Imparfait 2 Flashcards
1
Q
Ik ging
A
J’allais
2
Q
Jij ging
A
Tu allais
3
Q
Hij ging
A
Il allait
4
Q
Wij gingen
A
Nous allions
5
Q
Jullie gingen
A
Vous alliez
6
Q
Zij gingen
A
Ils allaient
7
Q
Ik kwam
A
Je venais
8
Q
Jij kwam
A
Tu venais
9
Q
Hij kwam
A
Il venait
10
Q
Wij kwamen
A
Nous venions
11
Q
Jullie kwamen
A
Vous veniez
12
Q
Zij kwamen
A
Ils venaient