vervreemding van de eigen binnenwereld, verwarring over eigen identiteit (“wie ben ik
écht?”), of verkramping omdat de identiteit overmatig is ingericht volgens geïnternaliseerde waarden en normen.

In cliëntgerichte taal kenmerkt iemand die behandeling zoekt zich door een substantiële mate van X.

De therapeut wil hem helpen meer X te bereiken > ervaringen ‘toe-eigenen’ die tot dan vanuit een te gesloten
zelf- en wereldbeeld als ‘ik-vreemd’ werden beleefd, of niet (voldoende) tot het bewustzijn werden toegelaten, omdat
ze het zelfconcept of zelfideaal bedreigden.

A

incongruentie

congruentie

26
Q

Wat zijn 3 voorwaardes voor dat een cliënt tot een toestand van congruentie kan komen?

A
  1. om cliënt meer congruent te maken moet therapeut zélf in toestand van voldoende congruentie verkeren: hij
    moet in het contact met cliënt open staan voor de processen die binnen zijn eigen binnenwereld afspelen.
  2. therapeut bereid zijn tot interne congruentie: bereidheid zijn eigen binnenwereld in stilte, onuitgesproken te
    exploreren
  3. externe congruentie of transparantie = hardop uitspreken van de belevingen van de therapeut, bv. als dat
    nodig is om de cliënt tot meer zelfreflectie bewegen. Het referentiekader van de therapeut is het vertrekpunt
    en de therapeut ‘bekent kleur’. Klassieke interventies (empathische reflecties bv.) maken het de cliënt
    mogelijk om zichzelf er niet in te herkennen, maar aan externe congruentie is ‘geen ontsnappen mogelijk
27
Q

Non-directieve grondhouding kan meer kwetsbare cliënten doen ‘verdwalen’, vooral zij die opgesloten zitten in
inperkende denkwijzen, eenzijdige gevoelsbelevingen of vastgeroeste interactiepatronen.
Wat is voor hen nodig?

Wat is hier een voorbeeld van?

A

Procesdirectiviteit: gestructureerde interventies vanuit een zekere sturing door de therapeut.

EFT

28
Q

Waar richt EFT zich op? 4x

A
  1. de bevordering van een verdiepte emotionele bewustwording en beleving bij patiënten
  2. verhelderen onderliggende behoeften, verlangens, grenzen, waarnaar onlustgevoelens doorgaans verwijzen
  3. de transformatie van zelfbelemmerende gevoelsbelevingen
  4. een betere emotieregulatie als zodanig
29
Q

EFT benadrukt de cruciale rol van emoties voor de psychische en fysieke overleving van de mens.
Wat zijn 4 kenmerken van deze benadering?

A
  1. Zowel positieve als negatieve emoties zijn een onmiskenbaar en integraal onderdeel van het
    informatieverwerkingsproces, net als perceptie en cognitie.
  2. Emoties hebben informatiewaarde: ze zijn intentioneel en impliceren actietendenties
    Bv. angst = anticiperen op dreiging.
  3. Emoties zijn primair fysiek kenbaar: versnelde hartslag, misselijkheid, hoofdpijn, stijve spieren, enz.
  4. Emoties informeren ook over de onvervulde behoeften en verlangens, en zijn ook daarom intentioneel en actiegericht
30
Q

Greenburg et al. zien het reageren met de ‘verkeerde’ (niet-adaptieve) emoties op stressvolle en bedreigende
interpersoonlijke situaties als een belangrijke oorzaak en instandhoudende factor van psychopathologie.

Tussen welke 3 typen emoties maakte hij het onderscheid?

A
  1. Primaire adaptieve emoties: gezond, in overeenstemming met de situatie van dat moment en helpen direct
    de juiste actie te ondernemen
  2. Disfunctionele primaire emoties: ook direct, maar ongezond; helpen niet om constructief om te gaan met
    wat de situatie van nature vraagt
    o aangeleerde reacties, voortkomend uit vroegere, vaak emotioneel beschadigende ervaringen
  3. Secundaire emoties: emotionele reacties op emotionele reacties; verbloemen net als primaire disfunctionele
    emoties de ‘natuurlijke’ (oorspronkelijke) primaire emotie, en zijn dan ook inadequaat. Vaak ook terug te
    voeren tot ongunstige leergeschiedenissen
31
Q

Wat zijn 2 EFT oneliners?

A
  1. Je kunt niet van een plek vandaan zonder er geweest te zijn
  2. De enige manier om eruit te komen is om er doorheen te gaan
32
Q

EFT maakt gebruik van welke 2 technieken uit de gestalttherapie?

A
  1. Lege stoeltechniek = cliënt aanmoedigen om gestagneerde, problematische en tegenstrijdige
    gevoelsreacties t.o.v. sleutelfiguren te exploreren en doorleven, waarbij de sleutelfiguur denkbeeldig wordt
    uitgenodigd om op de lege stoel plaats te nemen en door de cliënt wordt toegesproken
  2. Dubbele-stoeltechniek = cliënt ‘in contact brengen’ met afgesplitste en/of conflicterende zelfbelevingen,
    door de innerlijke dialoog te bevorderen door elkaar bestrijdende kanten van de zelfbeleving op
    verschillende stoelen afwisselend aan het woord te laten en naar elkaar te laten luisteren, i.p.v. elkaar louter
    te bevechten
33
Q

Wat is allegiance?

A

loyaliteit/ bevooroordeeldheid van onderzoekers t.o.v. een bepaalde therapiestroming.

Allegiance
correleert positief met de uitkomsten van effectstudies ten gunste van eigen favoriete therapiestroming

34
Q

Wat laten effectstudies zien over EFT?

A

EFT komt opmerkelijk goed uit effectstudies naar voren