H11: Precancereuze en cutane carcinomen Flashcards

1
Q

meest voorkomende oorzaken NMSC?

A

zonlicht (UV)
humaan papillomavirus (HPV)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

meest voorkomende precursor letsels van SCC in situ (SCCIS) en invasief SCC?

A

actinische keratose (AK)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

AK kan leiden tot ____________

A

SCC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

pathogenese AK

A

chronische cumulatieve UV schade thv keratinocyten

UV! vnl UVB

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

________ % vd AK’s gaat in spontane resolutie na 1 jaar

A

15-25%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

early lesions can be better ___________ than _________

A

better felt than seen!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

SPAK

A

spreading pigmented actinic keratosis

ziet eruit als lentigo maligna (LM) maar voelt als actinische keratose (AK)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

zeer sterk keratotische AK soms biopteren, waarom?

A

DD SCC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hoeveel % vd SCC ontstaat per jaar in AK?

A

1%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

effect imiquimod (aldara)?

A

cytokine dermatitis

2x/w voor 16w

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

AE efudix?

A

= 5-fluorouracil (5-FU)

erytheem, erosies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe ontstaat keratose?

A

basale cellen matureren in dysplastische keratinocyten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

cutane hoorn

A

hypertrofe AK

ALTIJD EXCISIE!! kan invasief SCC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

arsenische keratosen

A

decennia na chronische arseen ingestie
zz in geïndustrialiseerde landen
voelen hard aan
DD/ seb K (voelt zacht aan)

India, Bangladesh

kunnen SCCs of SCCISs worden

“rain drops in the dust”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Bowen vs erythroplasie

A

Bowen= roze / rode scherpomlijnde schilferende plaques

Erythroplasie: gelijkaardig, maar niet schilferend, thv glans en vulva

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Bowenoide papulose

A

= anogenitale HPV-geïnduceerde SCCIS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat wijst op progressie van SCCIS naar SCC?

A

pijn
nodule
gevoelig

17
Q

locatie HPV-geïnduceerde SCC

A

genitaal
periunguaal (duim / nagelbed)

18
Q

oorzaak X-ray induced SCCIS

A

chronische radiodermatitis

19
Q

carcinoma in situ: basaal membraan?

A

intact

20
Q

bij HIV/AIDS kan SSCIS verdwijnen door?

A

antiretrovirale therapie (HAART)

21
Q

R/ SCC in situ

A

efudix 1-2x/d

22
Q

hoe metastaseert SCC?

A

via lymfevaten

23
Q

marges spino

A

5mm (stadium I ) (< 2 cm)
1 cm (stadium II >= ) (>= 2 cm)

24
Q

AE cryoR/

A

verlittekening

25
Q

voordelen vs nadelen PDT

A

pijnlijk
effectief
wel traag

26
Q

klinische DD ongediff vs gediff spino?

A

ongediff = zacht, geen hyperkeratose
gediff = hard, hyperkeratose

meeste UV-geïnduceerde letsels zijn gedifferentieerd, weinig risico op metastasen
ongediff of SCC bij IS ↓ zijn agressiever, groter risico op metastasen

27
Q

spino bij ♀ meer thv welke regio?

A

benen

28
Q

oncogene HPV

A

16
18
31

29
Q

geeft SCC S/?

A

neen, meestal aS/

30
Q

hoog gediff vs slecht gediff SCC?

A

hoog gediff: keratinisatie ++

slecht gediff: geen keratinisatie, hard
vlezig, granulomateus
zacht bij palpatie

31
Q

SCC meestal thv bovenlip of onderlip?

A

onderlip!

bovenlip is meestal bescherm tegen de zon door schaduw vd neus

32
Q

DD BCC SCC lip

A

BCC nooit thv lip
BCC geen hyperkeratose, geen keratinisatie

33
Q

DD spino, goedaardige variant?

A

keratoacanthoom

34
Q

SCC thv lip ontstaat uit?

A

leukoplasie
actinische cheilitis

35
Q

carcinoma cuniculatum

A

= verruceus carcinoma
voetzolen
sterk gedifferentieerd
HPV

36
Q

regionale LK bij SCC gem ____ j na D/

A

1-3j

37
Q

criteria high risk SCC

A

dm > 2 cm
invasie > 4 mm
Clark IV of V
neurotroop
oor lip genitalia
ongediff
ontstaan in regio van chronische osteomyelitis

38
Q

pt met AIDS: waar risico SCC verhoogd?

A

anus

39
Q

keratoacanthoom

A

lijkt op SCC
spontane regressie

40
Q

afwijking thv handen en voeten bij pt met Gorlin-Goltz?

A

palmoplantar pits