11. Reizen en toerisme Flashcards

1
Q

de vakantie, de vrije dagen

A

la vacanza

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

de voorbereidingen

A

i preparativi

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

het bezoek, de bezichting

A

la visita

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

bezoeken, bezichtigen

A

visitare

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

reizen

A

viaggiare

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

de reis

A

il viaggio

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

de enkele reis, het enkeltje

A

l’andata

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

de terugreis

A

il ritorno

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

het retourtje

A

il biglietto di andata e ritorno

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

terugkeren, terugkomen

A

ritornare

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

de dienstregeling, het dienstrooster

A

l’orario

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

de dienstregeling van vertrek- en aankomsttijden

A

l’orario arrivi-partenze

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

de aankomst

A

l’arrivo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

het vertrek, het weggaan

A

la partenza

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

(het) aan boord gaan

A

l’imbarco

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

aan boord gaan

A

imbarcarsi

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

de koffer

A

la valigia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

de koffer inpakken

A

fare la valigia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

de koffer uitpakken

A

disfare la valigia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

de bagage

A

il bagaglio

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

de klant

A

il, la cliente

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

de clientèle, de klantenkring

A

la clientela

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

het reisbureau

A

l’agenzia viaggi

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

het programma, het plan

A

il programma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
van plan zijn, voornemens zijn
avere in programma
26
informeren naar
informarsi
27
de (reis)route, de stadswandeling
l'itinerario
28
de landkaart
la carta geografica
29
het laagseizoen
la bassa stagione
30
het hoogseizoen
l'alta stagione
31
de toerist/e
il, la turista
32
toeristisch
tuistico, turistica
33
de reisgids
la guida turistica
34
de bevestiging
la conferma
35
de mededeling, het bericht
la comunicazione
36
het gebrek, de afwezigheid
la mancanza
37
annuleren, afzeggen
annulare
38
annuleren, storneren
stornare
39
het hotel
l'albergo
40
de hotelhouder/ster
l'albergatore, l'albergatrice
41
het hotel
l'hotel
42
het pension
la pensione
43
reserveren, bespreken, boeken
prenotare
44
de reservering, de boeking
la prenotazione
45
vol
completo, completa
46
vol(geboekt)
al completo
47
gereserveerd
riservato, riservata
48
de kost, de voeding
il vitto
49
duur, prijzig
costoso, costosa
50
de camping
il campeggio
51
de kampeerder/ster
il campeggiatore, la campeggiatrice
52
de tent
la tenda
53
de vakantie
le ferie
54
in vakantie gaan
andare in ferie
55
het toerisme
il turismo
56
de folder
il dépliant
57
het liften
l'autostop
58
zullen we gaan liften?
facciamo l'autostop?
59
het vaartuig, de boot
l'imbarcazione
60
de cruise
la crociera
61
een cruise maken
andare in crociera
62
de reiziger/ster, de passagier
il viaggiatore, la viaggiatrice
63
zich wenden tot
rivolgersi a
64
de VVV
l'azienda di soggiorno
65
de VVV
l'ente del turismo
66
de (trein)coupé
lo scompartimento
67
de niet-roker
il non fumatore
68
de roker
il fumatore
69
vrij
libero, -a
70
bezet
occupato, -a
71
de kofferbak, de kofferruimte
il bagagliaio
72
het bagagerek (trein), de bagagedrager (fiets), het imperiaal (auto), de kruier
il portabagagli
73
het bagagedepot
il deposito bagagli
74
de reisorganisator, de touroperator
il tour operator
75
de geheel verzorgde reis, de all-in reis
l'inclusive tour
76
gastvrij, gezellig
accogliente
77
de wegenkaart
la carta stradale
78
de groene (verzekerings)kaart
la carta verde
79
het visum
il visto
80
verzetten, uitstellen
rimandare
81
tot sint-juttemis uitstellen
rimandare alle calende greche
82
de aanbetaling, de waarborgsom
la caparra
83
de aanbetaling, het voorschot
l'acconto
84
de eenpersoonskamer
la camera singola
85
de tweepersoonskamer
la camera matrimoniale
86
overnachten
pernottare
87
de overnachting
il pernottamento
88
het halfpension
la mezza pensione
89
het volpension
la pensione completa
90
half- of volpension
mezza pensione o pensione completa
91
de kamer met badkamer
la camera con bagno
92
de kamer met ontbijt
la camera con prima colazione
93
het stromende water
l'acqua corrente
94
de minibar
il frigobar
95
de telefonische wekdienst
la sveglia telefonica
96
de voucher
il voucher
97
verblijven
soggiornare
98
het verblijf
il soggiorno
99
de camper, de kampeerwagen
il camper
100
de caravan, de woonwagen
la roulotte
101
de vakantie op een boerderij
l'agriturismo
102
de jeugdherberg
l'ostello (della gioventù)
103
de slaapzak
il sacco a pelo
104
de rugzak
lo zaino