Welke verschillen soorten receptoren zijn er? Flashcards

1
Q

25 Mechanische receptoren

A

 strekking
- normale omstandigheden ionen kanalen gesloten
- openen van kanalen door uitrekking (bijvoorbeeld aanraken met vinger)
- inwaartse vloei van positieve ionen  leidt tot RP (niet perse AP)
- Osmoreceptoren; verschil in concentratie opgeloste stoffen extracellulair kan leiden tot verschil
in celvolume waardoor strekgevoelige receptoren geprikkeld worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

25 Chemoreceptoren

A

 ligand
- binden selectief moleculen uit omgeving
- of direct effect
- of indirect; second messenger
 receptoren voor neurotransmitters of peptidehormonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

25 Fotoreceptoren

A

 licht; sluiten van ionenkanalen
- receptoren op membraan-disks, ionenkanalen zelf in celmembraan
- second messenger; houdt ionenkanalen open en zorgt voor versterking
- donker; ionenkanalen OPEN
- licht; afbraak second messenger  sluiten ionenkanalen  hyperpolarisatie (verandering AP)
- 1 chemoreceptor  vele second messengermoleculen  beïnvloeding van nog veel meer
kanalen
- RP  AP, afhankelijk van stimulus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly