Hoe werkt signaalcodering en transmissie? Flashcards

1
Q

26 Meeste sensorische cellen zijn zeer gevoelig

A

1 foton voldoende om RP te generen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

26 Bewuste sensorische perceptie

A

zicht, gehoor, reuk, smaak, tast

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

26 Bewuste componenten

A

waarneming temperatuur en evenwicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

26 Overige; onbewust

A

homeostase en controle van spierbewegingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

26 Signaaltransmissie

A

Stimulus  weefsel rondom de cel  receptor van membraan sensorische cel  membraan
van
vervorming transductie/amplificatie codering
sensorische zenuwvezel  zenuwimpuls naar centraal zenuwstelsel
Omzetting gebeurt in sensorische cel, nodig voor opwekken RP  AP
Kan versterkt worden door bijvoorbeeld een second messenger
- Openen van ionenkanalen; weinig energie kosten, maar resultaat (ionenstroom) veel energie
opleveren
- Ook versterking door ionenpompen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

26 Primaire sensorische cellen;

A
  • doen alles zelf
  • sensorische neuronen met sensorische receptoren; zitten in zenuwuiteinden
  • heeft eigen axon naar CZS; zelf detecteren en eventueel AP sturen
  • receptor membraan zelf geen AP; depolarisatie  verspreiding naar receptormembraan (Na+)
    Sterkere stimuli  grotere RP  hogere frequentie AP
  • receptormembraan van zenuwuiteinde ongemyeliniseerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

26 Secundaire sensorische cellen;

A
  • hebben geen eigen axon
  • vormen synaps met sensorische zenuwvezels
  • RP door verzetting van neurotransmitters uit sensorische cellen
  • depolariserend RP  sterkere stimulatie in sensorische cel  grotere depolarisatie  meer
    neurotransmitter  grotere synaptisch potentiaal in sensorische zenuwvezel
  • hyperpolariserend RP  sterkere stimulatie in sensorische cel  grotere
    hyperpolarisatie  minder neurotransmitter  lagere synaptisch potentiaal in sensorische
    zenuwvezel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

26 Sensorisch systeem

A

som van meerdere sensorische cellen en gelijklopende zenuwvezels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly