HC6 H15 De temporele kwabben en netwerken Flashcards

1
Q

Temporale kwab - cognitieve processen

A

Cognitieve functies van de temporale kwab omvatten categorisatie, cross-modale matching, herkenning van voorwerpen, en het lange termijn geheugen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Temporale kwab - zintuigelijke processen

A

De temporale kwab verwerkt visuele en auditieve input, waarbij informatie uit verschillende zintuigen wordt geïntegreerd en gematcht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Temporale kwab - affectieve responsen

A

De temporale kwab zorgt voor emotionele “kleuring” van zintuiglijke input, wat cruciaal is voor leren, en speelt een rol in ruimtelijke navigatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Laterale temporale cortex

A

De laterale temporale cortex bevat auditieve gebieden (gyrus temporalis superior) en visuele associatiegebieden (gyrus temporalis inferior), essentieel voor de verwerking van respectievelijk geluid en visuele vormen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Polymodale cortex in de temporale kwab

A

Gelegen in de sulcus temporalis superior, de polymodale cortex ontvangt auditieve, visuele en somatosensorische input en is belangrijk voor complexe stimuluscategorisatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Mediale temporale cortex - onderdelen

A

De mediale temporale cortex omvat de amygdala, hippocampus en omliggende paralimbische cortexgebieden (zoals de perirhinale en entorhinale cortex), belangrijk voor emotie en geheugen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hiërarchische zintuigelijke paden - temporale kwab

A

Deze paden lopen van A1/A2 en V1/V2 naar de temporale pole, waar stimulusherkenning plaatsvindt, en omvatten zowel de visuele als auditieve dorsale stroom.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Dorsale auditieve pathway

A

Verbindt auditieve gebieden met de posterior pariëtale cortex en ondersteunt beweging op basis van auditieve informatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Polymodale pathway in STS

A

Deze route in de temporale kwab analyseert biologische bewegingen en categoriseert stimuli, essentieel voor sociale cognitie en stimulusherkenning.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Mediale temporale projectie naar hippocampus/amygdala

A

Deze verbinding speelt een belangrijke rol in het lange termijn geheugen, waarbij de hippocampus en amygdala samenwerken om herinneringen vast te leggen en emotioneel te evalueren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Verwerking auditieve informatie - primaire en secundaire gebieden

A

De gyrus temporalis superior (A1 en A2) verwerkt auditieve input, met name spraakklanken, en is cruciaal voor taalverwerking.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Verwerking visuele informatie - visuele ventrale stroom

A

In temporale associatiegebieden wordt visuele input verder verwerkt voor het herkennen en categoriseren van objecten, cruciaal voor visuele perceptie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Sociale cognitie - polymodale cellen in STS

A

Polymodale cellen in STS analyseren sociale signalen zoals gezichtsuitdrukkingen, lichaamshouding, en bewegingsrichting, essentieel voor de “theorie van mind”.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

“Faces are special” - gezichtsherkenning in temporale kwab

A

Specifieke gebieden in de temporale kwab zijn gespecialiseerd in het herkennen van de identiteit en expressie van rechtopstaande gezichten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Lange termijn geheugen - temporale kwab

A

In samenwerking met de hippocampus en paralimbische gebieden, slaat de temporale kwab langdurige herinneringen voor auditieve en visuele stimuli op.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Evaluatie van affectieve betekenis - amygdala

A

De amygdala in de temporale kwab evalueert of stimuli positief of negatief zijn op basis van geheugeninformatie, wat van invloed is op emotionele reacties.

17
Q

Stimulusanalyse en categorisatie in de temporaalkwab

A

De temporaalkwab is cruciaal voor visuele verwerking, waarbij cellen in de gyrus temporalis inferior complexe visuele stimuli analyseren en categoriseren, vooral voor objectherkenning vanuit verschillende perspectieven.

18
Q

Kolomsgewijs georganiseerde cellen in gyrus temporalis inferior

A

Specifieke cellen reageren per kolom en hebben patronen die verschillen op basis van gezichtshoeken, waardoor herkenning van objecten vanuit verschillende perspectieven mogelijk is.

19
Q

Responsaanpassing door leerprocessen

A

Cellen in de gyrus temporalis inferior kunnen door leerprocessen reageren op veranderende omgeving, bijvoorbeeld door gezichten uit verschillende culturen en nieuwe objecten te herkennen.

20
Q

Asymmetrie van temporaalfunctie - linker temporaalkwab

A

De linker temporaalkwab is dominant voor de analyse van spraakklanken en verbaal geheugen, en is betrokken bij auditieve en visuele verwerking van taal.

21
Q

Asymmetrie van temporaalfunctie - rechter temporaalkwab

A

De rechter temporaalkwab is dominant voor muzikale geluidsanalyse, niet-verbaal geheugen en mogelijk de emotionele interpretatie van gezichtsuitdrukkingen.

22
Q

Invloed van temporaalkwablaesies

A

Laesies in de temporaalkwab kunnen leiden tot problemen in auditieve en visuele waarneming, taal, geheugen, en persoonlijkheidsveranderingen, waarbij bilaterale laesies vaak ernstigere effecten hebben dan unilaterale laesies.

23
Q

Laesies in de auditieve cortexgebieden

A

Unilaterale of bilaterale laesies in de auditieve cortex veroorzaken geen volledige doofheid, maar wel problemen met het onderscheiden en herkennen van klanken, zoals snelle spraakklanken bij linkszijdige laesies.

24
Q

Linkszijdige temporaalkwablaesies en woordherkenning

A

Linkszijdige laesies kunnen leiden tot problemen met woordherkenning en woorddoofheid (zoals bij Wernicke’s afasie), wat de taalverwerking verstoort.

25
Q

Rechtszijdige temporaalkwablaesies en muzikale perceptie

A

Rechtszijdige laesies kunnen leiden tot problemen met het onderscheiden van muzikale eigenschappen zoals toonhoogte, timbre, en ritme, en kunnen ook de prosodie beïnvloeden.

26
Q

Visuele waarnemingsstoornissen door rechtszijdige laesies

A

Laesies in de rechter gyrus temporalis inferior kunnen leiden tot problemen met complexe visuele patronen, geheugen voor visuele patronen, en herkenning van gezichten en gelaatsuitdrukkingen.

27
Q

Laesies en selectieve aandachtsstoornissen

A

Laesies in de temporaalkwab kunnen leiden tot selectieve aandachtsproblemen, waarbij linkszijdige laesies vooral auditieve en rechtszijdige laesies vooral visuele aandacht beïnvloeden.

28
Q

Categorisatieproblemen bij linkszijdige laesies

A

Linkszijdige temporaalkwablaesies kunnen problemen veroorzaken bij het categoriseren van woorden en afbeeldingen in semantische categorieën.

29
Q

Laesies in mediale temporale structuren en geheugenproblemen

A

Laesies in mediale temporale structuren en laterale neocortex kunnen het geheugen verstoren voor auditief en visueel verbaal of niet-verbaal materiaal.

30
Q

Affectieve en persoonlijkheidsveranderingen door temporaalkwablaesies

A

Laesies in de temporaalkwab kunnen leiden tot affectieve en persoonlijkheidsveranderingen, zoals egocentrisme, paranoia, woede-uitbarstingen, psychose of verlies van angst.