Wat is de werking van het cerebrum met betrekking tot de functies van de cortex, gevoelsperceptie, controle van skeletspieren, bewustzijn en slaap, emoties, geheugen en leerprocessen? Flashcards
20a
dienchephalon
20a thalamus
dikke wanden
- laterale wand in 3e ventrikel, interthalamische adhesie; ringvormige ruimte
- tussen station voor sensorische informatie van cerebellum en basale ganglia
-> alle sensorische banen door kernen voordat ze eindigen in cerebrale cortex
Behalve zenuwbanen met olfactorische informatie
* nucleus geniculatum laterale; axonen uit de optische zenuwen
* nucleus geniculatum mediale; axonen uit accoustische zenuwen
20a hypofyse
onder hypothalamus
- Link tussen zenuwstelsel en endocrien stelsel, indirecte controle via hypofyse
- Hoofdregelcentrum voor autonome zenuwstelsel, speelt rol bij lichaamstemperatuur
20a hypothalamus
bodem
- Dorst, honger en libido in centra van de hypothalamus
- hypotahalamus en hersenstam cruciaal voor regeling van de homeostase
20b
cerebrum
20b reactie-flexibiliteit
evaluatie van vroegere ervaringen naast actuele toestand
20b analyse over beslissingen
veel hoger dan autonome gedrag
20b geheugen
informatie van vroegere ervaring opslaan
20b leren
informatie gebruiken om gedrag te bepalen
20b Neocortex
- verwerken van olfactorische informatie uit omgeving/via thalamus rhinencephalon
- ontvangt alle sensorische informatie uit omgeving via thalamus
20b Cerebrale cortex
Meeste neuronen zijn hier gelocaliseerd
Grijze stof; basale ganglia
corpus callosum; verbindt de twee hemisferen door neuronale connecties
- verantwoordelijk voor bewuste ervaring van sensorische input perceptie
- bewuste sturing van lichaamsbeweging en andere activiteiten
- bevatten geen pijnsensoren
Informatie komt altijd op dezelfde plaats binnen
20b Primaire corticale gebieden
eenvoudige reacties
- visuele cortex
- auditieve cortex
- somatosensorische cortex = huidsensaties
- motorcortex = spierbewegingen
20b Associatie-cortex/gebieden
complexere reacties
- minder gedefinieerde functies
20b Verbinding retina met visuele cortex
- informatie van aangrenzende delen van de cortex
- fovea centralis; cortex niveau meer aandacht; stijging gezichtsscherpte
20b Accoustische informatie
- verschillende geluidsfrequenties op diverse plaatsen van auditieve cortex
20b Bewuste gevoelsperspectie
- via spinale zenuwen naar dorsale hoorn van ruggenmerg
- via craniale zenuwen naar cortex
reflexmatige controle over effector-organen
20b Informatie gaat door naar cerebrale cortex
- via dorsale ruggenmergkolom; informatie sensoren in de huid/gewrichten/spieren
- via spinothalamische zenuwbanen; inforamtie over pijn/temperatuur/overdreven huid
stimulatie
3 neuronen + 2 synapsen standaard; synaps is beïnvloeding van mogelijkheden
20c
Willekeurige controle skeletspieren
20c 2 types verbindingen van motorische cortex naar motorneuronen ventrale hoorn ruggenmerg
- Pyramidale baan
2. Extra-pyramidale baan
- Pyramidale baan
- directe verbindingen; geen synapsen
- axonen door ventrale deel van verlengde merg
- fijne motoriek
- concentratie en bewust nadenken noodzakelijk
Piramidaal beter ontwikkeld bij primaten ivm klassieke huisdieren
- Extra-pyramidale baan
- door verlengde deel, buiten ventrale pyramide
- synapsen ter hoogte van de kernen in de hersenen beïnvloeding mogelijk!
- grotere spiergroepen die gecoördineerd moeten werken
- lichaamshouding, vloeiende bewegingen (minder concentratie nodig, ‘automatisch’ )
20c Motorische cortex
- balans tussen excitatorische en inhibitorische input via synapsen
- neuronen intieren of stoppen niet zelf de bewegingen; ontspringen in associatie-cortex of
thalamus
20c Thalamus
- tussenstation informatie van basale ganglia van cerebrum en cerebellum
- basale ganglia; groep kernen rond de thalamus gepaarde kernen vormen corpus striatum
- krijgt ook informatie uit andere hersendelen; link tussen motivatie, emotionele
reacties en
lichaam beweging; rol in uitvoeren van automatische en aangeleerde bewegingen
Basale ganglia + substantia nigra zorgen voor planning van complexe bewegingen
20c Associatie-cortex + basale ganglia
voorbereiding
20c Cerebellum
uitvoering
20c Automatische beweging
sensorische cel -> verlengde merg -> ruggenmerg -> spier
20c Somatomotorische beweging
sensorische cel ruggenmerg spier
20c Willekeurige beweging
sensorische cel thalamus cerebrale cortex verlengde
merg ruggenmerg spier
20c bewust wording, perceptie van reflex/aanraking
sensorische cel thalamus
20c reflex onderdrukken
cerebrale cortex ruggenmerg
20c automatisme
ruggenmerg spier
20d
Bewustzijn en slaap
20d Elektrische activiteit van de hersenen (EEG)
- ontspanning (geen visuele informatie); grote amplitude en lage frequenties (alfa golven)
- fixatie/aandachtig; kleine amplitude en grote frequentie (bèta golven)
20d Overgang slaaptoestand naar wakker worden
- actie van foramtio reticularis in hersenstam
-ontvangen informatie van sensoren en neuronen die skeletspieren sturen
vanuit formatio reticularis naar cortex; bombarderen met impulsen; wakker worden/bewust
zijn
20d Wakkere toestand
constante sensorische input houdt formatio reticularies actief stimulatie
cortex slapen is verminderen van sensorische input!
Bewuste bewegingen; foramtio reticularis wordt ook gestimuleerd via motorische banen van
cerebrale cortex
20e
Emoties
20e limbisch systeem
in de buurt van corpus callosum
delen van cerebrale cortex, cerebrum en hypothalamus
hippocampus; belangrijk voor geheugen
- emoties beïnvloeden autonome zenuwstelsel
- duidelijke link met hypothalamus; deel van limbisch systeem en coördinatiecentrum voor
autonome centraal zenuwstelsel
20e n. olfactorius;
direct verbonden met limbisch systeem; reuk uniek zintuig (roept emoties op)
20f
Geheugen en leerproces
20f Geheugen is stockage van informatie in zenuwstelsel
alleen van nut als het opnieuw opgevraagd kan worden
Leren is veranderingen in gedrag op basis van voorgaande ervaringen
* gewoonwording = onderdrukking van reactie
* sensitisatie = versterking van reactie
* klassieke conditionering = ongeconditioneerde stimulus en geconditioneerde stimulus lokken
zelfde reactie uit (Pavlov-effect)
* operant conditionering = empirische conditionering; op basis van ervaring
20f korte termijn geheugen
gelimiteerd (gaat verloren of overgebracht naar lange termijngeheugen)
* elektrische activiteit in neuronale netwerken
20f lange termijn geheugen
ongelimiteerd
* chemische of fysische veranderingen in neurale cellen
20f werkgeheugen
parate kennis voor beslissingen/oplossingen, zowel kort als lange termijn
20f procedure geheugen
cerebellum
- HOE iets gedaan wordt
- gerelateerd aan beweging
20f Declaratief (expliciet) geheugen
cortex
* WAT iets is/gedaan wordt
* bewust
Hippocampus is link tussen korte- en lange termijn