HC.3 IBD inleiding/ HC.4 IBD therapie Flashcards

1
Q

Welke chronische darmontstekingen zijn er?

A

Chronische darmontstekingen: colitis ulcerosa, ziekte van Crohn, IBD inclassified (IBD-U)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Lokalisatie ontsteking morbus Crohn?

A

Morbus Crohn:
Lokalisatie ontsteking:
• Transmurale inflammatie, mogelijk in gehele gastro-intestinale stelsel: 50% ileocolitis, 30% uitsluitend ileum activiteit (m.n. terminale ileum), 15-20% uitsluitend colon (vaak proximaal)
• Rectum blijft vaak vrij van ontsteking, i.t.t. colitis ulcerosa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Klinische verschijnselen morbus Crohn?

A
Klinische verschijnselen:
•	Buikpijn, diarree (met/zonder bloedverlies), vermoeidheid en gewichtsverlies
•	Fistelvorming
•	Perianale ziekte en proximale ziekte
•	Malabsorptie 
•	Extra-intestinale manifestaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Lokalisatie ontsteking colitis ulcerosa?

A
Colitis ulcerosa:
Lokalisatie ontsteking:
•	Proctitis
•	Linkzijdige colitis
•	(Pan)colitis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Klinische verschijnselen colitis ulcerosa?

A

Klinische verschijnselen:
• Diarree (vrijwel altijd met bloed en slijm bij de feces)
• Bloed en slijm (met of zonder ontlasting)
• Toename defecatiedrang (loze aandrang)
• Algemene ziekteverschijnselen zoals koorts, anorexie en vermagering
• Pijnlijke darmkrampen voor defecatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Verschil colitis ulcerosa en m. crohn?

A
Colitis ulcerosa 
Colon 
Continu
Oppervlakkig (mucosal, submucosal)
Geen fisteling, zelden perianal abces 
Minder vaak extra-intestinale manifestaties: artritis, uveitis, huidlaesies , PSC overlap 
M. Crohn 
Van mond tot kont
Discontinue (skip lesions)
Transmuraal
Fisteling, perianaal abces
Vaak extra-intestinale manifestaties (aften, artritis, uveitis, erythema nodosum, pyoderma)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bijwerking langdurig gebruik prednison?

A

Bijwerking langdurig gebruik prednison: osteoporose (botontkalking), infectieuze complicaties, suikerziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bijwerking azathioprine?

A

Bijwerking azathioprine: lymfoom (zelfzaam), immuunonderdrukkende, onderdrukking aanmaak bloedcellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarvoor is fecaal calprotectine een indicator?

A

Fecaal calprotectine -> ontsteking darm: ja/nee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Epidemiologie IBD?

A

Epidemiologie: prevalentie ongeveer 100/100.000, piekincidentie tussen 15-25 en 55-65 jaar, hoogte incidentie in Canada en Noord-Europa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

IBD pathogenese?

A

IBD pathogenese: multifactorieel
• Erfelijkheid, omgevingsfactoren, microbioom
• Verstoring in balans van het immuunsysteem (mucosale immuunrespons, chronische ontsteking zonder zelfregulatie -> aangrijpingspunt medicatie)
• Overexpressie van pro-inflammatoire cytokines
• Beschadiging van het epitheel
• Continue ontsteking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn vaak voorkomende klachten IBD?

A
Vaak voorkomende klachten IBD:
•	Diarree
•	Buikpijn
•	Gewichtsverlies
•	Deficiënties 
•	Rectaal bloedverlies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de definitie van diarree? Wanneer sprake van chronische diarree? Wat is de gradering van diarree?

A

Definitie van diarree: > 3 ongevormde ontlasting/dag of vloeibaar volume > 200 g/dag
Chronische diarree > 4 weken
Gradering van diarree:
1: toename van < 4 ontlasting/dag t.o.v. baseline
2: toename van 4-5 ontlasting/dag t.o.v. baseline
3: toename van >7 ontlasting/dag t.o.v. baseline; incontinentie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Lichamelijk onderzoek en buikklachten

A
Lichamelijk onderzoek en buikklachten:
-	Weinig en aspecifieke klachten
-	Associatie met anemie en (voeding)deficiënties 
-	Lichamelijk onderzoek is vaak normaal
Let op:
•	Abdominale massa
•	Hoog klinkende of afwezige peristaltiek
•	Gewichtsverlies
•	Oedeem
•	Spierverlies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

DD’s

A

Differentiaal diagnose:
Bacterieel Salmonella, shigella, campylobacter
Viraal CMV
Parasieten Amoebiasis
Niet-infectieus Collagene colitis/ microscopische colitis, divertikels
Medicatie gerelateerd NSAID’s
Vasculair Ischemische colitis
Latrogeen Radiatie colitis
Maligniteit Carcinomen
Overig Appendicitis, solitair rectumsyndroom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Diagnostiek bij IBD

A
Diagnostiek bij IBD:
•	Bloed en ontlasting
•	Endoscopie: gastroduodenoscopie, colonscopie, video-capsule endoscopie (liever niet i.v.m. obstructie), double-balloon enteroscopie
•	Biopsie
•	Marker studie 
•	MRI
•	Functionele testen
•	CT (in specifieke gevallen)
17
Q

Wat is de pathologie van de ziekte van Crohn?

A
Pathologie ziekte van Crohn:
•	Focale ulceraties 
•	Transmurale inflammatie
•	Acute en chronische inflammatie
•	Granulomen
18
Q

Wat is de pathologie van colitis ulcerosa?

A

Pathologie colitis ulcerosa:

• Diffuus mucosale inflammatie met crypt abcessen

19
Q

Diagnose stellen IBD

A

Diagnose:

  • Geen gouden standaard
  • Combinatie van: anamnese, LO, bloedonderzoek, feces onderzoek (FCP)
  • Deze combinatie geeft indruk van: soort inflammatoire darmziekte, uitbreiding van de ziekte, prognose over het beloop van de ziekte
20
Q

Waarvoor wordt calprotectine gebruikt?

A

Calprotectine:

  • Goede maat voor monitoring patiënten met IBD
  • In de differentiaal diagnostiek bij verdenking IBD
  • Calcium en zink bindend eiwit, afkomstig van ontstekingscellen (neutrofiele granulocyten en monocyten)
21
Q

Wat zijn extra-intestinale manifestaties (EIM) van IBD?

A

IBD en extra-intestinale manifestaties (EIM):
- Tot 50% van IBD patiënten > 1 EIM gedurende ziektebeloop
- EIM kan tijdens de gehele ziekteduur optreden
- Risicofactoren: 1 EIM, CD > UC, vrouwen, roken, EIM in familie, IBD chirurgie
• Artritis
- Gewrichten van armen en benen (ellebogen, knieén, enkels, polsen)
- SI-gewricht (sacroilititis)
- Roodheid, pijn met/zonder zwelling
• Huid: pyoderma gangrenosum, erythema nodosum
• Ogen: nodulaire episcleritis, uveïtis
• Primaire scleroserende cholangitis: zeldzame ontsteking van de galwegen

22
Q

Wat zijn complicaties van IBD

A

IBD en complicaties: stenoses, abscessen, infiltraten; verhoogde kans coloncarcinoom

23
Q

Wat zijn behandeldoelen?

A

Behandeldoelen:
• Inductie remissie: voedingstherapie, prednison, anti-TNF (biological)
• Onderhouden remissie
• Voorkomen en behandelen van complicaties: afwegen risico’s behandeling en bijwerkingen
Start therapie wordt gebaseerd op type IBD, ernst en uitbreiding van de ziekte
NB altijd stoppen met roken

24
Q

Wat zijn de medicamenteuze opties bij IBD?

A
Medicamenteuze opties bij IBD: (trail and error)
•	5-ASA (alleen bij colitis)
•	Thiopurine
•	Corticosteroïden
•	Ciclosporin/ tacrolimus
•	Methotrexaat 
•	Infliximab
•	Vedolizumab
•	Tofacitinib 
•	Ustekinumab
25
Q

Welk medicament bij een fistel?

A

anti-TNF

26
Q

Corticosteroïden

A

Corticosteroïden:

  • Voor inductiebehandeling: Crohn en colitis
  • Prednison
  • Oraal, intraveneus, zetpillen, klysma
  • Budesonide: werkt topicaal, rechtszijdige colon, ileocecaal regio; minder toxisch
  • Veel bijwerkingen: hypertensie, acne, infecties, diabetes, gewichtstoename, osteoporose
27
Q

Masalazine

A

Mesalazine: bij colitis ulcerosa

  • 5-ASA preparaten (mesallazine)
  • Colitis ulcerosa: mild tot matig, zowel inductie als onderhoudstherapie, zowel oraal als lokaal (zetpil, klysma), dus combinatietherapie
  • Bijwerkingen: hoofdpijn, misselijkheid, uitslag, pancreatitis, paradoxale opvlamming, interstitiële nefritis
28
Q

Immunosupressiva

A

Immunosupressiva:

  • Mercaptopurine, azathioprine, methotrexaat
  • Onderhoudsmedicijn, 3 maanden inwerktijd
  • Bijwerkingen: thiopurines: beenmergtoxiciteit, pancreatitis, griepachtige verschijnselen, leverontsteking, lymfoom; MTX: leverontsteking, kaalheid, griepachtige verschijnselen, teratogeen
  • Regelmatig controle bloedwaardes
29
Q

Biologicals

A

Biologicals: (-AB)

  • Anti-TNF: anfilximab (remicade, IV), adalimumab (humira, sc), golimumab (sumponi, sc)
  • Vedolizumab: a4b7 antagonist
  • Ustekinumab: anti IL12/IL23
  • Bijwerkingen: infusie-gerelateerde bijwerkingen, infecties, allergieën, TBC reactivatie, huidmaligniteiten
30
Q

JAK STAT

A

JAK STAT: (geen groot molecuul, orale toediening, niet zwanger worden)

  • JAK eiwitten: JAK1, JAK2, JAK3 en TYK2; signaaltransductie van cytokine receptoren en groeifactoren; cel proliferatie en differentiatie
  • STAT: 7 transcriptie factoren
  • JAK inhibitie: effectief bij chronische inflammatoire aandoeningen (rheumatoide artritis, psoriasis), mogelijkheden in behandeling IBD
31
Q

Chirurgie bij colitis ulcerosa?

A

• Colitis ulcerosa: chirurgie curatief, (sub)totale colectomie

32
Q

Chirurgie bij m. Crohn?

A

• M. Crohn: chirurgie palluatief (risico recidief), (ileo)colische segmentele resecetie