HC4 H11 Cerebrale asymmetrie Flashcards
Integratie hemisferen
De twee hersenhelften (hemisferen) worden met elkaar verbonden door het corpus callosum, een structuur van witte stof die zorgt voor communicatie tussen de twee hemisferen.
Lateralisatie (Cerebrale asymmetrie)
Sommige functies worden meer door één hemisfeer uitgevoerd dan door de andere. Hoewel de meeste taken input van beide hersenhelften vereisen, worden sommige functies, zoals taalproductie, voornamelijk door één kant gedomineerd.
Relatieve lateraliteit
Lateraliteit is relatief en niet absoluut. Beide hemisferen dragen bij aan vrijwel elk gedrag. Zo is de linker hemisfeer dominant in taalproductie, maar speelt de rechter hemisfeer ook een rol in spraak, bijvoorbeeld in de emotionele en intonatie aspecten van taal.
Belang van locatie/plek
Naast de kant (links of rechts) is ook de plek in de hersenen belangrijk. De frontale lobben van beide hemisferen hebben bijvoorbeeld vergelijkbare functies, terwijl de posterior cortex asymmetrischer is in functie, ook als deze aan dezelfde kant ligt.
Omgevings- en genetische invloeden op lateraliteit
Omgeving en genetica beïnvloeden hoe asymmetrisch de hersenen georganiseerd zijn. Linkshandigen en vrouwen hebben vaak een minder asymmetrische hersenorganisatie in vergelijking met rechtshandigen en mannen.
Lateraliteit bij dieren
Sommige dieren vertonen ook lateraliteit. Bij zangvogels bijvoorbeeld, is één hersenhelft meer betrokken bij zangproductie, net zoals bij mensen sommige functies worden gedomineerd door één hemisfeer.
Perceptie van een enkel brein
Hoewel de hersenen uit twee hemisferen bestaan die onafhankelijk van elkaar kunnen functioneren, ervaren we onszelf alsof we één cognitieve processor hebben. Dit komt doordat beide hemisferen voortdurend samenwerken via het corpus callosum.
Anatomische asymmetrie
Anatomische asymmetrie verwijst naar de verschillen in grootte en positie tussen de linker- en rechterhemisfeer van de hersenen. Deze asymmetrieën zijn zichtbaar in verschillende hersengebieden en hebben invloed op hun functies.
Grootteverschil tussen hemisferen
De rechter hemisfeer is groter dan de linker, terwijl de linker hemisfeer meer grijze stof (neuronen) heeft dan witte stof (connecties). Deze verschillen spelen een rol in de specifieke functies van beide hemisferen.
Verschillen in temporaalkwab
De temporaalkwab bevat asymmetrieën in de grootte van bepaalde gebieden, zoals de primaire auditieve cortex en Wernicke’s gebied (planum temporale). Deze verschillen dragen bij aan de gespecialiseerde functies van taal en muziekverwerking.
Thalamus asymmetrie
De linker thalamus is groter en dominant voor taalfuncties.
Helling van de laterale spleet
De laterale spleet heeft een zachtere helling aan de linker hemisfeer in vergelijking met de rechter. Dit maakt het temporoparietale gebied onder de spleet groter aan de rechterkant, wat invloed heeft op asymmetrische functies.
Asymmetrie Broca’s gebied
Broca’s gebied is asymmetrisch georganiseerd, met een focus op de linker hemisfeer voor taalproductie en grammatica. De rechterkant van dit gebied is betrokken bij het produceren van de toon en emotie in de stem.
Neuronale asymmetrie Broca’s gebied
De linker kant van Broca’s gebied heeft meer dendritische uitlopers dan de rechterkant. Deze asymmetrie verklaart waarom taal voornamelijk in de linker hemisfeer wordt verwerkt.
Genetische asymmetrie
Epigenetische veranderingen kunnen verschillende effecten hebben op de linker- en rechterhemisfeer.
Brein stimulatie
Wordt gebruikt tijdens operaties, zoals bij hersentumoren, om specifieke hersenfuncties in kaart te brengen. Het elektrisch stimuleren van de hersenen kan zowel symmetrische als asymmetrische effecten veroorzaken, afhankelijk van welk gebied wordt gestimuleerd.
Symmetrische functies bij stimulatie
Het stimuleren van primaire motorische, somatosensorische, visuele, en auditieve banen produceert symmetrische reacties zoals bewegingen, tintelingen, lichtflitsen en zoemende sensaties. Deze reacties zijn even sterk in beide hemisferen.
Asymmetrische functies bij stimulatie
De rechter hemisfeer heeft unieke perceptuele functies. Stimulatie kan ervaringen zoals dagdromen, dromen of déjà vu oproepen, wat de linker hemisfeer niet kan.
Spraakproductie versnellen
Het stimuleren van de linker frontale of temporale gebieden kan de spraakproductie versnellen, wat specifiek is voor de linker hemisfeer.
Functieblokkade door stimulatie
Stimulatie van bepaalde hersengebieden kan functies blokkeren. Zo kan stimulatie van het linker fronto-temporaal gebied de spraak onderbreken, terwijl stimulatie van het rechter temporopariëtale gebied visuospatiële waarneming, gezichtsherkenning en het kortetermijngeheugen verstoort.
Dubbele dissociatie bij patiënten met laesies
Een dubbele dissociatie betekent dat twee hersengebieden functioneel gescheiden zijn bij twee verschillende testen. Bijvoorbeeld, een laesie in het ene gebied beïnvloedt taal, terwijl een laesie in een ander gebied visuele of ruimtelijke functies beïnvloedt.
Linker temporale lobectomie
Bij patiënten met een linker temporale lobectomie, zoals patiënt P.G., daalt het geheugenquotiënt en neemt het vermogen om verbale herinneringen op te halen af na het verwijderen van dit gebied.
Rechter temporale obectomie
Bij patiënten met een rechter temporale lobectomie, zoals patiënt S.K., nemen prestatie-IQ, niet-verbale herinneringen en het vermogen om tekeningen te kopiëren af na het verwijderen van dit hersengebied.
Split-brein patiënten (commissurotomie)
Bij split-brein patiënten is het corpus callosum doorgesneden, waardoor de twee hemisferen niet meer met elkaar kunnen communiceren. Dit zorgt ervoor dat visuele input van het linker visuele veld niet kan worden verwerkt in de linker hemisfeer, wat normaal via het corpus callosum zou gebeuren.
Wanneer een woord van het object in het rechter visuele veld wordt gepresenteerd, kan hij zeggen wat het voorwerp is. (dit gaat naar de linker hemisfeer, die kan namelijk ‘’praten’’ en dus zeggen wat voor voorwerp hij ziet)
Maar wanneer er een woord van het object in het linker visuele veld wordt gepresenteerd, gaat dit naar de rechter hemisfeer, die niet kan ‘’praten’’. Echter als je dan vraagt om het voorwerp te pakken of te tekenen, pakt hij wel het goede voorwerp, zonder dat ie bewust is dat hij dit woord gezien heeft
WADA test
De WADA-test is een procedure waarbij één hemisfeer tijdelijk wordt verdoofd met anesthesie om de functie van de andere hemisfeer te bestuderen. Dit wordt gebruikt om de taaldominantie en motorische functies van elke hemisfeer te onderzoeken, vooral vóór hersenoperaties.
Taaldominantie bij rechts- en linkshandigen
Ongeveer 95% van de rechtshandigen en 70% van de linkshandigen hebben linkerhemisfeer-dominantie voor taal. Wanneer de linker hemisfeer verdoofd is, kunnen patiënten niet praten, hun rechterarm niet bewegen of iets in hun rechter visuele veld zien.
Gedragsonderzoek naar lateralisatie - gehoor
Bij gehoor zijn verbindingen zowel gekruist (contralateraal) als niet-gekreuzigd (ipsilateraal), maar gekruiste verbindingen werken sneller. Bij dichotische luistertests, waarbij twee verschillende geluiden aan elk oor worden aangeboden, wordt de ipsilaterale verbinding onderdrukt en verwerkt het contralaterale oor de input efficiënter.
Dichotische luistertest - split brain patiënten
Bij split-brein patiënten (door gesneden corpus callosum) rapporteert de patiënt bij een dichotische test alleen wat hij/zij via het rechteroor hoort (verbonden met de linker hemisfeer), omdat de informatie van het linkeroor niet naar de linker hemisfeer kan worden gestuurd.
Visual half field stimulatie
De linker hemisfeer is beter in het verwerken van letters en woorden, terwijl de rechter hemisfeer beter is in het herkennen van complexe ruimtelijke patronen en gezichten.
Dichotische test (verbal vs. non-verbal sounds)
De linker hemisfeer verwerkt verbale geluiden en de temporele structuur van geluiden (zoals Morsecode), terwijl de rechter hemisfeer beter is in het verwerken van niet-verbale en emotionele geluiden, zoals muzikale klanken.
Somatosensorische test
De rechter hemisfeer (linkerhand) is beter in het herkennen van objecten en ruimtelijke patronen, zoals brailleschrift. De linker hemisfeer (rechterhand) is beter in het herkennen van letters en temporele patronen.
Motorische taken - observatie taken
De rechterhand (linker hemisfeer) is beter in verbale motorische taken, zoals het invullen van een kruiswoordpuzzel. De linkerhand (rechter hemisfeer) is beter in ruimtelijke motorische taken, zoals tekenen en puzzels.
Gezichtsexpressies
De rechter gelaatshelft (linker hemisfeer) is dominant voor spraakgerelateerde gezichtsbewegingen, terwijl de linker gelaatshelft (rechter hemisfeer) dominant is voor emotionele gelaatsuitdrukkingen en prosodie (intonatie) van spraak.
Multitasking en motorische interferentie
Bij multitasking, zoals pianospelen en neuriën, kan het neurieën de linkerhand verstoren (rechter hemisfeer), terwijl spreken de rechterhand (linker hemisfeer) verstoort. Dit toont de specialisatie van beide handen en hemisferen in verschillende taken aan.
Neuro-imaging en lateralisatie
Neuro-imaging technieken zoals PET, fMRI, ERP en MEG bevestigen dat lateralisatie relatief is. Beide hemisferen zijn bij bijna elk cognitief proces betrokken, en de functieverschillen binnen dezelfde hemisfeer zijn vaak groter dan die tussen de twee hemisferen.
Lateralisatie van elementaire functies
Veel eenvoudige sensorische en motorische functies, zoals tastzin en eenvoudige vrijwillige bewegingen, zijn niet gelateraliseerd. Dit betekent dat beide hersenhelften deze functies gelijkwaardig kunnen uitvoeren.
Unilaterale specialisatiemodellen
Volgens unilaterale specialisatiemodellen heeft elke hemisfeer zijn eigen functies en methoden, en voert deze onafhankelijk uit. De linker hemisfeer is bijvoorbeeld gericht op analyse en fijne temporele discriminatie van stimuli, terwijl de rechter hemisfeer meer op synthese gericht is.
Onduidelijkheid in specialisatie
Het is niet altijd duidelijk welk element van een functie door een specifieke hemisfeer wordt uitgevoerd. Bijvoorbeeld, de linker hemisfeer kan gespecialiseerd zijn in taal, maar dit kan ook gerelateerd zijn aan zijn vermogen om stimuli nauwkeurig in de tijd waar te nemen.
Interactiemodellen van hemisferische functies
Volgens interactiemodellen kunnen beide hemisferen in principe alle cognitieve functies uitvoeren, maar elk kent een zekere specialisatie. Ze werken parallel aan verschillende aspecten van dezelfde taak, waarbij de ene hemisfeer soms de activiteit van de andere remt.
Remming tussen hemisferen
In normale situaties remt de ene hemisfeer bepaalde functies in de andere. Bijvoorbeeld, de linker hemisfeer kan taalprocessen in de rechter hemisfeer onderdrukken.
Plasticiteit en functieovername bij beschadigingen
Bij beschadiging van een hemisfeer kan de andere hemisfeer functies overnemen. Dit is een vorm van hersenplasticiteit, waarbij de remming door de beschadigde hemisfeer wegvalt, zodat de intacte hemisfeer nieuwe functies kan leren.
Individuele verschillen in cognitieve strategie
Individuele verschillen in cognitieve stijl of strategieën kunnen een voorkeur voor een specifieke cognitieve modus (bijvoorbeeld analytisch of synthetisch denken) weerspiegelen, hoewel dit onderwerp nog speculatief is.