HOOFDSTUK 13 + 14 Flashcards

mechanica van de ademhaling = gaswetten

1
Q

wet van Boyle

A

p1V1 = p2V2
druk en volume van gas veranderen omgekeerd evenredig (V zakt = p stijgt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wet van Dalton

A

= de totale druk van een gas is de som van de partiële drukken van de individuele gassen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

waterdampdruk

A

= de druk boven een wateroppervlakte die gevormd wordt door de watermolecule. De druk is afhankelijk van temperatuur van water

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

functie van waterdampdruk

A

zorgt het voor de dilutie van andere gassen
- vermindert de hoeveelheid O2 die aangeboden wordt in de longen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ventilatie

A

= inademen en uitademen van bepaalde volumes lucht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

volumes (einde normale expiratie + inspiratie)

A

normale rustige expiratie = 2,3 L
normale rustige inspiratie = 2,8 L

verschil = 0,5 L = tidaal volume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

expiratoir reservevolume

A

= zo diep mogelijk uitademen
!! longen zijn niet volledig leeg = residueel volume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

inspiratoire reservevolume

A

= 3 L
= zo diep mogelijk inademen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

diafragma bij inspiratie

A

= diafragma contraheert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

diafragma bij expiratie

A

= diagragma relaxeert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

verbinding longen en thorax

A

= intrapleurale ruimte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

als de druk in de intrapleurale ruimte daalt, dan ..

A

daalt de druk in de alveoli

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

tidaal volume

A

het volume lucht dat beweegt tijdens 1 inspiratie (of expiratie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

inspiratoir reserve volume

A

= het extra volume dat je inademt bovenop het tidaal volume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

expiratoir reserve volume

A

= de hoeveelheid lucht die geforceerd uitgeademd wordt op het einde van een normale expiratie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly