Tt Vragen Flashcards

1
Q

Assimilatie

A

De incorporatie van NIEUWE informatie in een BESTAANDE cognitieve structuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Accommodatie

A

Veranderingen in en aanpassing van een cognitieve structuur om NIEUWE informatie op te kunnen nemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Epigenetische veranderingen vinden …

A

Over de hele levensloop plaats, als respons op omgevingsfactoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat liet het Visual Cliff experiment zien?

A

Dat elke nieuw geleerde motorische vaardigheid (bijvoorbeeld de ontwikkeling van lopen) een nieuwe leercurve laat zien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Onderzoek naar de relatie tussen intelligentie en erfelijkheid wijst uit dat….

A

Omgevingsinvloeden een groter aandeel (en erfelijkheid een geringer aandeel) hebben bij kinderen uit arme families (vergeleken met kinderen met een hogere sociaal economische status)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Anticipatoire (glim)lachen

A

Als een baby glimlacht naar een object en vervolgens kijkt naar een volwassene terwijl hij blijft glimlachen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Transitive inference

A

Een kind die begrijpt dat als Jan ouder is dan Marie en Marie ouder is dan Henk, dat Jan de oudste is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe heet de vorm van redeneren (Piaget) bij het volgende: Marieke die hoort dat honden bijten waardoor ze de conclusie trekt dat alle honden bijten

A

Inductief redeneren en is kenmerkend voor de concreet operationele fase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waar hecht Vygotski veel waarde aan?

A

Aan de betekenis van taal voor de vorming van het denken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly